Er wordt in Nederland steeds meer gebruik gemaakt van kinderopvang. Door die toename fungeren pedagogisch medewerkers steeds vaker als medeopvoeders. Zij spelen een grote rol in de opvoeding en de...Show moreEr wordt in Nederland steeds meer gebruik gemaakt van kinderopvang. Door die toename fungeren pedagogisch medewerkers steeds vaker als medeopvoeders. Zij spelen een grote rol in de opvoeding en de ontwikkeling van kinderen en zij hebben mogelijk ook een rol in het wel of niet tot uiting komen van gedragsproblemen tijdens de kinderopvang. Daarom is in huidige onderzoek bekeken of de sensitiviteit van de pedagogisch medewerker samenhangt met gedragsproblemen van het kind tijdens de kinderopvang. De rol van welbevinden in deze samenhang werd op twee manieren getoetst, als mediator en als moderator. Verwacht werd dat er een samenhang zou worden gevonden tussen de sensitiviteit van de pedagogisch medewerker en gedragsproblemen bij het kind, waarbij meer sensitiviteit zou lei den tot minder gedragsproblemen. Welbevinden zou naar verwachting een verklarende variabele zijn in deze samenhang, een mediator. Ook werd verwacht dat het welbevinden van het kind een modererend effect zou hebben op de samenhang tussen de sensitiviteit va n de pedagogisch medewerker en gedragsproblemen van het kind, waarbij meer beleving van welbevinden de samenhang zou versterken en dus bij zou dragen aan minder gedragsproblemen. De steekproef bestond uit 79 jongens en 88 meisjes N 167) tussen de 10 en 4 8 maanden oud, met een gemiddelde leeftijd van 35 maanden M 35.23; SD 8.14). Er bleken geen significante resultaten uit de analyses en hierdoor zijn de gestelde hypotheses verworpen. Er blijkt geen samenhang tussen de sensitiviteit van de pedagogisch m edewerker en de gedragsproblemen van het kind tijdens de opvang. En de rol van welbevinden hierin kan niet worden bevestigd. Toekomstig onderzoek is nodig om de samenhang tussen sensitiviteit en gedragsproblemen tijdens de opvang verder te onderzoeken, ach terliggende verklaringen te toetsen en meer inzicht in de rol van welbevinden te verkrijgen.Show less