Het doel van dit onderzoek was om de houding van onderwijsprofessionals in de onderbouw van het basisonderwijs ten opzichte van spelend leren te beschrijven. Hierdoor kunnen er wellicht...Show moreHet doel van dit onderzoek was om de houding van onderwijsprofessionals in de onderbouw van het basisonderwijs ten opzichte van spelend leren te beschrijven. Hierdoor kunnen er wellicht overeenkomsten en/of verschillen gerapporteerd worden tussen de voor- en nadelen uit de literatuur van spelend leren en de (h)erkenning door de onderwijsprofessionals hiervan. Daarom zijn er vijf onderwijsprofessionals uit de onderbouw van een basisschool geïnterviewd om erachter te komen welke thema’s van belang zijn bij het wel of niet inzetten van spelend leren in groep 3. De onderwijsprofessionals gaven gedurende de interviews aan dat het inzetten van spelend leren meerdere academische voordelen heeft. Deze manier van leren heeft een positieve invloed op het bevorderen van de vroege rekenvaardigheden en op de ontwikkeling van de woordenschat. Echter werd het aanleren van complexe vaardigheden als een nadeel ervaren door de onderwijsprofessionals. De onderwijsprofessionals gaven aan dat complexe vaardigheden effectief aangeleerd kunnen worden wanneer directe instructie in combinatie met spelend leren wordt ingezet. Daarnaast werden ook op sociaal-emotioneel gebied meerdere voordelen van spelend leren gerapporteerd: het probleemoplossend vermogen en de ontwikkeling van sociale vaardigheden worden gestimuleerd. Zowel de academische als de sociaal-emotionele voor- en nadelen die ervaren worden door de onderwijsprofessionals tonen in zekere mate overlap met thema’s uit de literatuur als het gaat om het wel of juist niet inzetten van spelend leren. Daarnaast was het opvallend dat bij het beschrijven van de voor- en nadelen uit zowel de literatuur als de praktijk de voordelen van spelend leren zowel academisch als sociaal-emotioneel vaker en uitgebreider werden belicht dan de nadelen ervan. Al met al kan er gesteld worden dat de vele voordelen van spelend leren vanuit de literatuur ook ervaren worden in de praktijk, wat duidt op een positieve houding van de onderwijsprofessionals tegenover het inzetten van spelend leren.Show less
Dit adviesrapport is opgesteld naar aanleiding van de vraag van de opdrachtgever, tevens de oprichter van De Noordwijkse Methode, Frum van Egmond. De opdrachtgever was benieuwd op welke manier De...Show moreDit adviesrapport is opgesteld naar aanleiding van de vraag van de opdrachtgever, tevens de oprichter van De Noordwijkse Methode, Frum van Egmond. De opdrachtgever was benieuwd op welke manier De Noordwijkse Methode geoptimaliseerd kan worden om de leermotivatie van leerlingen van groep 1 tot en met 3 te verhogen. Bij de ontwikkeling van De Noordwijkse Methode heeft de opdrachtgever gebruikgemaakt van de Zelfdeterminatietheorie (ZDT). De ZDT staat bekend als één van de bekendste motivatietheorieën uit de psychologie. De opdrachtgever heeft aangegeven dat het onduidelijk is in hoeverre leerkrachten op de hoogte zijn hoe de ZDT verwerkt is in De Noordwijkse Methode en in hoeverre zij die gebruiken in hun lessen. Daarom is het doel van dit onderzoek om De Noordwijkse Methode met de ZDT te vergelijken en het verband te onderzoeken tussen het ‘lesgeef-enthousiasme’ en ‘de perceptie van leerkrachten op het toepassen van de ZDT-elementen' in de lessen. Hierbij is gekeken naar lesgeef-enthousiasme, omdat dit net als de ZDT leermotivatie bevordert (Deci et al., 1981; Patrick et al., 2000; Reeve et al., 2004; Tsai et al., 2008). Hierbij is specifiek gekeken naar de onderbouw van De Noordwijkse Methode: groep 1 tot en met 3. Om deze twee hoofdvragen te kunnen beantwoorden is allereerst een deskonderzoek uitgevoerd waarin de elementen van de ZDT zijn vergeleken met de aangeleverde documenten vanuit de opdrachtgever. Daarnaast is een correlationeel onderzoek uitgevoerd waarbij een vragenlijst is afgenomen bij leerkrachten van De Noordwijkse Methode. Bij de vragenlijst is specifiek gekeken naar ‘de perceptie van leerkrachten op het toepassen van de ZDT’ en naar het’ lesgeef-enthousiasme’ Uit het deskonderzoek is gebleken dat niet alle drie de basisbehoeftes van De Noordwijkse Methode in gelijke mate voorkomen in de aangeleverde documenten. Daarnaast is uit het correlationele onderzoek een niet significant resultaat gekomen, waardoor geen sterke samenhang is gevonden tussen ‘de perceptie van leerkrachten op het toepassen van de ZDT’ en het’ lesgeef-enthousiasme’. Ten gevolge van dit onderzoek zijn concrete adviezen ontstaan voor de opdrachtgever met betrekking tot het optimaliseren van De Noordwijkse Methode op het gebied van motivatie van de leerlingen.Show less
Understanding how young adolescents and young adults learn can give important insight to improve education. A way to enhance learning in educational practice is the use of Generative learning...Show moreUnderstanding how young adolescents and young adults learn can give important insight to improve education. A way to enhance learning in educational practice is the use of Generative learning strategies (GLS’s), such as generating predictions. The present study aims to investigate whether learning by making predictions or repeating is more effective. It also seeks to examine potential interactions between age and instructional methods and the role of curiosity. Additionally, the neural mechanisms are explored, to gain better understanding of learning processes across ages. In the first study a numerical fact learning task was used to compare learning in two conditions (repeat vs. generating predictions) across young adolescents (11-13 years) and young adults (20-25). In the second study the same paradigm was used in an fMRI setting to explore neural correlates involved in different instructional conditions (repeat vs. prediction). Main findings showed that adults score higher in both conditions compared to adolescents. However, adolescents benefited more from generating predictions compared to adults. For adults no difference between the two conditions was found in the first study, whereas repeating improved learning in the second study. The second study found extended activation in the ACC, hippocampus and striatum in the prediction condition, compared to repetition. No effect was found for curiosity on learning. Together the two studies suggest that generating predictions can be an effective strategy for promoting learning for children, whereas mnemonic strategies such as repetition might be more effective for adults The results highlight the importance of considering age-related differences in instructional strategies related to their underlying meta-cognitive abilities and neural correlates. Further research is needed to investigate to what extend different underlying meta cognitive functions (such as feedback processing, surprise and curiosity) contribute to the effectiveness of generating predictions.Show less
In de literatuur is weinig bekend over het inzetten van spelend leren in groep 3, daarom is het belangrijk om te weten hoe onderwijsprofessionals tegenover het inzetten van spelend leren staan. Dus...Show moreIn de literatuur is weinig bekend over het inzetten van spelend leren in groep 3, daarom is het belangrijk om te weten hoe onderwijsprofessionals tegenover het inzetten van spelend leren staan. Dus is er onderzoek gedaan met de onderzoeksvraag: ‘Hoe staan onderwijsprofessionals van de onderbouw tegenover het inzetten van spelend leren in groep 3?’ Op basisschool X is er twijfel over de implementatie van spelend leren in groep 3, deze basisschool is gebruikt als case study voor het beantwoorden van de onderzoeksvraag. De gebruikte definitie is een continuüm die bestaat uit: vrij spel, onderzoekend spel, samenwerkend spel, spelenderwijs leren en leren door spelletjes. Dit spel loopt van ongestructureerd, waarbij de leerkracht een passieve rol heeft, naar gestructureerd, waarbij de leerkracht een actieve rol heeft. Er zijn vijf interviews afgenomen met onderwijsprofessionals die betrokken zijn bij de onderbouw van Basisschool X. De interviews zijn afgenomen aan de hand van een topic guide, vervolgens getranscribeerd en gecodeerd. De resultaten zijn vergeleken met de literatuur over spelend leren. De onderwijsprofessionals zien voordelen van spelend leren, namelijk het vergroten van de woordenschat, het verwerken van informatie en het vergroten van de motivatie. Een nadeel is dat spelend leren niet genoeg is voor het aanleren van complexe vaardigheden. De onderwijsprofessionals voelden zich competent om spelend leren in te zetten, maar zien wel uitdagingen in een tekort aan tijd, middelen en/of ruimte. Dus de onderwijsprofessionals lijken een positieve houding te hebben ten opzichte van het inzetten van spelend leren in groep 3.Show less
The goal of this study is to do a follow-up study of the research that Brod and Breitwieser (2019) did to get a better understanding of the added value of prediction as a learning strategy and the...Show moreThe goal of this study is to do a follow-up study of the research that Brod and Breitwieser (2019) did to get a better understanding of the added value of prediction as a learning strategy and the part that curiosity seems to play. In this study a comparison will be made between early adolescents and adults. This was done with a computer task where participants learned facts in two conditions. A prediction condition where they made predictions and a postdiction condition in which the participants, after seeing the correct answer, answered what they would have thought the answer was. The participants also completed a questionnaire to measure their curiosity as a trait. In this study was found that adults overall scored higher than the early adolescents. Beside this, there were no significant findings about the difference between prediction and postdiction. There were also no significant findings about curiosity as trait. In future research it seems important to include factors as surprise into the study.Show less
New technological developments in the current educational setting make it possible to optimize the layout of a text, regarding reading time and reading comprehension. Such a new development in the...Show moreNew technological developments in the current educational setting make it possible to optimize the layout of a text, regarding reading time and reading comprehension. Such a new development in the field of reading is the Beeline reader. In the current study we examined the effects this reader has on reading time and comprehension while reading a digital text, for students from the University of Leiden (N = 19). Also considered the layout of the text, in which the length (long or short) and vertical distance (single or double) of the sentences differ within four conditions: short-single, short-double, long-single and long-double. Participants read regular and Beeline digital texts within all four conditions, while we measured their eyemovements. Afterwards they answered questions about the texts. No advantages were observed for the use of the Beeline reader, for reading time and comprehension. However, a significant effect was found for text layout for both regular and Beeline texts, regarding reading time. The observed trade-off between reading time and layout suggests that a long sentence length and single vertical line spacing induces more reading time. Whereas a layout with a long sentence length and double vertical line spacing (long-double) results in significant less reading time. Comprehension question were also answered most correct within the long-double layout, although a main effect for layout wasn’t found. These findings will be discussed and recommendations will be made regarding future research.Show less