Het onderwerp van deze scriptie is het beeld van China in Nederlandse kranten. In het onderzoek wordt het Chinabeeld van het NRC Handelsblad, de Volkskrant en De Telegraaf in de jaren 1986 en 1992...Show moreHet onderwerp van deze scriptie is het beeld van China in Nederlandse kranten. In het onderzoek wordt het Chinabeeld van het NRC Handelsblad, de Volkskrant en De Telegraaf in de jaren 1986 en 1992 met elkaar vergeleken. In deze scriptie wordt gelet op wat de beeldvorming over China is en waar deze door beïnvloed wordt. Er wordt gekeken of ontwikkelingen in Nederland en het Westen invloed uitoefenen op het Chinabeeld. Ook wordt er gelet op de verschillen tussen de drie kranten in de manier waarop zij over China schrijven.Show less
Bachelor thesis | Nederlandse taal en cultuur (BA)
closed access
Lezen in het voorgezet onderwijs begint met het lezen van jeugdliteratuur in de onderbouw. Veel jongeren houden echter niet van lezen, vooral het VMBO is een zorgenkindje. Zo blijken de zwakste...Show moreLezen in het voorgezet onderwijs begint met het lezen van jeugdliteratuur in de onderbouw. Veel jongeren houden echter niet van lezen, vooral het VMBO is een zorgenkindje. Zo blijken de zwakste lezers en lezer met een negatieve houding ten opzichte van lezen vooral op het VMBO te zitten (Witte, 2008). Stichting lezen heeft daarom speciale aandacht gevraagd voor lezen op het VMBO. In maart 2013 is hiervoor een nieuwe methode van start gegaan: Leescase!. In een case-study op de middelbare school ‘Krimpenerwaard college’ in Krimpen a/d IJssel is onderzocht hoe leerlingen uit twee klassen VMBO-2 deze lesmethode waarderen ten opzichte van hun eigen lesmethode. Uit de voorlopige conclusie is gebleken dat een groot deel van de onderzoeksgroep een negatieve leesattitude en leesmotivatie heeft en dat zij over het algemeen weinig lezen, waardoor zij een geschikte doelgroep zijn van het project.Uit het onderzoek blijkt dat de leerlingen Leescase! niet erg waarderen. De methode werkt vanuit één roman en veel klassikaal. Uit dit onderzoek kan echter moeilijk geconcludeerd worden welke onderdelen meer gewaardeerd worden en welke onderdelen minder, omdat de lessen aangepast zijn voor dit onderzoek. Ook verschilt de aanpak van de docenten erg veel om eenduidige uitkomsten te krijgen. Kwalitatief onderzoek zou meer duidelijkheid kunnen bieden over individuele beleving en waardering per onderdeel.Show less
Deze scriptie geeft een analyse van de herleving van de Willem II van der Marck, vrijheer van Lumey. Deze man was admiraal van de watergeuzen tussen 1571 en 1572. Zijn korte carrière heeft grote...Show moreDeze scriptie geeft een analyse van de herleving van de Willem II van der Marck, vrijheer van Lumey. Deze man was admiraal van de watergeuzen tussen 1571 en 1572. Zijn korte carrière heeft grote hoogten en diepe dalen gekend. Zo veroverden de geuzen onder zijn leiding op 1 april 1572 Den Briel, maar werden in datzelfde jaar ook negentien geestelijken op zijn bevel vermoord. Zijn bekendheid in de geschiedenis is beperkt, onder andere wegens deze laatste gruweldaad. Aan het einde van de negentiende eeuw dook de admiraal echter weer op in allerlei verschillende publicaties. In de eerste decennia van de twintigste eeuw werd de admiraal zelf duidelijk zichtbaar in de maatschappij, in de vorm van straatnamen en sportverenigingen die naar hem vernoemd werden. In deze scriptie wordt een uitleg geven voor deze plotselinge opmars van de admiraal in de negentiende eeuw en een verklaring gegeven voor zijn zichtbaarheid en de mogelijke herwaardering voor zijn daden in de twintigste eeuw.Show less
De mortaliteit in Rome tijdens de vroege keizertijd is onmogelijk kwantitatief in kaart te brengen, vanwege een gebrek aan demografische bronnen uit de oudheid. Aangezien de Romeinse mortaliteit...Show moreDe mortaliteit in Rome tijdens de vroege keizertijd is onmogelijk kwantitatief in kaart te brengen, vanwege een gebrek aan demografische bronnen uit de oudheid. Aangezien de Romeinse mortaliteit echter grotendeels gestructureerd werd door infectieziektes, is het door studie hiervan wél mogelijk om een kwalitatieve analyse te maken. De drie “great killers of antiquity” – malaria, tuberculose en buiktyfus – worden in deze scriptie daarom aan een onderzoek onderworpen. Aan de hand van historische kennis en hypothesen over de situatie in Rome enerzijds en moderne ideeën uit de medische wereld anderzijds, wordt een inschatting gemaakt van de invloed van deze drie ziektes op de Romeinse mortaliteit. Breed geaccepteerde ideeën over infectieziektes in Rome blijken niet voor alle ziektes in gelijke mate op te gaan. De rol van bevolkingsdichtheid, sociaaleconomische status en hygiëne verschilt sterk per besproken infectieziekte. Ook is het niet bij alle ziektes mogelijk om immuniteit te verwerven, waardoor immigranten niet per se in het nadeel waren, zoals soms wel wordt aangenomen. Het mortaliteitsregime in Rome was zeer verschillend van dat van ons; andere ziektes dan nu vormden de belangrijkste doodsoorzaken en de mortaliteit (vooral de kindersterfte) was zeer hoog. De rol van infectieziektes in de Romeinse mortaliteit is meer complex dan algemeen wordt aangenomen.Show less
This thesis researches the way in which the pharmaceutical industry protects its interests in animal testing at the European Commission and looks especially at the influence of the public opinion.
In 1963 vierde Nederland het 150 jarig jubileum van het koninkrijk. Op 30 november 1813 landde prins Willen Frederik op het strand van Scheveningen. Iedere 50 jaar wordt deze gebeurtenis herdacht....Show moreIn 1963 vierde Nederland het 150 jarig jubileum van het koninkrijk. Op 30 november 1813 landde prins Willen Frederik op het strand van Scheveningen. Iedere 50 jaar wordt deze gebeurtenis herdacht. In 1963 was deze herdenking niet meer vanzelfsprekend. Het herdenkingsbegrip lag door de Tweede Wereldoorlog onder druk. Er werd desalniettemin gepoogd een 'zinvolle' herdenking te organiseren waarin niet alleen het verleden, maar ook de toekomst centraal moest staan. Het Nationaal Comité Herdenking, onder voorzitterschap van prinses Beatrix, moest de herdenking coördineren. Het was de bedoeling dat overal in het land op lokaal niveau burgerinitiatieven zouden plaatsvinden in het kader van de herrijzenis van de Nederlandse Staat. Op nationaal niveau organiseerde het Comité een vijftal activiteiten. Echter bleek dat de beoogde zinvolle herdenking op nationaal niveau niet aansloeg. Het herdenkingsjaar ging gepaard met dusdanig veel kritiek dat het de geschiedenis inging als een 'mislukte herdenking.' Deze scriptie onderzoekt de vraag hoe de nationale herdenking zich verhield tot de lokale herdenkingen. Hoe werden deze ontvangen? Hierbij dienen Groningen, Utrecht en Nijmegen als casestudy.Show less
This thesis argues about the impact of premigratory factors, as those were shaped in post civil war Greece, to the migration and integration experience of Greek 'guest' workers'to the Netherlands,...Show moreThis thesis argues about the impact of premigratory factors, as those were shaped in post civil war Greece, to the migration and integration experience of Greek 'guest' workers'to the Netherlands, in the period 1955 to 1981.Moreover, it follows the migrants' organizational trajectories making comparisons between Rotterdam and Utrecht.Show less