Otto Neurath en Ludwig Wittgenstein vormen belangrijke exponenten van een beweging die de idealistische tendens van de westerse wijsbegeerte relativeert. Neuraths beeldtaal en Wittgensteins...Show moreOtto Neurath en Ludwig Wittgenstein vormen belangrijke exponenten van een beweging die de idealistische tendens van de westerse wijsbegeerte relativeert. Neuraths beeldtaal en Wittgensteins opvatting van aspectwaarneming impliceren een positieve waardering van het beeld en de perceptie die nodig zijn voor ons begrip van taal. De leidende vraagstelling van dit bachelorwerkstuk is: in hoeverre is Wittgensteins kritiek op het logisch atomisme ook van toepassing op Neuraths beeldtaal? Het werkstuk behandelt de relatie tussen beeld en taal in de filosofie en is een kritische doordenking van Neuraths beeldstatistiek in het licht van Wittgensteins beeldtheorie.Show less
Among philosophically relevant logical results Zermelo’s semi-categoricity theorem has received little to no attention. This is notwithstanding the fact that the present-day canonical foundation of...Show moreAmong philosophically relevant logical results Zermelo’s semi-categoricity theorem has received little to no attention. This is notwithstanding the fact that the present-day canonical foundation of mathematics, that is first-order Zermelo-Fraenkel set theory, fails horribly at unambiguous denotation. The aim of the present study is to offer a reasonably self-contained and modern presentation of Zermelo’s theorem that is accessible also to a philosopher with some knowledge of elementary set- and model theory. In a modern framework semi-categoricity cannot be interpreted as a result on first order models. Using full second-order models one salvages external, or ‘true’, semi-categoricity, although one then loses a sound and complete deductive calculus. With Henkin semantics one does have completeness, but retains only internal semi-categoricity.Show less
Lange tijd is in het historiografisch debat voor lief genomen dat de Nederlandse wiskundige Brouwer ervoor heeft gezorgd dat Ludwig Wittgenstein in 1928 terugkeerde tot de filosofie. Brouwer zou...Show moreLange tijd is in het historiografisch debat voor lief genomen dat de Nederlandse wiskundige Brouwer ervoor heeft gezorgd dat Ludwig Wittgenstein in 1928 terugkeerde tot de filosofie. Brouwer zou hierbij hebben gefungeerd als de voorname inspiratiebron van de latere Wittgenstein. Echter, in deze scriptie wordt aangetoond dat Wittgenstein in de Tractatus Logico-Philosophicus reeds tot de gedachten was gekomen die tot volle bloei kwamen in zijn latere periode; hierbij speelde een bemiddeling van Brouwer geen enkele rol.Show less