Vanaf het einde van de zestiende eeuw ontstond er een belangstelling voor het verhaal van Cornelia Africana die haar kinderen presenteert als haar schatten. Humanisten schreven over Cornelia als...Show moreVanaf het einde van de zestiende eeuw ontstond er een belangstelling voor het verhaal van Cornelia Africana die haar kinderen presenteert als haar schatten. Humanisten schreven over Cornelia als een voorbeeld van deugdzaamheid, en vanaf de achttiende eeuw raakten ook verlichte schrijvers geïnteresseerd in dit thema uit de Romeinse oudheid, vanwege de belangrijke rol die opvoeding speelt in het verhaal. Naast schrijvers maakten kunstenaars schilderijen, gravures en tekeningen van Cornelia als deugdzame moeder. Opvallend is dat de Zwitserse kunstschilder Angelica Kauffmann (1741-1807) in een tijdsbestek van drie jaar maar liefst drie schilderijen over dit thema heeft gemaakt. Het doel van deze scriptie is om een antwoord te geven op de onderzoeksvraag: wat bracht Angelica Kauffmann ertoe het zeldzame thema van Cornelia Africana als deugdzame moeder drie keer uit te beelden in een tijdsbestek van drie jaar? Om deze onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden zal er iconografisch en iconologisch onderzoek gedaan worden. Er zal door middel van deelvragen onderzocht worden hoe het thema vanaf het einde van de zestiende eeuw werd uitgebeeld en in welke context dat gebeurde, hoe de drie schilderijen van Kauffmann zich verhouden tot de Europese beeldtraditie, en wat de mogelijke verklaringen zijn voor Kauffmann’s interesse in dit specifieke thema. Het onderzoek zal aantonen dat Angelica Kauffmann met de drie schilderijen die zij in opdracht maakte de vrouw meer aandacht wilde geven dan tot dusver was gedaan in de Europese beeldtraditie. De dochter van Cornelia, Sempronia, die in de eerdere werken over dit thema veelal werd genegeerd, ondergaat in de drie schilderijen van Kauffmann een transformatie van een klein en naïef meisje naar een wijze en volwassen vrouw. Kauffmann had belangstelling voor de onafhankelijkheid en kracht van de vrouw, aangezien het in de achttiende eeuw moeilijk was voor vrouwen om een plek te bemachtigen in een mannenwereld.Show less
In de tweede helft van de negentiende eeuw stonden Nederlandse levende kunstenaars alsmede hun schilderijen enorm in de belangstelling, zowel in Nederland als daarbuiten. Als de vraag vooral naar...Show moreIn de tweede helft van de negentiende eeuw stonden Nederlandse levende kunstenaars alsmede hun schilderijen enorm in de belangstelling, zowel in Nederland als daarbuiten. Als de vraag vooral naar de werken van de Haagse School-schilders vergrootte, speelden kunsthandelaren een belangrijke rol om deze kunstenaars en hun kunst in contact te brengen met potentiële kopers. Waterverf was een geliefde techniek van de schilders van de Haagse School. Terwijl deze schilders veel waterverfschilderijen produceerden, is er relatief weinig onderzoek naar de handel in aquarellen gedaan. In deze scriptie wordt nader onderzoek verricht naar de markt voor aquarellen. Wat kan er worden gezegd over de afzet en de handel in de eigentijdse, Nederlandse aquarellen in de laatste decennia van de negentiende eeuw, met nadruk op die van de Haagse School-schilder? Dit onderzoek wordt gebaseerd op de verkoopboeken van het Haagse filiaal van de Franse kunsthandel Goupil, waarin de dagregisters van de aquarellen gevonden kunnen worden. Bovendien beperkt deze studie zich tot volgende kunstenaars: J. Israëls, J. en W. Maris, A. Mauve, J. H. Weissenbruch en F.J. van Rossum du Chattel in de periode 1870-1900. In dit werkstuk worden aantallen, in- en verkoopprijzen, onderwerpen, kopers en verkopers van de door Goupil verhandelde aquarellen van de geselecteerde kunstschilders geanalyseerd. Uit het onderzoek blijkt dat de handel van de aquarellen bij Goupil tijdens 1870-1900 net zo actief was als die van de olieverfschilderijen. Vooral in het laatste decennium van de negentiende eeuw leverde de firma de meeste winst op ondanks het kleinste aantal van de verhandelde aquarellen en de stijgende concurrentie met andere handelaren. Met behulp van een betaalbare prijs, ontwikkelden de aquarellen zich tot een populair verzamelobject voor het kopende publiek. Dit onderzoek reflecteert een aspect van het totaalbeeld van de afzet van de aquarellen in de periode 1870-1900.Show less
Research master thesis | Arts and Culture (research) (MA)
closed access
The purpose of this thesis is to examine the image of Western art in Taiwan with a focus on the Chimei Museum (*1990). Motivated by the recent trend for acquiring and displaying Western works of...Show moreThe purpose of this thesis is to examine the image of Western art in Taiwan with a focus on the Chimei Museum (*1990). Motivated by the recent trend for acquiring and displaying Western works of art in East Asia, I concentrate on the Taiwanese response in an attempt to bridge academic gaps in interpreting how East Asia reacts to Western culture. On the one hand, Taiwanese art collecting and exhibiting has definitely mirrored the cultural environment in East Asia as it was one of the earliest international art markets in post-war East Asia (*1945). On the other hand, having been colonized by the Japanese who introduced their westernization strategies (1895-1945) and then with a fresh injection of Chinese culture as the seat of the Republic of China (*1945, post-war period), the Taiwanese public’s impression of Western art provides a copybook example of how the Western aesthetics were constructed under Japanese, Chinese and local Taiwanese rules. The Chimei Museum is an exemplification of the introduction of Western art in modern Taiwan. As a private museum, the educational background of its founder, Xu Wen Long (許文龍, *1928), who was brought up under Japanese rule, marks the initial point of entry of Western aesthetics into the colonized society. During her directorship of the Chimei Museum in the late 1990s, Xu’s successor, Kuo Ling Ling (郭玲玲, *1956), has shown a new attitude toward appreciating Western art in post-war Taiwan. Taking the perspectives of collecting and museum culture as the starting point, my analysis of the Chimei Museum hopes to provide a pioneering discussion about the general Taiwanese reception of Western art.Show less
In deze scriptie is getracht een antwoord te vinden op de vraag wat de relatie is tussen de werkwijze van Vincent van Gogh en de materialen die hij gebruikte, met nadruk op de fabrieksmatige verf...Show moreIn deze scriptie is getracht een antwoord te vinden op de vraag wat de relatie is tussen de werkwijze van Vincent van Gogh en de materialen die hij gebruikte, met nadruk op de fabrieksmatige verf die hij gebruikte. Dit is afgebakend door alleen naar de Arles-periode te kijken. Het eerste hoofdstuk beantwoordt de vraag wat de eigenschappen zijn van de belangrijkste pigmenten die Van Gogh gebruikt heeft. Hierbij is vergelijkend onderzoek gedaan, waarbij REVIGO het voornaamste uitgangspunt is geweest. Daarnaast is de ontstaansgeschiedenis van de verven ook meegenomen in de argumentatie van dit hoofdstuk. In het tweede hoofdstuk is er met een casestudy een antwoord gegeven op de vraag welke verven Van Gogh in een bepaalde periode gebruikte en hoe hij deze gebruikt heeft in zijn schilderijen. Deze casestudy bestaat uit een verf bestelling van Vincent in een brief aan zijn broer Theo. Vervolgens is er met een eigen onderzoeksmethode een antwoord gevonden op de deelvraag van dit hoofdstuk. De bevindingen van dit hoofdstuk zijn toegepast op 'Veld met irissen bij Arles'.Show less
In de twintigste eeuw is gepoogd om textiel als kunstvorm te verheffen, te emanciperen, tot een aan de beeldende kunsten gelijkwaardige kunstvorm. Dit onderzoek onderscheidt de emancipatoire...Show moreIn de twintigste eeuw is gepoogd om textiel als kunstvorm te verheffen, te emanciperen, tot een aan de beeldende kunsten gelijkwaardige kunstvorm. Dit onderzoek onderscheidt de emancipatoire ontwikkeling van textiel als kunstvorm grofweg in drie essentiële fases. In de eerste fase, na de Eerste Wereldoorlog (1914-1918), werd gepoogd textiel te verheffen van ambacht tot toegepaste kunst. Met toegepaste kunst wordt hier de esthetische vormgeving van functionele kunstuitingen bedoeld. Na de Tweede Wereldoorlog (1940-1945) richtte de tweede fase zich op de verheffing van toegepaste kunst tot beeldende kunst om in de derde fase een verheffing in te zetten van beeldende kunst tot autonome ruimtelijke kunst. Het Stedelijk Museum Amsterdam, dat in 1895 werd geopend, groeide in de twintigste eeuw uit tot een toonaangevend internationaal museum voor moderne en hedendaagse kunst en vormgeving. Textiel was een van de talrijke kunstvormen die het museum presenteerde, daarmee werd textiel in een brede context getoond. Het onderzoek heeft zich daarom gericht op het Stedelijk Museum als casus waarbinnen de twintigste-eeuwse emancipatie van textiel als kunstvorm onderzocht kan worden. De tentoonstellingen Het behang en het gordijn (1927), Textiel als Kunst (1956) en Perspectief in textiel (1969) vertellen samen het verhaal van de pogingen tot emancipatie van textiel als kunstvorm. Bij de tentoonstellingen hebben de organisatoren van de tentoonstellingen de emancipatie van textiel als kunstvorm gestimuleerd op verschillende manieren en met verschillende motieven.Show less
Deze scriptie laat zien hoe de waardering van de verschillende types landschapschilderkunst uit de 17de eeuw heel verschillend was in de 18de en de 20ste eeuw. De 18de-eeuwse kunstcriticus Arnold...Show moreDeze scriptie laat zien hoe de waardering van de verschillende types landschapschilderkunst uit de 17de eeuw heel verschillend was in de 18de en de 20ste eeuw. De 18de-eeuwse kunstcriticus Arnold Houbraken met zijn Grote schouburgh en de 20ste-eeuwse kunsthistoricus Wolfgang Stechow met zijn Dutch Landscape Painting schrijven ieder in zijn opus magnum over de ontwikkeling van de landschapschilderkunst uit de 17de eeuw. Hun keuzes van landschapskunstenaars die zij bespraken waren beïnvloed door de overheersende overtuigingen in de maatschappij en de wereld van kunstgeschiedenis van hun tijd - het classicisme in het geval van Houbraken en het impressionisme in het geval van Stechow.Show less
In deze scriptie wordt onderzoek gedaan naar een mogelijke herkomst van de vrouwenkleding die op veel van de genreschilderijen van de Utrechtse caravaggisten Gerard van Honthorst, Dirck van Baburen...Show moreIn deze scriptie wordt onderzoek gedaan naar een mogelijke herkomst van de vrouwenkleding die op veel van de genreschilderijen van de Utrechtse caravaggisten Gerard van Honthorst, Dirck van Baburen en Hendrick ter Brugghen voorkomt. Hierbij wordt met name onderzocht of schilderijen en prenten van kunstenaars die volgens de bestaande literatuur een belangrijke invloed op deze Utrechtse schilders hebben gehad, ook van belang kunnen zijn geweest voor het ontstaan van de vrouwenkostuums op de genrestukken van de Utrechtse caravaggisten.Show less
Een statistisch onderzoek naar portretten en tronies in Hollandse boedelinventarissen uit de 17e eeuw. In dit onderzoek is aangetoond dat Rembrandt met de verkoop van portretten en tronies...Show moreEen statistisch onderzoek naar portretten en tronies in Hollandse boedelinventarissen uit de 17e eeuw. In dit onderzoek is aangetoond dat Rembrandt met de verkoop van portretten en tronies verschillende segmenten van de markt aansprak. Zo kwamen de portretopdrachten voornamelijk uit het hoogste segment van de bevolking en de kopers van tronies uit de middenlaag. De prijzen van portretten die aan Rembrandt betaald werden, waren hoog en gericht op een het hoogste segment van de markt. Tronies waren toegankelijk voor klanten uit de middenklasse. Met twee verschillende producten wist Rembrandt dus in te spelen op de vraag van zijn verschillende klantenkringen. Tronies werden vaak voor de anonieme vrije markt geproduceerd en portretten kwamen vrijwel alleen in opdracht. Uit de analyse van de boedelinventarissen blijkt dat portretten twee keer zo hoog werden getaxeerd als tronies. Hoewel Rembrandt in zijn tijd een van de duurste en meest prestigieuze kunstenaar was, beperkte zich dat dus niet alleen tot het meest kieskeurige segment met een brede beurs.Show less