In dit onderzoek zal de acculturatie onderzocht worden die de Grieken hadden op de Indische cultuur na Alexander de Grote. In dit onderzoek zal gebruik gemaakt worden van de Indische astronomie en...Show moreIn dit onderzoek zal de acculturatie onderzocht worden die de Grieken hadden op de Indische cultuur na Alexander de Grote. In dit onderzoek zal gebruik gemaakt worden van de Indische astronomie en beeldhouwkunst als casestudies. In het eerste hoofdstuk zal het begrip acculturatie onderzocht worden. Hieruit zal blijken dat er vier belangrijke punten zijn in de studie naar acculturatie: Cultureel systeem, contactsituatie, de verbindende relaties en de processen van acculturatie. In hoofdstuk twee zullen het culturele systeem, de contactsituatie en de verbindende relaties besproken worden. Uit het onderzoek komt naar voren dat het systeem dat de Grieken in India creëerden Indische elementen toeliet. De contactsituatie was in die periode niet gemakkelijk, India heeft veel geografische barrières die alleen via bepaalde routes genomen konden worden. Hierdoor waren de verbindende relaties tussen Griekenland en India minimaal. In de laatste twee hoofdstukken zullen de Griekse elementen van de Indische astronomie en beeldhouwkunst besproken worden, tevens zal gekeken worden naar de processen van acculturatie die op deze elementen van toepassing zijn. Voor de astronomie geldt dat de Indiërs veel van de Grieken hebben overgenomen, maar dat de kennis die ze overnamen wel is aangepast aan hun eigen normen en waarden. Bij de beeldhouwkunst is er sprake van diffusie. Bepaalde elementen werden uit Griekenland overgenomen, maar wat er overgenomen werd dat bepaalde de Indiërs zelf. Uit dit onderzoek kan geconcludeerd worden dat India niet volledig gehelleniseerd was.Show less
In dit onderzoek staat de hoofdvraag centraal waarom de initiatieculten opkwamen in het Romeinse Rijk. Hierbij zal expliciet gekeken worden naar de culten van Isis, Mithras en Cybele. In het eerste...Show moreIn dit onderzoek staat de hoofdvraag centraal waarom de initiatieculten opkwamen in het Romeinse Rijk. Hierbij zal expliciet gekeken worden naar de culten van Isis, Mithras en Cybele. In het eerste hoofdstuk zal er ingegaan worden op de definitie van initiatie. Hierbij wordt expliciet gekeken naar de diverse kenmerken van initiatie. Het tweede hoofdstuk zal een introductie geven over de mysterieculten zelf. Er zal per cultus gekeken worden naar de achterliggende mythe en het ontstaan en het verspreiden van de cultus. In het derde hoofdstuk zal er expliciet ingegaan worden op initiatie binnen de drie mysterieculten. Er wordt allereerst gekeken naar hoe initatie in zijn werk ging. Daarna zullen deze initiatieriten getoetst worden aan de kenmerken die in het eerste hoofdstuk besproken worden. Bovendien zal hier een link gelegd worden tussen de mythes, zoals beschreven in het tweede hoofdstuk, en de initiatieriten. Tot slot zal in het vierde hoofdstuk gekeken worden naar mogelijke verklaringen voor de opkomst van de mysterieculten in het Romeinse Rijk aan de hand van de aspecten van initiatie die in de voorgaande hoofdstukken besproken zijn.Show less
Vanaf rond 1900 voerde de Nederlandse regering in Nederlands Indië een beleid wat later “ethische politiek” werd genoemd. De vraag die in dit werkstuk centraal staat is in hoeverre de “ethische...Show moreVanaf rond 1900 voerde de Nederlandse regering in Nederlands Indië een beleid wat later “ethische politiek” werd genoemd. De vraag die in dit werkstuk centraal staat is in hoeverre de “ethische politiek” van die periode zich verhield met de visie en de houding van resident Dingemans? In het onderstaande wordt deze vraag beantwoordt op basis van de nota’s van de resident en de bespreking en beschrijving van de “ethische politiek” in de literatuur. De houding van de bestuursambtenaren beweegt zich tussen twee typeringen “ontwikkelingswerkers avant la lettre” en de “paternalistische, zelfvoldane ambtenaren”. Het is de vraag welke typering op de resident van toepassing is. De conclusie is dat zijn maatregelen vallen onder de in de literatuur genoemde thema’s en als “ethisch” zijn te benoemen . De accenten bracht hij zelf aan, echter binnen de beschrijvingen van de ethische politiek namen zijn eigen prioriteiten (inlandse nijverheid, bestrijding van de ondeugden en de wezenopvang) geen prominente plaats in. Beide typeringen zowel ontwikkelingswerker als paternalist zijn van toepassing op zijn houding en gedrag.. De resident staat in de traditie van de christelijk sociale ethiek, hiermee ging hij niet mee in de tendens van verzakelijking en repressie die volgens de literatuur de verhoudingen na 1920 kenmerkten.Show less
De treinkapingen in de jaren 70 bij Wijster en de Punt, waarbij elf doden vielen, vormden het dieptepunt in de verhouding tussen de Nederlandse regering en de Molukse bevolking in Nederland. Hoewel...Show moreDe treinkapingen in de jaren 70 bij Wijster en de Punt, waarbij elf doden vielen, vormden het dieptepunt in de verhouding tussen de Nederlandse regering en de Molukse bevolking in Nederland. Hoewel de kapingen voor veel Nederlanders als een grote schok kwam, kan niet worden beweerd dat deze acties uit de lucht kwamen vallen. Er vonden al vanaf de aankomst van de ongeveer 12.500 Molukkers in Nederland in 1951, talrijke incidenten plaats waarbij deze migrantengroep betrokken was. Dit liep uiteen van vechtpartijtjes met de lokale hangjeugd rondom sociëteiten, tot gerichte politieke acties om aandacht te vragen voor hun ideaal: een eigen vrije Molukse staat. In deze scriptie staat de berichtgeving over problemen met Molukkers in Nederlandse kranten tussen 1952 en 1974 centraal. Onderzocht is in hoeverre verschillende kranten gedurende deze periode sympathie hadden voor deze migrantengroep en hun idealen. Hierbij is vooral gekeken naar het gebruik van frames en metaforen. Daarnaast wordt in dit onderzoek bekeken of er in de berichtgeving sprake was van sensationalisering of een bepaalde beeldvorming.Show less
In 1864 namen Nederlandse, Britse, Franse en Amerikaanse marineschepen deel uit van de Slag bij Shimonoseki(Japan). Door dit gevecht wisten zij de havens van Japan te heropenen voor buitenlandse...Show moreIn 1864 namen Nederlandse, Britse, Franse en Amerikaanse marineschepen deel uit van de Slag bij Shimonoseki(Japan). Door dit gevecht wisten zij de havens van Japan te heropenen voor buitenlandse schepen. In dit onderzoek is gebleken dat deze slag een vorm van economisch imperialisme was.Show less
“Geen woning, geen kroning” is de bekende leus waarmee op 30 april 1980 verzet werd getoond tijdens de inhuldiging van koningin Beatrix. Gewapend met bakstenen en vuurwerk, werd er geprotesteerd...Show more“Geen woning, geen kroning” is de bekende leus waarmee op 30 april 1980 verzet werd getoond tijdens de inhuldiging van koningin Beatrix. Gewapend met bakstenen en vuurwerk, werd er geprotesteerd tegen de woningnood. Na deze rellen is de beeldvorming van krakers overheersend negatief geworden. Over de kraakbeweging en de radicalisering in Amsterdam is veel gepubliceerd. Omdat dit zo bekend is en het de beeldvorming van kraken grotendeels heeft bepaald, vraag ik mij af hoe de kraakbeweging in Leiden tot stand is gekomen. Na zorgvuldig vooronderzoek kwam ik erachter dat de kraakbeweging een veel breder draagvlak heeft, en het meer omvat dan alleen de onderwerpen woningnood en radicalisering. De hoofdvraag van deze scriptie is: Waarom werd de kraakbeweging meer dan een beweging die een oplossing zocht voor de woningnood? Bij deze hoofdvraag is de hypothese dat kraken niet alleen gebeurt op basis van woonbehoefte, maar dat er ook andere redenen zijn om te kraken.Show less
In this thesis, an analysis of cultural differences through language in film translation is made. Looking at three versions of the Disney film Frozen, cultural elements have been illustrated and...Show moreIn this thesis, an analysis of cultural differences through language in film translation is made. Looking at three versions of the Disney film Frozen, cultural elements have been illustrated and compared to show how American, Japanese and Dutch culture differ from each other.Show less
It is commonly believed that there have been many changes to Japanese orthography since word processors have become common use. The perceived changes would have occurred in various fields. One...Show moreIt is commonly believed that there have been many changes to Japanese orthography since word processors have become common use. The perceived changes would have occurred in various fields. One obvious change is the large increase in printed documents (Gottlieb, 2000, p. 71). In offices business documents, which in the past would have been written by hand, are now typed and printed. This is also true for many other texts, such as school essays, personal letters and even post cards (Gottlieb, 2000, p. 72). Other perceived changes include an increase in horizontal instead of vertical writing, an increase in the use of kanji, a smaller size of characters and standardization of writing (Gottlieb, 2000, p. 72-74). So computers and word processors may have had a large influence on the way the Japanese language is written. In this essay I will investigate whether these changes have actually occurred and whether Japanese orthography has changed due to the invention of the word processor. I will focus on the use of kanji and whether it has increased since word processors have become common use. I will also focus on whether people make more mistakes when typing than when writing by hand.Show less
Since the era of the Enlightenment, the future has often been seen as something which is foreseeable and can be planned but, nowadays, the issue of planning is more related to a dystopian future...Show moreSince the era of the Enlightenment, the future has often been seen as something which is foreseeable and can be planned but, nowadays, the issue of planning is more related to a dystopian future than to a utopian one. This thesis examines the current method of future study – scenario planning – and analyses two recent future studies of Dutch retail carried out by two retail industry associations, HBD in 2007 and NRW in 2011. The emphasis is on their discourse in which ‘drastic changes’, ‘trends’ and ‘scenarios’ are important words and phrases. The results of the stylistic analysis indicate that HBD and NRW worry a lot about the future. The formulated scenarios in their future studies nevertheless act as resolutions in a complex policy situation. Although the two retail organisations share their criticism of the national retail policy and their experience of a more market driven retail sector, there remain substantial differences between them in that HBD pursues the use of a professional economic register whereas NRW puts emphasis on marketing language.Show less