Dit onderzoek analyseert Mount Vernon, de plantage van George Washington die uitgroeide tot Amerikaans icoon. Dit was niet alleen vanwege de architectuur maar ook omdat het een tastbare herinnering...Show moreDit onderzoek analyseert Mount Vernon, de plantage van George Washington die uitgroeide tot Amerikaans icoon. Dit was niet alleen vanwege de architectuur maar ook omdat het een tastbare herinnering vormde aan de held des vaderlands en gezien werd als representatie van de nationale identiteit. Mount Vernon ontwikkelde in het Amerikaanse cultureel geheugen tot wat Pierre Nora noemt een lieu de mémoire, oftewel herinneringsplaats. Hierbij is herinneren een constant veranderend proces van betekenisgeving aan het verleden en in dit onderzoek wordt deze ontwikkeling van betekenislagen bekeken, waarbij de vraag is vanuit welke factoren deze betekenissen tot stand komen.Show less
Vanaf 1880 vestigden steeds meer nieuwe winkels zich in Amsterdam, waarvan een aantal dankzij schaalvergroting tussen 1910-1920 uitgroeide tot grootwinkelbedrijven. De winkels begonnen vaak in een...Show moreVanaf 1880 vestigden steeds meer nieuwe winkels zich in Amsterdam, waarvan een aantal dankzij schaalvergroting tussen 1910-1920 uitgroeide tot grootwinkelbedrijven. De winkels begonnen vaak in een klein pandje in de winkelgebieden binnen het oude gedeelte van de stad (Nieuwendijk, Kalverstraat-Rokin en Dam). Een aantal daarvan, waarvan ik er drie heb besproken, breidde zich uit tot ware winkelpaleizen. Zo werd in 1912 het warenhuis Vroom en Dreesmann op de Kalverstraat-Rokin geopend en gingen in 1914 de deuren van De Bijenkorf op de hoek Dam-Damrak open. Peek & Cloppenburg ging in 1916 met haar filiaal op de Dam van start. Op basis van mijn onderzoek in het stadsarchief van Amsterdam heb ik via adresboeken, woningboeken en gezinskaarten een overzicht kunnen maken van het winkel- en woonbestand in de periode 1880-1920. Hierdoor heb ik kunnen concluderen dat op de locaties van de besproken grootwinkelbedrijven er een divers scala van kleine winkeliers zaten die door de komst van de winkelpaleizen moesten wijken. Door het van oudsher smalle stratenpatroon van Amsterdam waren geschikte locaties met vrij zicht schaars. Hierdoor kozen de grootwinkelbedrijven in Amsterdam om zich te vestigen op bestaande locaties met voldoende zichtbaarheid, zoals aan pleinen, kruisingen en brede straten. Dit had tot gevolg dat op deze locaties woonhuizen en de bestaande middenstand van kleine winkels werden verdreven. Met behulp van stadskaarten en afbeeldingen heb ik dit proces visueel kunnen maken en kunnen aangeven dat het stadsbeeld door de komst van de onderzochten grootwinkelbedrijven significant veranderd is.Show less
Een onderzoek naar vijf buitenplaatsen in het Zuid-Kennemerland ontworpen door architect Andries de Maaker en tuinarchitect Leonard Springer tussen 1920 en 1930. Er wordt gekeken naar de typische...Show moreEen onderzoek naar vijf buitenplaatsen in het Zuid-Kennemerland ontworpen door architect Andries de Maaker en tuinarchitect Leonard Springer tussen 1920 en 1930. Er wordt gekeken naar de typische stijlen van de twee ontwerpers, de wensen van de opdrachtgevers en de samenwerking tussen De Maaker en Springer.Show less
In dit eindonderzoek voor de Master Arts&Culture aan de Universiteit Leiden worden de vroege glas-in-lood ramen in kerkenbouw, vervaardigd door kunstenaar Jan Dijker (1913-1993), in de periode...Show moreIn dit eindonderzoek voor de Master Arts&Culture aan de Universiteit Leiden worden de vroege glas-in-lood ramen in kerkenbouw, vervaardigd door kunstenaar Jan Dijker (1913-1993), in de periode na de Tweede Wereldoorlog (1940-1960) als uitgangspunt genomen. De onderzoeksvraag ‘Hoe kunnen de stilistische ontwikkelingen in de vroege glas-in-lood ramen (periode 1940-1960) gemaakt door kunstenaar Jan Dijker, worden gepositioneerd in de wederopbouwperiode en de kerkelijke architectuur?’ staat centraal. Met de behandeling van een theoretisch kader waarin de relatie tussen monumentale kunst en architectuur uiteen wordt gezet, de achtergrond van de kunstenaar Jan Dijker, het technische procedé van het glas-in-lood raam, de kerkenbouw en de positie van de Rooms-katholieke kerk en drie case-studies, wordt toegewerkt naar een uiteenzetting van de hoofdvraag. De glas-in-lood ramen vervaardigd in de wederopbouw voor kerkenbouw hebben betrekking op de zoektocht van kunstenaar Jan Dijker naar zijn plaats als monumentaal kunstenaar.Show less