Aan het begin van de twintigste eeuw werkten socialistisch- en christelijk geïnspireerde antimilitaristen op verschillende momenten samen. Hoe kwamen die samenwerkingen tot stand en welke personen...Show moreAan het begin van de twintigste eeuw werkten socialistisch- en christelijk geïnspireerde antimilitaristen op verschillende momenten samen. Hoe kwamen die samenwerkingen tot stand en welke personen speelden daarbij een sleutelrol?Show less
In deze scriptie is de kenmerkende politieke stijl van de liberale volksvertegenwoordiger Harm Smeenge onderzocht. Deze stijl, die zich kenmerkte door directe interactie met vertegenwoordigden en...Show moreIn deze scriptie is de kenmerkende politieke stijl van de liberale volksvertegenwoordiger Harm Smeenge onderzocht. Deze stijl, die zich kenmerkte door directe interactie met vertegenwoordigden en plaatsgebonden politiek, is behandeld onder de noemer “nabijheidspolitiek”. Terwijl dit soort representatieve relaties vaak in de antidemocratische hoek is geplaatst, is nabijheidspolitiek op basis van nieuwe inzichten uit de geschiedwetenschap en de politieke theorie geïnterpreteerd als een stijl van politieke representatie die kan bijdragen aan de democratische inclusie van vertegenwoordigden. Deze scriptie beoogt een bijdrage te leveren aan maatschappelijke, politiek-theoretische en geschiedwetenschappelijke discussies omtrent de democratische mogelijkheden van politieke representatie, door een historische studie naar een vergeten (type) politicus te koppelen aan een uitgebreide theoretische reflectie op politieke representatie.Show less
Tijdens de afgelopen drie jaar is door verschillende historici en politici stilgestaan bij het honderdjarig jubileum van de invoering van het algemeen kiesrecht in Nederland. De wetenschappelijke...Show moreTijdens de afgelopen drie jaar is door verschillende historici en politici stilgestaan bij het honderdjarig jubileum van de invoering van het algemeen kiesrecht in Nederland. De wetenschappelijke werken die historici schreven en de politieke redes die politici uitspraken in deze drie jaar waren veelal beperkt tot de parlementaire strijd. Deze scriptie zoomt in op de buitenparlementaire strijd om het kiesrecht, waarbij de sociale beweging, het actierepertoire en de expliciete en impliciete doelen centraal staan. Uit het onderzoek blijkt dat verschillende sociale en economische doelen niet minder belangrijk werden gevonden dan de politieke doelen waar de parlementaire strijd zich tot beperkte. Deze doelen, waaronder economische gelijkheid, sociale zekerheid en een altruïstische maatschappij, werden na de invoering van het algemeen kiesrecht niet bereikt. De parlementaire strijd werd in 1919 gewonnen, terwijl de strijd van de sociale beweging nog altijd een lopend project is.Show less
Salons were a widespread phenomenon in late eighteenth-century Paris, but their political role during the first years of the French Revolution has been overlooked. As centres of news and...Show moreSalons were a widespread phenomenon in late eighteenth-century Paris, but their political role during the first years of the French Revolution has been overlooked. As centres of news and information, places for education in political culture and political sociability, and public opinion shapers, salons were of vital importance for professional politicians and revolutionaries. The salonnière or hostess formed the centre of the informal conversation held between a select company of elite people, invited at her home and on her initiative. In this way she could wield power and have an informal political ‘career’. The flexible character of a salon, which is a concept changing according to its context rather than a fixed institution, makes it hard to give a definition. The case study of the political meetings at the home of Madame Roland questions the way in which salons have been regarded so far, for their place functioned as a headquarters of the Girondin political movement, a propaganda institution and a political salon in which she initially played little to no role. In the radicalising political environment leading towards the Terror, Jacobin revolutionaries who often were former visitors of the salons themselves increasingly regarded the salons with suspicion, rejecting its non-transparency, aristocratic character and female activities. By the end of 1793, both the revolutionary politicians and public opinion had turned against the salons and the elitist salon society, which disappeared from Paris.Show less
In deze scriptie is de redactie van het wetenschappelijk tijdschrift van de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) onderzocht. Deze scriptie gaat over ideeën en sociale verhoudingen en over...Show moreIn deze scriptie is de redactie van het wetenschappelijk tijdschrift van de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) onderzocht. Deze scriptie gaat over ideeën en sociale verhoudingen en over de wisselwerking daartussen. De redactie van De Socialistische Gids is bestudeerd aan de hand van het zelfbedachte concept intellectuele performance met als doel om in kaart te brengen wat wetenschap voor verschillende leden van de sociaaldemocratische partij betekende. Eind december 1915 werd De Socialistische Gids als ‘nieuwjaarsgeschenk’ verwelkomd in de partij. Het was een ‘teeken, dat de energie bij ons niet is gedood; dat wij nog vertrouwen in de toekomst hebben; dat wij rustig voortwerken aan onze ontwikkeling’, schreef de partijkrant Het Volk. Kennelijk waren de verwachtingen van de wetenschap hooggespannen. In deze scriptie zijn deze verwachtingen in kaart gebracht. Daarbij was de vraag leidend wat intellectuelen en wetenschappers verwachtten van wetenschap en het wetenschappelijk tijdschrift voor zichzelf en voor de SDAP en wat de partijtop verwachtte van de wetenschapsbeoefening in de partij. Voor de redactie-secretaris en criminoloog Willem Bonger (1876-1940) gold de praktische wetenschap als de motor van de sociale vooruitgang. Hij wilde wetenschappen zoals natuurkunde, wiskunde, biologie en psychologie beoefenen in de SDAP met als doel om de socialistische maatschappij te maken. Zowel zijn politieke als academische werk getuigt van een sterk geloof in de maakbaarheid van de maatschappij. Deze maakbaarheidsgedachte zou een generatie jongere partij-intellectuelen beïnvloeden en na de Tweede Wereldoorlog doorwerken in de Partij van de Arbeid (PvdA). Binnen de redactie riep Bongers ambitie om de socialistische maatschappij letterlijk te maken met behulp van wetenschap echter de nodige weerstand op. Redactielid en partijleider Pieter Jelles Troelstra (1860-1930) vond wetenschapsbeoefening in de partij om heel andere redenen belangrijk. Hij gebruikte wetenschap als troef die op politiek opportune momenten gespeeld kon worden ten bate van zijn machtspositie. Socioloog Rudolf Kuyper (1874-1934) zag wetenschapsbeoefening als manier om een verstarring van het geestesleven van de partij te voorkomen. Hij zag De Socialistische Gids als ideologisch vernieuwingsinstrument. Deze verschillende opvattingen van wat wetenschap betekende voor de SDAP vormden het praktische redactiewerk. Uit deze scriptie blijkt dat politieke intellectuelen en wetenschappers meer waren dan opperpriesters van Marx. Zij vormden de voorhoede van het socialisme en droegen op fundamentele wijze bij aan de ontwikkeling van het socialisme. Als belangrijkste conclusie van deze scriptie is vastgesteld dat de betekenis van wetenschap veranderde in de SDAP in de eerste helft van de twintigste eeuw. Wetenschap werd beoefend met het doel om in de maatschappij in te grijpen. Wetenschap werd praktischer en pragmatischer ingezet dan voorheen. De Socialistische Gids laat de geboorte van het maakbaarheidsdenken en de technocratie zien. Het maakbaarheidsdenken van Bonger vormt een brug tussen het vroege marxisme van de SDAP en de naoorlogse sociaaldemocratische politiek.Show less
Geert Lourens van der Zwaag (1858-1923) was een Friese socialist, en van 1897 tot 1909 lid van de Tweede Kamer. Hij had in zijn leven een opmerkelijke ontwikkeling doorgemaakt van varkensslager tot...Show moreGeert Lourens van der Zwaag (1858-1923) was een Friese socialist, en van 1897 tot 1909 lid van de Tweede Kamer. Hij had in zijn leven een opmerkelijke ontwikkeling doorgemaakt van varkensslager tot een van de eerste socialisten in de Kamer. In dit onderzoek wordt nagegaan wat zijn socialisme inhield en hoe hij deze combineerde met de parlementaire cultuur van zijn tijd. Wij zullen Van der Zwaag leren kennen als een man van de praktijk, die de maatschappij van onderop probeerde te verbeteren. Echter, in de Kamer bleek hij hiertoe veel minder in staat te zijn dan in Friesland, waar hij voorheen actief was. Dit had voornamelijk te maken met zijn positie in de Kamer als een Vrije Socialist zonder partij, en de implicaties ervan in een partijendemocratie.Show less