In dit onderzoek is gekeken naar factoren die mogelijk in verband staan met drop out van leerlingen tussen de 12 en 18 jaar oud die op Rebound hebben gezeten. Er is onderzocht in welke mate...Show moreIn dit onderzoek is gekeken naar factoren die mogelijk in verband staan met drop out van leerlingen tussen de 12 en 18 jaar oud die op Rebound hebben gezeten. Er is onderzocht in welke mate schoolbetrokkenheid en levenstevredenheid samenhangen met drop out en hoe deze variabelen zich verhouden tot elkaar. Dit onderzoek is gedaan om meer inzicht te verkrijgen in factoren die drop out mogelijk positief of negatief beïnvloeden. Dit is noodzakelijk om effectieve preventieprogramma’s in te kunnen zetten om drop out te verminderen of te voorkomen. Aan dit onderzoek hebben 36 leerlingen, waarvan 24 jongens en 12 meisjes, meegedaan die tijdens schooljaar 2010-2011 of schooljaar 2011-2012 een periode op Rebound hebben gezeten. De leerlingen zaten op het moment van het onderzoek allen in regio Den Haag op school. Uit de resultaten van het onderzoek bleek dat er een relatie is tussen emotionele schoolbetrokkenheid en drop out. Ook bleken emotionele en gedragsmatige schoolbetrokkenheid samen te hangen met levenstevredenheid. Een verband tussen levenstevredenheid en drop out werd niet gevonden.Show less
Research master thesis | Developmental Psychopathology in Education and Child Studies (research) (MSc)
open access
2017-04-16T00:00:00Z
González, Verkuyten, Weesie, and Poppe (2008) used the integrated threat theory to examine prejudice among Dutch adolescents. This study expanded this research and examined whether the integrated...Show moreGonzález, Verkuyten, Weesie, and Poppe (2008) used the integrated threat theory to examine prejudice among Dutch adolescents. This study expanded this research and examined whether the integrated threat theory is a valid model for both Dutch adolescents (n = 777) and Islamic adolescents (n = 307). Of the Dutch adolescents, 30% indicated having negative attitudes towards Muslims, while 10% of the Islamic adolescents indicated negative attitudes towards the Dutch population. Structural equation modeling indicated that the integrated threat theory is a valid model for both groups. Intergroup anxiety appeared to be the most prominent predictor of negative attitudes, followed by realistic threats and stereotypes. Symbolic threat appeared to be the least prominent factor, for Islamic adolescents not related to negative attitudes at all. Many of the threats mediated the relation between distal variables such as perceived status differences, perceived conflict, contact and willingness for contact, negative experiences and endorsement of multiculturalism. Theoretical and practical implications of these findings are discussed.Show less