In dit onderzoek is de relatie tussen de rekenangst van ouders en leerkrachten en de rekenprestatie van leerlingen bekeken, met invloed van genderstereotypering en geslacht. In totaal hebben 43...Show moreIn dit onderzoek is de relatie tussen de rekenangst van ouders en leerkrachten en de rekenprestatie van leerlingen bekeken, met invloed van genderstereotypering en geslacht. In totaal hebben 43 leerkrachten (Nvrouwen = 31) uit groep 6, 7 en 8 van het basisonderwijs deelgenomen. Daarnaast hebben 279 leerlingen (Nmeisjes = 156 meisjes) en 228 ouders (Nvrouwen = 204) deelgenomen. De subtest Rekenen-Wiskunde van het Centraal Instituut voor Toetsontwikkeling (CITO; Hollenberg & Van der Lubbe, 2011) is gebruikt om de rekenprestatie van de leerlingen te inventariseren. De rekenangst van ouders en leerkrachten is gemeten met de Mathematics Anxiety Scale (MAS; Betz, 1978). Voor de genderstereotypering is gebruik gemaakt van de Student Attitude Questionnaire (SAQ; Wigfield & Meece, 1988). Resultaten geven weer dat Leerkrachten met een hoge mate van rekenangst hebben een hoge mate van genderstereotypering (p = .02), dit geldt niet voor ouders en wordt niet overgedragen naar de leerlingen. Daarnaast blijkt dat wanneer ouders een hoge mate van rekenangst hebben, de leerlingen een lagere rekenprestatie hebben, ongeacht het geslacht (p = .03). Er is geen verschil in deze relatie voor mannen of vrouwen op jongens of meisjes (p = .69). Concluderend kan gesteld worden dat een enkele leerkracht met rekenangst geen gevaar vormt voor de rekenprestatie van de leerling, echter dat de rekenangst van een ouder hierop wel van invloed is. Voor vervolgonderzoek is het belangrijk dat andere factoren meegenomen worden, welke deze relatie mogelijk beïnvloeden.Show less
Er is onderzocht of de invoering van de WISCAT-pabo gepaard is gegaan met een afname in rekenangst onder pabostudenten (n = 155) en basisschoolleerkrachten (n = 207). Daarnaast is onderzocht of er...Show moreEr is onderzocht of de invoering van de WISCAT-pabo gepaard is gegaan met een afname in rekenangst onder pabostudenten (n = 155) en basisschoolleerkrachten (n = 207). Daarnaast is onderzocht of er een relatie bestaat tussen de hoeveelheid werkervaring van de leerkrachten en de mate waarin zij last hebben van rekenangst. Voor de dataverzameling werd gebruik gemaakt van een digitale vragenlijst waarbij onder andere vragen van de MAS (Betz, 1978) en AMAS (Hopko, Mahadevan, Bare, & Hunt, 2003) waren opgenomen. Resultaten geven aan dat de invoering van de WISCAT-pabo niet gepaard is gegaan met een afname van rekenangst onder leerkrachten (p = .972) en pabostudenten (p = .110) en er bestaat geen relatie tussen werkervaring en rekenangst (p = .424). De factoren WISCAT-pabo en werkervaring zorgen niet voor een afname in rekenangst. Aanbevelingen worden gedaan voor vervolgonderzoek. Verduidelijking is wenselijk naar wat de daling in aanmeldingen voor de pabo tussen 2005 en 2010 heeft veroorzaak (HBO-raad, 2014) en naar hoe rekenangstige pabostudenten de WISCAT-pabo ervaren. Longitudinaal onderzoek waarbij de rekenangst van de pabostudenten gekoppeld wordt aan hun prestaties op de WISCAT-pabo wordt aangeraden.Show less