In this thesis I discuss the development of Soviet fundamental physics from the 1917 October revolution until the end of the thirties of the twentieth century, using the life and career of the...Show moreIn this thesis I discuss the development of Soviet fundamental physics from the 1917 October revolution until the end of the thirties of the twentieth century, using the life and career of the experimental low-temperature physicist Lev Vasil’evič Šubnikov (1901-1937) as a guide through this period. After his graduation in Petrograd Šubnikov spent almost four years from 1926 to 1930 in Leiden, where he worked with the then director of the physics laboratory Wander de Haas and was the co-discoverer of the Shubnikov-de Haas effect. After his return to the Soviet Union he became the head of the first cryogenic laboratory in the Soviet Union at the Ukrainian Physico-Technical Institute in Char’kov, where he embarked on an extensive (very much Leiden inspired) research program that among other things resulted in the discovery of type II superconductivity (Shubnikov phase). The theoretical explanation of this phenomenon earned Abrikosov and Ginzburg the 2003 Nobel Prize. In 1937 at the height of the Stalinist terror the NKVD launched a clamp-down on the Ukrainian Physico-Technical Institute, of which Šubnikov became one of the most important victims. He was shot in November 1937. I discuss the extent of the repression in physics in general and at the Ukrainian Physico-Technical Institute in particular, and put forward arguments for the thesis that this repression was not random, but at least in part a deliberate and carefully planned attack on individuals who were alleged or perceived to be disloyal to the Soviet cause. Apart from Šubnikov’s work I also discuss the work of other Soviet physicists in that period, among whom Pëtr Kapica, Lev Landau, Igor’ Tamm and others, and their experiences in the Soviet climate. I also pay attention to the (re)organization of science, and physics in particular, by the Bolsheviks after the October revolution, the reestablishment of contacts with the West, the influence of Marxism on physics research (the campaign against physical idealism), and the quality of Soviet contributions to physics and the appreciation of these contributions in the West.Show less
Brazilië wordt veelal gezien als het 'homoparadijs' van Latijns-Amerika en in beginsel lijkt de Braziliaanse homo-emancipatie vrij gevorderd te zijn, in vergelijking met andere Latijns-Amerikaanse...Show moreBrazilië wordt veelal gezien als het 'homoparadijs' van Latijns-Amerika en in beginsel lijkt de Braziliaanse homo-emancipatie vrij gevorderd te zijn, in vergelijking met andere Latijns-Amerikaanse landen. Als er echter dieper gegraven wordt, blijkt dat dit gecompliceerder is dan het in eerste instantie lijkt. Dit onderzoek beoordeelt de Braziliaanse homo-emancipatie a.d.h.v. verschillende nationale en internationale vraagstukken met betrekking tot de LGBT-gemeenschap.Show less
In this thesis, two factors were examined that could have an influence on the acquisition of English for bilinguals in the Dutch province of Friesland: lexical closeness and held attitudes. First,...Show moreIn this thesis, two factors were examined that could have an influence on the acquisition of English for bilinguals in the Dutch province of Friesland: lexical closeness and held attitudes. First, it is examined whether knowledge of Frisian helps children acquire English lexicon and, second, whether there is a correlation between the attitude towards English and the (self-perceived) proficiency in this language. This was examined on the basis of a vocabulary test and a questionnaire. The results have indicated that the lexical closeness between Frisian and English does not (necessarily) facilitate the lexical acquisition process of English, but that a positive attitude towards English does positively influence the acquisition of English.Show less
Deze scriptie bevat een analyse van sociaal-culturele elementen van het fenomeen geweld tussen intieme partners in Bolivia, volgens de richtlijnen van het I(ntimate) P(artner) V(iolence) Contextual...Show moreDeze scriptie bevat een analyse van sociaal-culturele elementen van het fenomeen geweld tussen intieme partners in Bolivia, volgens de richtlijnen van het I(ntimate) P(artner) V(iolence) Contextual Framework van K. M. Bell en A. E. Naugle (2008: 1102). In een onderzoek uitgevoerd door de Pan American Health Organisation tussen 2003 en 2009 in twaalf Latijns-Amerikaanse landen naar geweld tegen vrouwen, kwam Bolivia als slechtste naar voren met een percentage van 53.3% van alle vrouwen in een relatie die ooit blootgesteld zijn aan fysiek of seksueel partnergeweld (Bott et al., 2012: 16). Daarom is het interessant te onderzoeken wat de parameters zijn die ervoor zorgen dat partnergeweld juist in Bolivia zo vaak voorkomt; een land dat in vergelijking met andere Latijns-Amerikaanse landen niet als zeer onveilig of gewelddadig wordt beschouwd. Het toepassen van het gehele IPV Contextual Framework is vanwege het zeer brede scala aan variabelen uit verschillende studiedisciplines binnen het model niet haalbaar met de tijd en middelen toegekend voor deze Bachelor scriptie. Daarom spitst dit onderzoek zich toe op het bestuderen van één bepaalde context uit het model, namelijk context Verbal Rules. Deze bestaat uit: houding tegenover geweld, houding tegenover relaties, houding tegenover vrouwen, houding tegenover niet-gewelddadige conflictoplossingsstrategieën en houding tegenover alcohol en drugsgebruik.Show less
The creation of the Economic and monetary union seemed to be a success until the outbreak of the severe Eurozone crisis in 2008. The Treaty of Maastricht did not foresee a possible outbreak of the...Show moreThe creation of the Economic and monetary union seemed to be a success until the outbreak of the severe Eurozone crisis in 2008. The Treaty of Maastricht did not foresee a possible outbreak of the this type of crisis: a financial crisis, a sovereign debt crisis and a severe economic crisis – all in one. The design of the Treaty of Maastricht contained four big design failures. Firstly, the Treaty proved to be too intergovernmental. Secondly, the Treaty did not contain a banking union, and left supervision of the financial system to the national surveillance bodies. In addition, the drafters did not take into account macro-economic imbalances and mainly focused on deficit spending of the Member States. And last but not least, the Treaty lacked crisis management and tools in order to ‘rescue’ the common currency, in case thing would go wrong. This thesis is about the question to what extent the Dutch government could know of foresee these problems in the period between Single European Act and the Maastricht Treaty, 1985-1991. The research elaborates on three questions. First: were the design failures already part of academic literature and discussion at the time of the Treaty of Maastricht? The second parts elaborates on the advisory boards of the government: what did these boards advice regarding the design failure issues? The last part is about the statements of the Dutch government. The overall conclusion is that the Dutch government did ignore most of the warnings of the academic literature and the advises of the advisory boards. But in fact, it seemed that the Dutch government could not predict the outbreak of the Eurozone crisis.Show less
Binnen de discipline journalism studies hebben Brants en Vasterman (2010) en Opgenhaffen et al(2011) metajournalistieke onderzoeken verricht. In deze onderzoeken werden de beoefenaars van...Show moreBinnen de discipline journalism studies hebben Brants en Vasterman (2010) en Opgenhaffen et al(2011) metajournalistieke onderzoeken verricht. In deze onderzoeken werden de beoefenaars van journalism studies, publicaties en de praktijk nader bekeken. In deze scriptie ligt de focus op een deel van journalism studies waarnaar nog geen onderzoek is gedaan, namelijk masterscripties. Voor dit onderzoek, verricht door Loes van Niekerk en Ruben van Vliet, werden scripties onderzocht van zes verschillende opleidingen van evenzoveel universiteiten in Nederland en Vlaanderen, te weten Universiteit Leiden, Erasmus Universiteit Rotterdam, Rijksuniversiteit Groningen, Universiteit van Amsterdam, Tilburg University en Koninklijke Universiteit Leuven. De scripties werden onderworpen aan een kwantitatieve inhoudsanalyse met behulp van een codeboek. In deze scriptie wordt het gehele onderzoek globaal uiteengezet, maar de focus ligt op de categorie Methode. Met de onderzoeksmethode is namelijk niet alleen te achterhalen hoe een onderzoek is gedaan, maar ook wat de inhoudelijke focus was. De hoofdvraag van deze scriptie luidt: Welke methoden komen aan bod in masterscripties van academische studenten journalistiek in Nederland en Vlaanderen? Uit het onderzoek bleek dat de inhoudsanalyse het vaakst gebruikt wordt, dat kwam ook naar voren uit onderzoeken van Brants en Vasterman (2010) en Opgenhaffen et al (2011). Dit houdt onder meer verband met het onderzoek naar geschreven journalistieke producten, met name de krant.Show less
The key question addressed by this thesis is: ‘what is justice?’ This question does not only apply to the judgment based on positive or written law. A renowned Dutch lawyer, Professor Paul Scholten...Show moreThe key question addressed by this thesis is: ‘what is justice?’ This question does not only apply to the judgment based on positive or written law. A renowned Dutch lawyer, Professor Paul Scholten (26th of August 1875 – 1th of May 1946) argues that religious existentialism in combination with a system of law appeals to the personal responsibility of a judge as well. This personal responsibility is existential or metaphysical and refers to the decision of Abraham at Mount Moría in the book by Søren Kierkegaards titled ‘Fear and Trembling’. Professor Scholten wrote several important works on religious existentialism and the personal responsibility of a judge; according to Professor Scholten, personal responsibility is in the core of how to speak justice. In this thesis, the thoughts of Professor Scholten constitute the connection between the scientific and philosophical approach of the law.Show less
Zowel binnen de journalistieke praktijk als in het wetenschappelijk discours heerst het idee dat tijdschriften crossmediaal te werk moeten gaan om te kunnen overleven in het huidige digitaliserende...Show moreZowel binnen de journalistieke praktijk als in het wetenschappelijk discours heerst het idee dat tijdschriften crossmediaal te werk moeten gaan om te kunnen overleven in het huidige digitaliserende medialandschap. Aanwezigheid op sociale media is hierbij van cruciaal belang. Met een casestudy van meidenblad Tina biedt dit onderzoek inzicht in factoren en overwegingen die een rol spelen bij de inzet van sociale media door een specifiek tijdschrift. Dit gebeurt door middel van een overzicht van relevante literatuur in combinatie met participerende observatie en een kwantitatieve inhoudsanalyse. In de resultaten wordt de sociale media strategie van Tina beschreven, worden inhoudelijke en vormelijke eigenschappen van content op bijbehorende sociale platformen geïdentificeerd en wordt de invloed van klik-, like-, share- en commentgedrag onderzocht. Hieruit blijkt onder andere dat Tina sociale media voornamelijk inzet ter promotie van de eigen producten en diensten en als middel om met de doelgroep te communiceren. Daartoe geeft de redactie aan elk sociaal kanaal een vooropgezette invulling, waarin een zo groot mogelijke populariteit van berichten in de vorm van reacties, likes, favorieten en retweets een belangrijk onderdeel vormt.Show less
Wat zijn de kenmerken en waarden van livebloggen als genre in wording? Met kenmerken wordt gedoeld op de onderscheidende kwaliteiten ten opzichte van andere genres en met waarden de voor- en...Show moreWat zijn de kenmerken en waarden van livebloggen als genre in wording? Met kenmerken wordt gedoeld op de onderscheidende kwaliteiten ten opzichte van andere genres en met waarden de voor- en nadelen van livebloggen en de meerwaarde van het genre. Deze vraag is toegepitst op twee casussen, namelijk NOS en NRC.nl en deze hoofdvraag is opgesplitst in vijf deelvragen: Hoe is livebloggen ontstaan? Gaat livebloggen volgens een vaste procedure? Wat zijn de kenmerken van een liveblog? (Naar aanleiding van twee praktische cases bij NOS en NRC.nl) Wat zijn de voor- en nadelen van livebloggen? Wat is de toekomst van dit genre? Door middel van een literatuurstudie, observaties van liveblogs, interviews met practitioners en een analyse van een corpus liveblogs is er getracht een antwoord te vinden op deze vraag.Show less
The shadow banking system grew enormously in the decades before 2008 in the United States and is widely considered to have been crucial in the financial crisis of 2008. Since the growth of shadow...Show moreThe shadow banking system grew enormously in the decades before 2008 in the United States and is widely considered to have been crucial in the financial crisis of 2008. Since the growth of shadow banking was fostered by neoliberal policies, it constitutes a good case study to establish whether these policies have changed after the crisis. To what extent does neoliberalism still dominate government and monetary policy on shadow banking in the US after the crisis of 2008, and why is this so? I identify four main problems with shadow banking that arose when the crisis hit: a maturity mismatch, securitization, leverage and the size and interconnectedness of the financial system. I investigate the immediate response to the crisis, as well as longer term reform and regulatory efforts considering the four identified problems. I conclude neoliberalism is still dominant, but economic policies have most definitely changed during and after the crisis. In the proposed, implemented and ongoing reform agenda neoliberal economic fundamentals as financial innovation and market efficiency are not under scrutiny. Reform tries to limit the dangers from the most notorious excesses, but even now, not even ten years after the crisis, some of these excesses are already slowly returning.Show less
Dit onderzoek gaat over de wederzijdse relatie tussen private militaire acties ter zee en politiek van Filips de Goede in Holland en Zeeland. Waarbij de focus ligt op diplomatiek en zijn maritieme...Show moreDit onderzoek gaat over de wederzijdse relatie tussen private militaire acties ter zee en politiek van Filips de Goede in Holland en Zeeland. Waarbij de focus ligt op diplomatiek en zijn maritieme politiek.Show less
Samenvatting Op welke wijze heeft de identiteit van de New Woman invloed gehad op de vorm, inhoud en acceptatie van de vanity case? is de vraag die centraal staat in mijn onderzoek. Om tot een...Show moreSamenvatting Op welke wijze heeft de identiteit van de New Woman invloed gehad op de vorm, inhoud en acceptatie van de vanity case? is de vraag die centraal staat in mijn onderzoek. Om tot een antwoord op deze vraag te komen heb ik de vraag verdeeld in subvragen die gekoppeld zijn aan de verschillende hoofdstukken en samen het antwoord op de hoofdvraag zullen vormen. In het eerste hoofdstuk heb ik me verdiept in de identiteit van de New Woman. Wie was zij en wat kenmerkte haar identiteit? In het tweede hoofdstuk staat de vorm, inhoud en acceptatie van de vanity case centraal. Gevolgd door een case study waarin drie vrouwen de invloed van de New Woman op de vanity case aantonen. Ter afsluiting staat een aantal bijzondere vanity cases centraal in het laatste hoofdstuk, dat het brede scala van de tasjes representeert en de rijkdom, kunstige ambacht en virtuositeit laat zien. Door een combinatie van archief- en Iiteratuuronderzoek ben ik tot een antwoord op de hoofd- en subvragen gekomen. In het archiefonderzoek heb ik voornamelijk modetijdschriften en kranten in de jaren 1904 tot en met 1939 gebruikt, aangevuld met andere primaire bronnen zoals etiquette- en andere boeken. Secundaire literatuur en websites vormden de basis van mijn literatuuronderzoek, die door een afstand in tijd een andere invalshoek op het onderwerp en de periode had dan primaire bronnen en daardoor meer nuance en overzicht bood. Echter, de betreffende auteurs hebben de periode waar ze zelf over schrijven niet mee gemaakt, waardoor ze af moeten gaan op informatie van anderen en ze een deel van de context en achtergrondinformatie missen die bij primaire bronnen wel aanwezig is. Een combinatie van beide biedt dus een breder perspectief en heeft me tot de volgende bevindingen geleid. Wie is de New Woman en wat kenmerkt haar identiteit? Aan het einde van de negentiende eeuw vond er een aantal veranderingen plaats in de samenleving in het noorden van Europa en Amerika, met grote gevolgen voor de veranderende rol, status en identiteit van de vrouw in de twintigste eeuw. Onder meer de industrialisatie, met als gevolg de ontwikkeling van massaproductie en – consumptie, urbanisatie en het vervagen van grenzen tussen een privé en een publieke sfeer waren hiervoor van belang. Aan het einde van de negentiende eeuw werd in kranten gesproken over de opkomst van een nieuw type vrouw, de New Woman. Deze vrouw, meestal uit de bovenste- of hoge middenklasse, was zelfverzekerd, zelfstandig en zelfbewust en zette zich af tegen de beperkende regels en sociale voorschriften voor vrouwen; ze wilde gelijkgesteld worden aan de man. Hoewel de New Woman ongeveer in dezelfde periode opkwam als de eerste feministen en zij ook voor meer zelfstandigheid en onafhankelijkheid voor de vrouw pleitte, was de New Woman niet als een politiek geëngageerde feminist te karakteriseren. Een moderne levensstijl, waarbij de vrouw net als de man rookte, alcohol dronk en in de publieke sfeer vertier zocht, is wat de New Woman ambieerde. Moderne normen en waarden waren hierbij net zo van belang als een moderne modieuze verschijning. Modetijdschriften schreven voor hoe de New Woman aan deze moderne verschijning en nieuwe etiquette gevolg kon geven. In de jaren 1910 was dit gedrag en de bijbehorende verschijning absoluut not done en veroorzaakte negatieve reacties uit angst voor sociale chaos en verval van morele en ideologische doctrines. Vooral mannen en oudere vrouwen waren niet gecharmeerd van het moderne provocerende (kleed)gedrag van de New Woman. De Eerste Wereldoorlog zorgde echter voor een ommekeer van deze negatieve gedachten en kan gezien worden als een katalysator voor de revolutie van ‘manners and morals’. Tijdens de oorlog waren veel mannen ver van huis, terwijl de vrouwen achter bleven en de rollen van de mannen overnamen. Hierdoor nam hun afhankelijkheidsgevoel af en zelfverzekerdheid en gevoel van vrijheid groeide. Ook technische uitvindingen zoals huishoudelijke apparaten en de bredere toegankelijkheid van de auto speelden een rol in de vrijheid van de vrouw. Vrouwen maakten zich los van hun oude routine en hielden meer tijd over voor zichzelf en zochten vertier in de publieke sfeer. Na de oorlog kwam er meer erkenning van de New Woman, zowel in privé als publieke sfeer. Genderrelaties werden hervormd en een identiteitscrisis kwam op waarbij de New Woman op zoek ging naar een nieuw vrouwelijk ideaal. De New Woman spiegelde zich aan de man door zich te begeven in dezelfde publieke sfeer, mannelijk gedrag te vertonen zoals roken en alcohol drinken en een ‘mannelijk’ uiterlijk met kort haar, en ‘garçonne’-kledingstijl zonder korset. Het gebruik van zichtbare make-up, wat in de negentiende eeuw nog verguisd werd, bood aan het begin van de twintigste eeuw een manier van zelfexpressie en was een uiting van het eigentijdse gedrag van de New Woman. Zichtbare make-up demonstreerde dat de New Woman nog steeds vrouwelijk was en niet mannelijk zou worden ondanks het ‘overtreden’ van voormalige barrières. Make-up, en de vanity case waarin het bewaard werd, droeg bij aan moderne definities van vrouwelijkheid en hielp de vrouw een identiteit te vormen in een veranderende sociale omgeving. Net als het gedrag van de New Woman werd het gebruik van zichtbare make-up niet meteen door de samenleving geaccepteerd, maar de acceptatie kwam langzaam op gang aan het begin van de twintigste eeuw door actrices en rijke New Women. Zij droegen haute couture en haute joaillerie, waarmee ze als eersten de laatste modetrends volgden. Bovendien was uiterlijk vertoon en het op de voet volgen van de laatste mode van groot belang bij de opkomende nouveau riche, die graag door middel van eigentijdse verschijning en levensstijl geaccepteerd wilde worden door de high society. Tijdens grote societyfeesten was de vanity case een onmisbaar accessoire. Met de komst van goedkopere make-up en vanity cases volgden ook andere New Women en speelden modetijdschriften met hun advertenties en artikelen een belangrijke rol in de legitimatie van zichtbare make-up. Wat is een vanity case en hoe heeft de vorm, inhoud en acceptatie hiervan zich ontwikkeld? Vanity case is de benaming van een tasje of doosje waarin een spiegel en make-up, in verschillende compartimenten, in een zo klein mogelijke ruimte zorgvuldig kan worden opgeborgen en meegenomen. De vanity case was net als de New Woman en het gebruik van zichtbare make-up nog niet algemeen geaccepteerd aan het begin van de twintigste eeuw, maar met de toenemende acceptatie van de New Woman en zichtbare make-up na de Eerste Wereldoorlog groeide de populariteit van de vanity case. Het tasje werd ontworpen voor de New Woman en geproduceerd door de meest gerenommeerde juweliers van Parijs zodat ze op een elegante manier make-up bij zich kon dragen. Vanity cases werden gezien als een ‘juweel op zichzelf’ en volgden de laatste modetrends, wat tot uiting kwam in decoratie en materiaalgebruik. De vorm en inhoud paste zich ook aan aan het heersende modebeeld en moderne behoeften. Aan het begin van de twintigste eeuw waren voornamelijk vanity cases in de mode die waren gebaseerd op de vorm van een Japanse inrō die door een kleine schakelketting was verbonden met een ring, geïnspireerd op de chatelaine. Varianten op deze vorm en ring ontwikkelden zich snel. Zo werd de ring vervangen door een tube waar de vrouw haar rouge in bewaarde en verdween later de ketting, waardoor alleen het doosje overbleef waar de make-up in zat en wat de vrouw samen met haar sigarettendoosje, sleutels en kleingeld in haar handtas opborg, elegant in haar hand hield of op tafel als pronkstuk legde. Voor deze doos-vorm hebben Parijse juweliers zeer waarschijnlijk gekeken naar achttiende eeuwse gouden doosjes en objets de vertu die aan het einde van de negentiende en begin van de twintigste eeuw tot een populair verzamelobject waren geworden. In de jaren 1920 werd make-up steeds meer geaccepteerd en was een toenemend aantal vrouwen in het bezit van een vanity case. Langzaamaan nam de vanity case de functie van de handtas over en werden ook sleutels, sigaretten en aansteker in het doosje bewaard. Van Cleef & Arpels kwam in 1934 met de Minaudière, een type vanity case dat ontworpen was als vervanging voor de handtas waarin alle benodigdheden van de New Woman op een kleine, functionele en zeer elegante manier konden worden gedragen. Naast een praktische functie had de vanity case ook een sociale functie en droeg bij aan de identiteitsvorming van de eigenaresse. Door in het bezit te zijn van een vanity case presenteerde de eigenaresse zich als een zelfverzekerde, zelfstandige, zelfbewuste en moderne vrouw die de laatste mode volgt en make-up gebruikt. Net als bij de sociale acceptatie van make-up, hebben modetijdschriften bij de acceptatie van de vanity case een belangrijke rol gespeeld. Er waren verschillende tijdschriften met elk een eigen doelgroep en bereik. Advertenties en artikelen in deze tijdschriften waarin de vanity case werd aangeprezen als haute nouveauté werden daardoor door een grote groep vrouwen gelezen die het belangrijk vond de laatste mode te volgen. De tijdschriften stimuleerden het verlangen van lezeressen om vanity cases te kopen doordat het tasje werd geassocieerd met een begeerlijke lifestyle. Ze verkondigden op deze manier moderne materiële waarden en speelden als zodanig een grote rol in het hervormen van omgangsvormen, culturele waarden en de sociale acceptatie van make-up en vanity cases. De New Woman werd door tijdschriften als voorbeeld, ‘object of desire’ en verkoopinstrument ingezet. Zij was de personificatie van de laatste mode en een moderne lifestyle. Tijdschriften wekten het idee dat deze levensstijl en identiteit te koop was, mits bijbehorende kleding en accessoires werden aangeschaft. Tijdschriftredacties definieerden, dicteerden en stimuleerden bovendien de nieuwe mode en sociale regels en omgangsvormen door de inhoud van hun bladen. Ze boden een platform voor kleding en accessoires en konden een grote invloed uitoefenen op activiteiten en gedrag van hun lezeressen; ze zetten verandering in gang en kunnen als zodanig worden gezien als een katalysator van de acceptatie van make-up en vanity cases. Door de aandacht die in de modetijdschriften aan de vanity case werd geschonken, de toenemende acceptatie van make-up en de groeiende populariteit van de vanity case kwamen er vergelijkbare vanity cases op de markt gemaakt van goedkopere materialen, toegankelijk voor een breder publiek. Drie New Women in beeld In de case study heb ik drie New Women onderzocht met elk andere achtergrond. Deze vrouwen waren allen rijk en droegen uitsluitend haute couture en haute joaillerie. De vrouwen stonden symbool voor de ideale New Woman die veel geld had en zich in de juiste kringen bevond. Op welke wijzen hadden zij invloed op de vorm, inhoud en acceptatie van de vanity case? Daisy Fellowes en Elsie de Wolfe waren beiden zeer vooruitstrevend en hebben een rol gespeeld in de acceptatie en inhoud van de vanity case. Ze kunnen als voorloper worden gezien waarvoor de Parijse juweliers vanity cases ontwierpen, bovendien zijn ze veel in modetijdschriften afgebeeld en hebben ze met hun voorbeeldfunctie en door het dragen van make-up en vanity cases in een vroeg stadium mee geholpen in de acceptatie ervan. Florence Gould was niet zo vooruitstrevend als Daisy en Elsie, maar was wel een bekende New Woman met veel geld en volgde de mode. Van Cleef & Arpels draagt het ontwerp en het idee van de Minaudière op aan Florence, als symbool voor andere New Women. De vanity case als objet de vertu Vanity cases waren in de jaren 1910 tot 1930 zeer populair en een geliefd en modieus accessoire. In de negentiende eeuw werden door degenen die het konden betalen bijzondere objets de vertu verzameld: kunstige voorwerpen, waarbij het ambacht en de virtuositeit centraal stond. Vanity cases zijn geïnspireerd op deze objets de vertu en kunnen door hun vernuftige ambacht, complexe decoratie en materiaalgebruik ook als virtuoso worden gezien. Juweliers pasten de vorm, het materiaal en de decoratie van de vanity case aan aan heersende modetrends en het tasje werd in de markt gezet als objet de vertu, geprezen en gewaardeerd om zijn kunstige ambacht. Een technisch hoogstandje is de hoeveelheid verschillende objecten die in de vanity case kan worden opgeborgen op een manier dat alles precies in elkaar past en het formaat zo beperkt mogelijk blijft. Er waren ongeveer zevenhonderd manuren nodig om een vanity case te maken. Door het ingewikkelde en tijdrovende productieproces werden de tasjes als uiting van de ambachtskunst van de juwelier gezien en als autonoom kunst- en technisch object gewaardeerd. Ook de bijzondere, exotische en kostbare materialen waarmee het tasje werd gedecoreerd maakten van de vanity case een geliefd accessoire. Invloed van Fabergé, het oude Egypte, India, China en Japan en geometrische vormen zijn het meest dominant in de ontwerpen van vanity cases en zijn kenmerkend voor modieuze vormgeving uit de jaren 1910 tot 1930. Niet alleen materialen, kleuren en originele objecten uit die landen werden gebruikt, ook de vormgeving werd als inspiratiebron door de Parijse juweliers toegepast. Als gevolg ontstond er een grote variatie en rijkdom binnen de decoratie van de populaire vanity cases, die elk als uniek stuk werden ontworpen. Conclusie De invloed van de New Woman op de vanity case is complex en vanuit de verschillende invalshoeken van producent, ‘instrument’ en consument (lezeres) te benaderen. Met de komst van goedkopere varianten vanity cases en make-up werd het tasje toegankelijk voor een grotere groep vrouwen en werd de vanity case en make-up door nog meer vrouwen zelfbewust gedragen als uiting van hun moderne vrouwelijke identiteit. Dit onderzoek gaat over de invloed van de New Woman op de vanity case, maar geeft tevens de relatie weer tussen vanity cases, mode en sociale omgangsvormen in de jaren 1910 tot en met de jaren 1930. De ontwikkeling van de vorm, inhoud en acceptatie van de vanity case en de New Woman zijn aan en met elkaar verbonden. De vorm is aangepast aan de inhoud en aan de smaak, levensstijl en wensen van de New Woman. Zij werd gekenmerkt door haar modieuze verschijning, sigaretten, make-up en vanity case en het is dankzij haar dat de vanity case zo populair is geworden. De New Woman werd als voorbeeld voor andere vrouwen en als verkoopinstrument in modetijdschriften en kranten afgebeeld met een vanity case. Doordat de vanity case via verschillende massamedia het leven van de modieuze New Woman binnendrong, werden sociale omgangsvormen, normen en waarden langzaamaan aangepast en werd het dragen van zichtbare make-up en de vanity case geaccepteerd. Er zou kunnen worden gesteld dat de New Woman en de vanity case elkaars acceptatie hebben versterkt. De vanity case kan tevens als metafoor voor de New Woman worden gezien, want beide symboliseren hetzelfde: een moderne, zelfstandige, zelfbewuste en modieuze vrouw die make-up gebruikt en zich in de publieke ruimte begeeft. De vanity case: een weerspiegeling van de New Woman.Show less