'The concept of 'intergenerational justice' may very well become an intellectual leitmotif of the new century' (Tremmel 2006, 1). Met dit citaat opent George Tremmel zijn handboek over...Show more'The concept of 'intergenerational justice' may very well become an intellectual leitmotif of the new century' (Tremmel 2006, 1). Met dit citaat opent George Tremmel zijn handboek over intergenerationele rechtvaardigheid. Dit complexe begrip geniet toenemende aandacht in de politiek-filosofische literatuur, en deze scriptie kan gezien worden als een grondige bestudering van - en kritiek op - het begrip an sich. In deze inleiding zal eerst kort geschetst worden uit welke zorgen het concept intergenerationele rechtvaardigheid voortkomt. Daarna zullen de begrippen die centraal staan in dit onderzoek helder gedefinieerd worden, als basis voor de rest van dit verslag. Daarna wordt uitgelegd welk belang dit onderzoek heeft voor de politieke filosofie, en tenslotte wordt er een overzicht gegeven van de opbouw van het verslag dat voor u ligt.Show less
Dat de politiek moet ingrijpen om klimaatverandering te beteugelen lijkt steeds onvermijdelijker, daar de negatieve gevolgen ingrijpend zullen zijn en de uitwerkingen zich op verscheidene manieren...Show moreDat de politiek moet ingrijpen om klimaatverandering te beteugelen lijkt steeds onvermijdelijker, daar de negatieve gevolgen ingrijpend zullen zijn en de uitwerkingen zich op verscheidene manieren zal uiten. Het is goed mogelijk dat de liberale democratieën, vanwege hun intrinsieke traagheid, te laat zullen zijn om doeltreffend het hoofd te bieden aan de klimaatproblematiek. Ecologische schrijvers als Peter Tom Jones en Roger Jacobs achten evenwel een daadkrachtiger regime, in de vorm van een ecologische dictatuur ongeschikt, vanwege het feit dat beleidsbeslissingen dan van bovenaf worden opgelegd en dit in strijd is met de uitgangpunten van de liberale democratie (2006: 575).Show less
Het aantal vrouwelijke terroristen in Tsjetsjenië en Palestina is groeiend. Deze scriptie probeert een antwoord te geven op de vraag: waarom? Waarom kiezen meer en meer jonge vrouwen voor het...Show moreHet aantal vrouwelijke terroristen in Tsjetsjenië en Palestina is groeiend. Deze scriptie probeert een antwoord te geven op de vraag: waarom? Waarom kiezen meer en meer jonge vrouwen voor het terroristische pad? Waardoor worden zij gedreven? En waarom bestaat bij hen het verlangen om niet alleen zichzelf om te brengen, maar zoveel mogelijke mensen hierin mee te nemen? Deze scriptie gaat in op deze vragen, door op verschillende niveaus - maatschappelijk en persoonlijk - naar het fenomeen van vrouwelijke terroristen te kijken. Ieder persoon wordt door bepaalde motieven gedreven, zo ook een terrorist. Een terrorist heeft een doel, men wil iets bereiken door een gewelddadige, politieke daad. Dit kan voor iedere terrorist verschillend zijn. Dit onderzoek richt zich specifiek op de motivering van de op de vrouwelijke terrorist, dit wordt onderzocht door te kijken naar de levens van vrouwelijke terroristen in Tsjetsjenië en Palestina. De onderzoeksvraag die in deze thesis centraal staat is: welke combinatie van maatschappelijke, sociale en individuele persoonlijkheidsfactoren hebben ervoor gezorgd dat een vrouwelijk individu in Palestina en Tsjetsjenië de drastische daad van terrorisme heeft ondernomen?Show less
This article investigates the institutional makeup of the Institute of International Finance (IIF), a worldwide advocacy group representing the private financial sector. The goal is to find out...Show moreThis article investigates the institutional makeup of the Institute of International Finance (IIF), a worldwide advocacy group representing the private financial sector. The goal is to find out whether or not the IIF is subject to first-order capture: a process in which a small group of members within the organization have become the dominant powers within the larger organization. First-Order capture is closely related to regulatory capture, which has long been a subject of interest amongst scholars in the field of international political economy. Through a study of the bylaws of the IIF, the article finds that there is indeed a group within the IIF’s membership ranks, which holds an institutional advantage, which allows them to take over the direction of the IIF.This article uses but does not include the bylaws of the Institute of International Finance.Show less
Tweede Kamerleden zijn grondwettelijk gezien vrij naar eigen voorkeuren te stemmen. De letterlijke tekst stelt dat “de leden stemmen zonder last”. 1 Voor politieke partijen is het echter van groot...Show moreTweede Kamerleden zijn grondwettelijk gezien vrij naar eigen voorkeuren te stemmen. De letterlijke tekst stelt dat “de leden stemmen zonder last”. 1 Voor politieke partijen is het echter van groot belang dat haar leden de partijlijn volgen. Partijeenheid is een belangrijke voorwaarde voor politiek succes (Andeweg en Thomassen, 2011: 656). Deze spanning tussen het individuele mandaat en lidmaatschap van de partij is dan ook regelmatig onderzocht. Tot nu toe hebben onderzoekers zich voornamelijk gericht op de nationale politiek. Dit onderzoeksveld is in twee onderwerpen te verdelen; de mate van partijeenheid en de verklaringen hiervoor. Hieruit blijkt dat er sprake is van een zeer hoge mate van partijeenheid (bijvoorbeeld Sieberer, 2011; Carey, 2002, 2007; Andeweg en Thomassen, 2011). Welke factoren dit verklaren is minder duidelijk. Zo zijn er aanwijzingen dat onder meer het politieke systeem (Carey 2002, 2007) en kiesstelsel (Sieberer, 2011; Carey, 2000) een rol spelen. Ook verschillen tussen politieke partijen zoals regeringsdeelname en grootte van de partij zijn van belang (Sieberer 2006; Carey 2007). Andere auteurs verklaren partijeenheid vanuit het perspectief van individuele Kamerleden (Andeweg & Thomassen, 2011).Naar partijeenheid binnen lokale partijen is beduidend minder onderzoek gedaan. Uitzondering hierop vormt het werk van Copus (1997, 1999). In een onderzoek naar partijeenheid onder Britse raadsleden komt naar voren dat deze aanzienlijk lager is dan die op nationaal niveau. Dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt door een andere meetmethode.Show less
In december 2011 braken er in Moskou en een aantal andere grote steden in Rusland grote protesten uit naar aanleiding van vermeende fraude bij de Russische parlementsverkiezingen. De...Show moreIn december 2011 braken er in Moskou en een aantal andere grote steden in Rusland grote protesten uit naar aanleiding van vermeende fraude bij de Russische parlementsverkiezingen. De verkiezingsuitslagen zouden zijn vervalst ten gunste van de partij Verenigd Rusland, de zogenaamde machtspartij van toenmalig premier Vladimir Poetin en president Dimitri Medvedev. De demonstranten eisten onder andere nieuwe verkiezingen en het ontslag van het hoofd van het verkiezingscomité, Vladimir Choerov. Al snel keerde het protest zich niet alleen tegen de verkiezingen, maar tegen Verenigd Rusland zelf en Poetin als leidende figuur van de partij. In de daarop volgende maanden werden meer protesten georganiseerd, maar ondanks de grote opkomst en massale media-aandacht werd Poetin in maart 2012 alsnog voor de derde keer in twaalf jaar verkozen tot president. Afgezien van een aantal wijzigingen in de kieswet hebben de protesten tot weinig van de gewenste veranderingen geleid. Dit geringe succes is een interessant onderwerp voor onderzoek.Show less
Abstract Dit artikel zal ingaan op de sociale constructie van terrorisme evenals het anti-terreurbeleid van westerse staten. De onderzoeksvraag luidt: hoe verschillen staten in de sociale...Show moreAbstract Dit artikel zal ingaan op de sociale constructie van terrorisme evenals het anti-terreurbeleid van westerse staten. De onderzoeksvraag luidt: hoe verschillen staten in de sociale constructie van terrorisme en anti-terreur en op welke wijze zijn deze verschillen te verklaren? Middels een kwantitatieve inhoudsanalyse en kwalitatieve methoden zullen de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk op basis van hun sociale constructies worden onderzocht en vergeleken, in de periode 2010-2012. In dit onderzoek is een middenweg gekozen tussen de high-data onderzoeken van Jackson (2007; 2011) en de low-data onderzoeken van Hülsse en Spencer (2008) en Spencer (2012) terzake van de sociale constructie van terreur. Vier kranten vormen in dit onderzoek de belangrijkste data, te weten: The New York Times, The Wall Street Journal, The Guardian en The Daily Telegraph. De Verenigde Staten lijken zich, conform de resultaten uit eerder onderzoek (Jackson 2007; 2011), op een offensieve wijze te bewegen jegens terreur. Opmerkelijk is dat de resultaten vooral voor het Verenigd Koninkrijk opzienbarend en potentieel tegenstrijdig zijn met de realiteit.Show less
In dit onderzoek is de vermeende transitie onderzocht van traditionele sociaaldemocratische argumentatie in het parlementaire debat over sociale zekerheid naar third way- of zelfs neoliberale...Show moreIn dit onderzoek is de vermeende transitie onderzocht van traditionele sociaaldemocratische argumentatie in het parlementaire debat over sociale zekerheid naar third way- of zelfs neoliberale argumentatie. Aan de hand van drie kernargumenten per politieke ideologie is onderzocht welke vorm van argumentatie het parlementaire debat overheerste. Gekozen is voor de parlementaire debatten over de regeringsverklaringen van de kabinetten Den Uyl (1973-1977), Lubbers III (1989-1994) en Kok I (1994-1998) om te onderzoeken of de argumentatie in de loop der tijd veranderde. Er is gekozen voor het debat over de regeringsverklaring en niet de regeringsverklaring zelf, omdat juist uit het parlementaire debat blijkt of de PvdA een beleidspunt van harte onderschrijft of dat zij toegeeft dat het een resultaat is van de onderhandelingen en het bewuste punt aan de coalitiepartner(s) heeft gegund.Show less
Dit onderzoekt tracht te onderzoeken of er sprake is van een toenemende mate van (media)personalisering op gemeentelijk niveau met betrekking tot het Nederlandse burgemeestersambt....Show moreDit onderzoekt tracht te onderzoeken of er sprake is van een toenemende mate van (media)personalisering op gemeentelijk niveau met betrekking tot het Nederlandse burgemeestersambt. Mediapersonalisering is hierbij gecategoriseerd in presidentialisering van macht, leiderschapsfocus en politisering van de privésfeer. Alleen voor de politisering van de privésfeer werd empirische steun gevonden in het proces van politieke informalisatie.Show less
Why did the overall attempt of Syrian opposition groups to democratize Syria, fail? The purpose of this study is to answer this question and identify this case as a case of norm non-diffusion in...Show moreWhy did the overall attempt of Syrian opposition groups to democratize Syria, fail? The purpose of this study is to answer this question and identify this case as a case of norm non-diffusion in the broad framework of social constructivism. This is interesting because most theorists seek to explain norm diffusion in terms of success rather than failure. It does this by defining norms and the way they typically diffuse. The study identifies persuasion tactics as set out by Keck and Sikkink (1999) and combines these tactics with socialization mechanisms as provided by Risse, Ropp and Sikkink (1999). This leads to the exposure of constructivists’ models, which will be discussed in the theoretical framework. During the analysis of this study four attempts of democratization are analyzed by these models. The focus of this analysis relies on the successful use of the tactics in a chronological way and stresses the importance of the presence of support by the Syrian state, the Syrian people and the U.S.Show less
Door de enorme uitbreiding van de EU in de afgelopen decennia is de Unie aan rust toe. Hierdoor is sinds begin twintigste eeuw besloten om de uitbreiding te beperken. Om bij te kunnen blijven...Show moreDoor de enorme uitbreiding van de EU in de afgelopen decennia is de Unie aan rust toe. Hierdoor is sinds begin twintigste eeuw besloten om de uitbreiding te beperken. Om bij te kunnen blijven dragen aan democratiebevordering heeft de EU besloten om door middel van allerlei overeenkomsten, zoals de Europese Nabuurschapbeleid en de Oostelijk Partnerschap, dit doel te realiseren. Uit onderzoek van onder andere Schneider en Schmitter blijkt dat landen veel meer invloed kunnen hebben op derde landen die geografisch in de buurt liggen van vergevorderde democratieën (2004: 83). Verder is er in bestaande literatuur ook consensus dat de invloed van de EU op kandidaat lidstaten groter is, dan op niet-kandidaat-lidstaten (Sedelmeier, 2011: 29 en Schimmelfennig & Sedelmeier 2005: 2–3). Oekraïne is een niet-kandidaat-lidstaat van de EU. Sinds de onafhankelijkheid probeert Oekraïne lid te worden van grote internationale politieke en economische organisaties, zoals de Raad van Europa en de EU (Petrov & Serdyuk, 2009: 189). De politieke elite is in tweeën verdeeld, namelijk een prowesters en pro-Russisch. Door de belangrijke positie die de oligarchen innemen in de Oekraïense samenleving en hun belangen die vooral in Rusland liggen, verloopt de toenadering tot deze internationale actoren erg moeizaam. De Oranje Revolutie leek in de eerste instantie de status quo te hebben doorbroken, maar dat is niet zo. De EU probeert bij te dragen aan democratiebevordering in Oekraïne door de Europees Nabuurschapsbeleid. In deze scriptie zal worden onderzocht in hoeverre de Europese Unie invloed heeft op democratiseringsproces van Oekraïne. Eerst zal worden ingegaan op het theoretische kader. Daarna zal worden beschreven wat de invloed van de EU is op democratiseringsproces in Oekraïne.Show less
Geïnspireerd door eerder onderzoek van Simon Otjes en Tom Louwerse (forthcoming) over de mate van overeenkomst in stemgedrag van de twee populistische partijen die Nederland rijk is (PVV en SP),...Show moreGeïnspireerd door eerder onderzoek van Simon Otjes en Tom Louwerse (forthcoming) over de mate van overeenkomst in stemgedrag van de twee populistische partijen die Nederland rijk is (PVV en SP), gaat dit artikel verder in op de overeenkomst in stemgedrag van alle populistische partijen die zitting hebben in het Europees Parlement. Populisme wordt geconceptualiseerd met nadruk op het antagonisme tussen het ‘volk’ en de corrupte ‘elite’ en de hang naar een grote mate van ‘volkssoevereiniteit’. Ik behandel zowel populistische partijen van de rechtervleugel als populistische partijen van de linkervleugel van het politieke spectrum. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen beleidsterreinen die te maken hebben met Europese integratie en beleidsterreinen die een meer traditionele of technische aard hebben. Op de eerst genoemde beleidsterreinen wordt ‘populistische invloed’ verwacht, terwijl bij de laatstgenoemde beleidsterreinen eerder een traditionele links-rechts verdeling wordt verwacht. Ik toon aan dat deze verwachtingen juist zijn. De overeenkomst in stemgedrag van populistische partijen blijkt in veel gevallen hoger te liggen op onderwerpen die de kern van het populisme vormen, dan op andere onderwerpen.Show less
The presence of Shell in Nigeria has been a prominent feature in the international news media, due to Shell's alleged negative influence on the country's environment, society and political leaders....Show moreThe presence of Shell in Nigeria has been a prominent feature in the international news media, due to Shell's alleged negative influence on the country's environment, society and political leaders. This thesis aims to investigate how the presence and activities of Shell influence the behaviour of Nigeria's political elite by focussing on the bad norms of corruption and authoritarianism. Based on a number of middle range theories, it can be concluded that there is a negative relationship between Shell and Nigeria's leaders when it comes to corruption, but that the company is not responsible for the persistence of authoritarianism in the country.Show less
In deze scriptie wordt onderzoek gedaan naar politieke protesten in Hong Kong. Centraal staat de vraag hoe is de rijzende protestruimte voor sociale bewegingen in Hong Kong ontstaan in de periode...Show moreIn deze scriptie wordt onderzoek gedaan naar politieke protesten in Hong Kong. Centraal staat de vraag hoe is de rijzende protestruimte voor sociale bewegingen in Hong Kong ontstaan in de periode 1997-2012? Deze vraag wordt beantwoordt vanuit het perspectief van het political opportunity structure model. De centrale aanname is dat externe politieke factoren verantwoordelijk zijn voor het mobilisatieproces van protesten in Hong Kong. Dit onderzoek wijst uit dat twee specifieke externe politieke factoren, namelijk de grondwet en het economische systeem het mobilisatieproces kunnen verklaren. Ook wordt kort gekeken of de grootschalige mobilisatie in Hong Kong van invloed is op het mobilisatieproces in China. Dit lijkt vooralsnog niet het geval, omdat de verschillen tussen de twee systemen te groot lijken te zijn.Show less
Aan boord van het schip de Arabella houdt predikant en gouverneur John Winthrop in 1630 een voordracht over de bedreigingen voor de samenleving die hij voor ogen heeft in de Nieuwe Wereld. De...Show moreAan boord van het schip de Arabella houdt predikant en gouverneur John Winthrop in 1630 een voordracht over de bedreigingen voor de samenleving die hij voor ogen heeft in de Nieuwe Wereld. De toehoorders zijn puriteinse emigranten uit Engeland die hem vergezellen op de reis naar de Amerikaanse koloniën aan de Oostkust van het nieuwe continent. In zijn voordracht voor deze groep strenggelovige protestanten waarschuwt Winthrop niet voor de mogelijke gevaren van de Nieuwe Wereld zoals onzekerheid, honger en de inheemse bevolking, maar voor de corrumperende invloed die de jacht op rijkdom heeft op het handelen van de mens. Rijkdom zou mensen weg van God leiden en hen doen streven naar een valse trots. Het gevolg hiervan is dat mensen de morele verplichtingen tegenover elkaar zouden verzaken en de samenleving langzaam maar zeker zou ontrafelen, de nieuwe nederzetting zou in dat geval gedoemd zijn om te falen.Show less
Kiezers houden zich wel degelijk bezig met personen wanneer zij in het stemhokje staan. Ze zoeken niet alleen naar de partij die het beste hun standpunten vertegenwoordigt, de personen waarop de...Show moreKiezers houden zich wel degelijk bezig met personen wanneer zij in het stemhokje staan. Ze zoeken niet alleen naar de partij die het beste hun standpunten vertegenwoordigt, de personen waarop de stem wordt uitgebracht worden verantwoordelijk gehouden voor de spiegeling van ideeën en worden daarop afgerekend bij de eerstvolgende verkiezingen. Dit is, volgens onderzoekers, in veel landen simpelweg de manier waarop democratie werkt (Lau en Redlawsk 2006, 3). Veronderstellende dat personen een groot aandeel hebben in het succesvol vertalen van het partijprogramma, op basis van welke aspecten worden deze ‘vertalers’ beoordeeld door de kiezer? Zijn er bepaalde verwachtingen die de kiezer heeft van een leider als het gaat om zijn of haar persoonlijkheid en gedrag? Aan de hand van een aantal invalshoeken van eerder onderzoek naar het ideaalbeeld van een leider, wordt in onderstaande uiteenzetting ingegaan op de vraag wat het ideaalbeeld van Nederlandse kiezers is van een minister-president. In eerste instantie wordt gepresenteerd aan welke persoonskenmerken hij of zij wel en niet moet voldoen. Vervolgens staat het gedrag van politici centraal: wat wordt op dit vlak als cruciaal beschouwd? Tot slot komt een vergelijking aan bod tussen het ideaalbeeld en de realiteit. De huidige fractieleiders worden op basis van de ideale persoonskenmerken beoordeeld op de mate waarin zij zouden voldoen aan het beeld dat het publiek heeft van de ideale minister-president.Show less
The concept of the Green Economy has inspired a great deal of discussion and has become highly politicized. Adversaries of the concept, such as the Belgium authors and ecological activists Anneleen...Show moreThe concept of the Green Economy has inspired a great deal of discussion and has become highly politicized. Adversaries of the concept, such as the Belgium authors and ecological activists Anneleen Kenis and Matthias Lievens (The Myth of the Green Economy,2012), argue that the concept of a Green Economy is merely a myth created by profit seeking businesses and overly rational neoliberals: it is merely the result of wishful thinking. In this thesis it will be examined whether the concept of the Green Economy is truly just a myth. In order to examine this issue a general research question is formulated: “What are the possibilities and restrictions of ecological sustainability in a free market economy?” In order to finds answers the following subquestions will be adressed. The first question is: which subjects currently dominate the discourse on the concept of the Green Economy? The second question is: which green-economic solutions do prominent authors on the subject matter put forward regarding the Green Economy and ecological sustainability? And the third and last sub-question is: to what extent are the proposed solutions maintainable regarding the current state of the economy? Having examined and evaluated these questions, and having adressed the possible themes, concepts, and regulations associated with the Green Economy, the general research question will be answered in the concluding section of this thesis with cautious optimism.It is important to note that, due to the limited space of this BA thesis the review of the discourse is not exhaustive. Similarly, the regarded proposals are not a complete enumeration of all possible solutions, but a selection of the most significant ones. Nevertheless, I have aimed to provide the reader with a detailed insight into the existing discourse of the Green Economy.Show less
Zowel in de politiek, als in de politieke wetenschap, is er veelal sprake van de aanname van complete partijeenheid. In de partijk blijken partijen echter dikwijls niet als eenheid te opereren. De...Show moreZowel in de politiek, als in de politieke wetenschap, is er veelal sprake van de aanname van complete partijeenheid. In de partijk blijken partijen echter dikwijls niet als eenheid te opereren. De vele veroorzakers van partijeenheid liggen hieraan ten grondslag. Een van deze veroorzakers is de scherpe scheidslijn tussen coalitie en oppositie. Sommige auteurs claimen dat een strikte scheiding tussen coalitie en oppositie leidt tot hoge mate van partijeenheid in de partijpolitieke arena, anderen stellen het tegenovergestelde. Nu heeft zich in Leiden een unieke gelegenheid voortgedaan om dit te onderzoeken, doordat in Leiden in 2010 de oppositie/coalitie-scheidslijn sterk verminderd is. Uit analyse van de Leidse casus blijkt dat een strikte scheiding zorgt voor lagere partijeenheid onder partijen dan een minder strikte scheiding.Show less