Deze masterthesis gaat over een specifieke methode van verzamelen door archiefinstellingen en musea, namelijk het geven van documentaire foto-opdrachten. Hierbij wordt fotografen gevraagd om...Show moreDeze masterthesis gaat over een specifieke methode van verzamelen door archiefinstellingen en musea, namelijk het geven van documentaire foto-opdrachten. Hierbij wordt fotografen gevraagd om bepaalde aspecten van het leven in het werkgebied van de instelling in beeld vast te leggen. Voor mijn onderzoek naar de redenen van verzamelinstituten om sinds 1972 deze opdrachten te geven, heb ik drie instellingen gekozen die vanuit een lange of korte traditie deze opdrachten geven: de stadsarchieven van Amsterdam en Rotterdam en het Tropenmuseum. Bij het geven van opdrachten neemt een verzamelinstituut initiatief tot het vormen van collecties, is een instituut sterk betrokken op de hedendaagse maatschappij en ziet de instelling de noodzaak in van actuele beeldcollecties. In het literatuuronderzoek zijn deze aspecten in een historisch kader geplaatst en worden de volgende thema’s uitgewerkt: de actieve betrokkenheid van verzamelinstituten bij ontwikkelingen in de maatschappij, de oorsprong van de historische verzameldrang en het belang dat verzamelinstituten hechten aan beeldcollecties. Uit het praktijkonderzoek komt naar voren dat een belangrijke reden voor het geven van documentaire foto-opdrachten is gelegen in de unieke mogelijkheden die ze bieden voor acquisitie: contact met (amateur)fotografen, uitwisseling met hen over de collectie en een relatief lage prijs voor goede fotografie. Voor een dieper inzicht in de vraag waarom verzamelinstituten documentaire foto-opdrachten geven, is het nodig om de opdrachten te zien in het licht van de verzamelgeschiedenis en acquisitiemethoden van het betreffende verzamelinstituut. De manier waarop documentaire foto-opdrachten zich verhouden ten opzichte van de verzamelgeschiedenis en acquisitietraditie bepaalt uiteindelijk hoe documenteren wordt ingevuld: als het aanvullen van de historische collectie met recente beelden (Stadsarchief Rotterdam), als het kritisch reflecteren op en aanvullen van de historische beeldcollectie (Tropenmuseum) of het verzamelen van fotoseries over de stad met een gedegen visie van een beroepsfotograaf (Stadsarchief Amsterdam). De vraag hoe verzamelinstituten hun collecties kunnen uitbreiden is wezenlijk voor alle verzamelinstituten, met name in een tijd van overvloed aan beelden. Het is belangrijk dat verzamelinstituten zich voortdurend bewust zijn van hun invloed in het vormen van collecties en van de veranderende maatschappelijke omstandigheden die dit proces beïnvloeden. Juist documentaire foto-opdrachten kunnen een rol van betekenis spelen bij de vraag naar de legitimatie van verzamelen. Het is immers een manier van verzamelen die mogelijkheden biedt om recht te doen aan zowel de visie en creativiteit van een fotograaf als de intentie van het verzamelinstituut waarbij beide aspecten ook naar het publiek toe inzichtelijk gemaakt kunnen worden.Show less
Deze scriptie behandeld het internationale probleem hoe archieven verdeeld moeten worden als staten uit elkaar gaan. Als casus voor dit probleem wordt ingezoomd op de archiefverdeling tussen...Show moreDeze scriptie behandeld het internationale probleem hoe archieven verdeeld moeten worden als staten uit elkaar gaan. Als casus voor dit probleem wordt ingezoomd op de archiefverdeling tussen Nederland en België na het uiteenvallen van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden.Show less
In deze thesis wordt nagegaan hoe het informatiesysteem van de VOC werkte. Hoe kwam de compagnie aan haar informatie, hoe werd deze geregistreerd, en door wie werd deze geregistreerd? Welke weg...Show moreIn deze thesis wordt nagegaan hoe het informatiesysteem van de VOC werkte. Hoe kwam de compagnie aan haar informatie, hoe werd deze geregistreerd, en door wie werd deze geregistreerd? Welke weg legden de documenten binnen het informatienetwerk van de compagnie af? Door de Amerikaanse antropologe Ann Stoler wordt verondersteld dat een archief een zekere ‘pulse’ heeft, een polsslag waarmee documenten door een organisatie in verschillende snelheden en hoeveelheden werd uitgewisseld. In dit onderzoek wordt gekeken welke onderwerpen in de jaren 1737-1750 in de administratie van de VOC het meest van belang waren, en wordt onderzocht of er onderwerpen zijn waarover met een ‘verhoogde polsslag’ besluiten werden genomen, rapporten werden geproduceerd en correspondentie werd uitgewisseld. Ann Stoler introduceert ook het concept van het ‘archival event,’ gerelateerd aan deze verhoogde polsslag. In dit onderzoek wordt een methode gepresenteerd waarmee archival events mogelijk terug te vinden zijn in de archieven. De vraag of dit een werkbare methode oplevert, is een subvraag van dit onderzoek. De hoofdvraag van deze thesis is of er een ‘pulse’ waarneembaar is in de archieven van de VOC en of – door mogelijke ‘archival events’ op te sporen – het informatiesysteem en –netwerk van de VOC in kaart gebracht kan worden. Twee van de gevonden mogelijke archival events – de Chinezenmoord in Batavia (1740) en een administratieve crisis rond het buitenkantoor in Perzië (1737) – worden daartoe nader uitgediept. De thesis is gebaseerd op onderzoek in de archieven van de Heeren XVII (geborgen in het Nationaal Archief, Den Haag) en de Hoge Regering (Arsip Nasional Republik Indonesia, Jakarta).Show less