In deze scriptie wordt onderzocht in hoeverre de religieuze aspecten van het nazisme meespeelden in de beslissing van de vroege nazi's (zij die lid werden van de NSDAP voor 1933) om lid te worden...Show moreIn deze scriptie wordt onderzocht in hoeverre de religieuze aspecten van het nazisme meespeelden in de beslissing van de vroege nazi's (zij die lid werden van de NSDAP voor 1933) om lid te worden van de partij. De drie hoofdstukken behandelen elk een vooraanstaand 'religieus' element van het nazisme: het gemeenschapsgevoel van de Volksgemeinschaft, het geloof in de Führer en tenslotte de millennialistische en eschatologische aspecten. Om de hoofdvraag te beantwoorden wordt er gebruik gemaakt van de Abelpapers, een collectie essays waarin ca. 600 vroege nazi's uitleggen waarom zij lid zijn geworden van de NSDAP. Hierbij worden verbanden gelegd met de historiografie over (nazisme als) politieke religie, een onderwerp dat in de laatste 30 jaar aanzienlijke aandacht heeft gekregen.Show less
In deze scriptie onderzoek ik de politieke ideeën van de bekende Duitse journalist Theodor Wolff (1868-1943). Door zijn artikelen uit het Berliner Tageblatt en passages uit zijn boeken en dagboek...Show moreIn deze scriptie onderzoek ik de politieke ideeën van de bekende Duitse journalist Theodor Wolff (1868-1943). Door zijn artikelen uit het Berliner Tageblatt en passages uit zijn boeken en dagboek te analyseren wordt duidelijk hoe Wolff dacht over de vitaliteit van de Weimarrepubliek en wat volgens hem de sterke en zwakke kanten waren van de Weimarrepubliek. Deze scriptie wil ingaan tegen de nog altijd aanwezige teleologische blik in de historiografie en betogen dat de Weimarrepubliek niet alleen onderzocht moet worden vanuit haar uiteindelijke einde maar dat ook gekeken moet worden naar de mogelijkheden van de Weimarrepubliek zoals die ook werden gezien door Wolff.Show less
Germany went into the war in the belief that the war would be intense, but that it would be comparatively short and manageable. This way of thinking was not particularly driven by well thought out...Show moreGermany went into the war in the belief that the war would be intense, but that it would be comparatively short and manageable. This way of thinking was not particularly driven by well thought out theories, instead it was a product of necessity. Because there was no substitute for the Schlieffen plan, in combination with the slow descent of the conflict in into a static bloodbath, German politicians and military leaders tried to find another way out of the catastrophe that the war had devolved into. These factors would eventually result in increasing pressure for the conclusion of the war through a peace initiative. This research paper set out to outline three major arguments. Firstly, that the main German peace offers were sincere in trying to conclude a negotiated peace. Secondly, that there was significant support for peace initiatives both in the general populace and in the military and political elite, although it did vary greatly per initiative. And finally, that the war dragged on because the minimum terms of both sides were deemed unacceptable by the governments and populations which put significant pressure on governments. This view directly contradicts the long-held argumentation along the lines of the Fischer-these and its later iterations which state that the peace initiatives were mainly a ruse and that the sole goal of the German government was the domination of Europe through extensive annexations and creating a network of puppet states. Especially the 1916 general peace offer is a strong piece of evidence that there were significant elements surrounding Bethmann-Hollweg and the Kaiser in the German state that were ready to conclude a peace without these extensive demands. Furthermore, the plethora of enthusiastic newspaper articles in combination with the support of mass-parties like the SPD and Zentrum for some of the proposals indicate that at least some of these peace initiatives could count on significant support from the German population.Show less
In maart 1920 werd de jonge Weimarrepubliek geconfronteerd met een socialistische revolutie van 60.000 arbeiders en mijnwerkers in het Roergebied en het Bergische Land. Om de orde te herstellen...Show moreIn maart 1920 werd de jonge Weimarrepubliek geconfronteerd met een socialistische revolutie van 60.000 arbeiders en mijnwerkers in het Roergebied en het Bergische Land. Om de orde te herstellen stuurde de regering een leger van 45.000 soldaten, merendeels van de paramilitaire Freikorpsen. De daaropvolgende militaire confrontatie en de zuivering van het industriegebied zorgden voor een golf van geweld waarbij 1000 tot 3000 revolutionairen, burgers en militairen om het leven kwamen. Het handelen van de ordetroepen was bruut en werd gekenmerkt door extreem geweld. Dit onderzoek tracht te beantwoorden waarom dit extreme geweld werd toegepast, door de acties aan de Roer in de bredere context van de vroege Weimarrepubliek te plaatsen en door de Freikorpsmannen te leren begrijpen via hun memoires.Show less
Als een van de invloedrijkste instituties van de Weimarrepubliek wordt het leger aangewezen; de Reichswehr. Maar welke rol speelde de Reichswehr precies in de ondergang van de republiek? Aan de...Show moreAls een van de invloedrijkste instituties van de Weimarrepubliek wordt het leger aangewezen; de Reichswehr. Maar welke rol speelde de Reichswehr precies in de ondergang van de republiek? Aan de hand van militair gerelateerde bronnen en een focus op de sleutelfiguren Hans von Seeckt en Kurt von Schleicher brengt deze scriptie de nauwe relatie tussen politiek en leger in de laatste jaren van de Weimarrepubliek aan het licht.Show less
Het was Franz von Papen die na zijn eigen ontslag, Hitler nog één keer de kans gaf toch rijkskanselier te worden. Deze tegenstrijdigheden geven aanleiding tot de vraag die in dit onderzoek centraal...Show moreHet was Franz von Papen die na zijn eigen ontslag, Hitler nog één keer de kans gaf toch rijkskanselier te worden. Deze tegenstrijdigheden geven aanleiding tot de vraag die in dit onderzoek centraal staat: waarom hielp Franz von Papen Adolf Hitler bij het verkrijgen van een dictatoriale machtspositie?Show less
Wilhelm Ritter von Leeb (1876-1956) was een vooraanstaand Duits beroepsmilitair in het Duitse Keizerrijk, de Weimarrepubliek en Nazi-Duitsland. Aan het einde van een lange carrière werd hij in 1940...Show moreWilhelm Ritter von Leeb (1876-1956) was een vooraanstaand Duits beroepsmilitair in het Duitse Keizerrijk, de Weimarrepubliek en Nazi-Duitsland. Aan het einde van een lange carrière werd hij in 1940 door Hitler benoemd in de hoogste militaire rang, die van generaal veldmaarschalk. Aan het begin van zijn carrière nam hij deel aan het Oost-Aziatische Expeditiekorps dat in 1900 naar China werd gestuurd om daar de Bokseropstand neer te slaan. Tijdens die expeditie hield hij een dagboek bij en liet een fotoalbum na. Dit dagboek en fotoalbum staan centraal in deze scriptie. De scriptie richt zich op twee onderwerpen: ten eerste de motieven van von Leeb om deel te nemen aan het Oost-Aziatische Expeditiekorps en ten tweede zijn beeld van China en de Chinezen. De persoonlijke motieven en opvattingen van von Leeb worden afgezet tegen de geopolitieke achtergrond van het conflict, de heersende denkbeelden over China en de Chinezen in Duitsland rond 1900 en vergelijkbare egodocumenten van andere Duitse soldaten. Op die manier wordt duidelijk in hoeverre Wilhelm Ritter von Leeb past binnen de gangbare ideeën van zijn tijd.Show less
In this thesis the changes within the Außerparlamentarische Opposition and the founding of the Red Army Fraction are explained, to find out if there is a continuity in this development or not.
‘Nacht! Tauentzien! Kokain! Das ist Berlin!’, schreef de Russische schrijver Andrej Bely in 1924 na een verblijf in Berlijn. De Duitse hoofdstad werd in de jaren twintig geassocieerd met een wild...Show more‘Nacht! Tauentzien! Kokain! Das ist Berlin!’, schreef de Russische schrijver Andrej Bely in 1924 na een verblijf in Berlijn. De Duitse hoofdstad werd in de jaren twintig geassocieerd met een wild en florissant nachtleven, seksuele uitspattingen, drugsgebruik en een decadente kijk op de wereld. Deze excessen werden doorgaans in verband gebracht met het onzekere bestaan in de Weimarrepubliek, die geplaagd werd door politieke crises en hyperinflatie: het zogenoemde ‘tanzen auf dem Vulkan’. Cocaïne was het roesmiddel bij voorkeur van deze vulkaandansers, men sprak destijds zelfs van een Kokainwelle, een cocaïnegolf. Massaal drugsgebruik als deel van een zogenoemde Rauschkultur maakt sindsdien onderdeel uit van het beeld dat van de 'Großstadt' tijdens de Weimarrepubliek bestaat. Maar klopt dat wel? Er is beperkt onderzoek gedaan naar de Kokainwelle. In de bestaande literatuur over het onderwerp is er weinig aandacht voor de gestalte die het cocaïnegebruik in deze periode aannam, de beeldvorming van het gebruik, structurele of incidentele oorzaken en de rol van de overheid. Het is, kortom, een onderwerp dat zelden in al haar facetten wordt beschouwd. In deze masterscriptie wordt het beeld van de Kokainwelle nader onderzocht en binnen haar historische context geplaatst. Hierbij komt de ontwikkeling van de Duitse cocaïne-industrie aan bod, de opkomst van cocaïne als medicijn en het gebruik van de drug tijdens de Eerste Wereldoorlog. De beeldvorming van het cocaïnegebruik in Berlijn tijdens de Weimarrepubliek wordt geanalyseerd aan de hand van een rijk exposé aan literatuur en kunst, met speciale aandacht voor de expressionistische dichter Walter Rheiner (1895-1925) en de danseres Anita Berber (1899-1928). Tot slot wordt de wetgeving aangaande cocaïne onder de loep genomen en dieper ingegaan op de handhaving daarvan in de Weimarrepubliek.Show less
Scriptie over de Joodse, linkse intellectueel en pacifist Ernst Toller (1893-1939). Hij schreef een autobiografie, toneelstukken, brieven en vele kritische geschriften over de Weimar Republiek....Show moreScriptie over de Joodse, linkse intellectueel en pacifist Ernst Toller (1893-1939). Hij schreef een autobiografie, toneelstukken, brieven en vele kritische geschriften over de Weimar Republiek. Deze scriptie concentreert zich op de periode 1924-1933 met als leidraad de vraag hoe Tollers ideale samenleving eruit zag en hoe dit ideaal zich vertaalde in zijn kritiek op de Weimarrepubliek. De volgende drie aspecten komen aan bod: zijn kritiek op geweld, zijn kritiek op het rechtssysteem en zijn kritiek op de verdeeldheid binnen links.Show less
Christa Wolf (1929-2011) publiceerde in de jaren 1960 haar eerste literarische werken. Hoewel ze daarvoor zelf als functionaris binnen de cultuurpolitiek van de DDR actief was, werd ze in deze...Show moreChrista Wolf (1929-2011) publiceerde in de jaren 1960 haar eerste literarische werken. Hoewel ze daarvoor zelf als functionaris binnen de cultuurpolitiek van de DDR actief was, werd ze in deze periode tot een zelfstandig en kritisch auteur, met name na haar roman Nachdenken über Christa T. (1969). Haar eerste roman Moskauer Novelle (1961) was volkomen ‘politiek correct’ en geschreven in de stijl van het socialistisch-realisme. Achteraf wordt vaak besproken hoe Der geteilte Himmel (1963) al veel minder conform de regels van de SED geschreven was. Snelle veranderingen binnen de cultuurpolitiek spelen in deze periode echter een belangrijke rol om te kunnen begrijpen hoe Wolf zich verhield tot de staat en hoe dit haar literatuur beïnvloedde. In deze scriptie wordt de precieze gang van zaken omtrent de cultuurpolitiek van de DDR, Wolfs betrokkenheid met het staatsbestel, de politieke verhouding tussen de DDR en de BRD en haar schrijverschap in de periode 1961-1969 uiteengezet met behulp van archiefmateriaal uit de Akademie der Künste in Berlijn, dagboekmateriaal en correspondentie. Daaruit wordt een duidelijke analyse van Wolfs vroege werk binnen de historische context en beschikbare biografische informatie van Wolf geplaatst.Show less
This thesis looks at the motivation of soldiers and the leadership of the German army commiting war crimes during the first half of the Second World War. Nazi ideology provided and enabled the...Show moreThis thesis looks at the motivation of soldiers and the leadership of the German army commiting war crimes during the first half of the Second World War. Nazi ideology provided and enabled the willingness to commit war crimes. Even if the majority of soldiers and generals did not agree with Nazi ideology, they did participate in the actions that were committed in the name of National Socialist ideology.Show less
Werner Heisenberg leidde tijdens het Derde Rijk het kernonderzoek van Nazi-Duitsland. Hij was nooit lid van een nationaalsocialistische organisatie, maar werkte toch aan een ontwikkeling die...Show moreWerner Heisenberg leidde tijdens het Derde Rijk het kernonderzoek van Nazi-Duitsland. Hij was nooit lid van een nationaalsocialistische organisatie, maar werkte toch aan een ontwikkeling die dramatische gevolgen zou kunnen hebben in handen van de nationaalsocialisten? Heisenbergs politieke visie ten opzichte van de Nazi's en kernwapens worden in deze scriptie bestudeerd.Show less
Dit stuk vergelijkt de behandeling van krijgsgevangenen in Duitse, Franse en Russische handen. De nadruk ligt op de behandeling van krijgsgevangenen in Duitse handen.