International bankers as diplomatic agents during the Napoleonic wars, an example of business diplomacy. How and why were the bankers of Hope & Co and Baring in the period from 1800-1810...Show moreInternational bankers as diplomatic agents during the Napoleonic wars, an example of business diplomacy. How and why were the bankers of Hope & Co and Baring in the period from 1800-1810 involved in diplomatic dealings and what were the effects of their involvement? This question is answered on the basis of three cases: the Louisiana Purchase, the Mexican silver and peace negotiations. Internationale bankiers als diplomatieke agenten gedurende de Napoleontische oorlogen, een voorbeeld van business diplomatie. Hoe en waarom waren de bankiers Hope & Co en Baring betrokken bij diplomatieke acties en wat waren de effecten van hun betrokkenheid? Deze vragen worden behandeld aan de hand van drie cases: de verkoop van Louisiana, het Mexicaanse zilver en vredesbesprekingen.Show less
Aan het einde van de vijftiende eeuw kwam de Hollandse stad Leiden in een situatie terecht die indertijd werd beschreven als een 'Staet ende atterminatie'. Na een enorme publieke schuld te hebben...Show moreAan het einde van de vijftiende eeuw kwam de Hollandse stad Leiden in een situatie terecht die indertijd werd beschreven als een 'Staet ende atterminatie'. Na een enorme publieke schuld te hebben opgebouwd, kon de stad in 1493 niet langer aan haar betalingsverplichtingen voldoen. In deze scriptie wordt aan de hand van stadsrekeningen en bestuurlijke bronnen uit de periode 1477-1515 besproken hoe Leiden weg kon zakken in dit schuldenmoeras en wat de gevolgen hiervan waren voor haar bestuurlijke autonomie. Hierbij speelde de uitgifte van lijf- en erfrenten een grote rol. Ondanks dat Leiden van 1504-1510 onder curatele van mr. Floris Oom van Wijngaarden werd geplaatst, lijken de maatregelen van de hertog na het uitbreken van de crisis niet tegenstrijdig te zijn geweest met de belangen van de Leidse stedelijke elite. Zij hadden er eveneens belang bij om de publieke schuld te saneren, omdat de stedelijke kredietwaardigheid hen persoonlijk aanging in de vorm van represailles die buitenlandse schuldeisers op hen toe konden passen in het geval van wanbetaling door de stad. Door de handen ineen te slaan wisten de stadsbestuurders en het landsheerlijk gezag Leiden te behoeden voor een werkelijk faillissement en de daarmee gepaard gaande verwoestingen.Show less