In de nasleep van de ballingschap van Elizabeth Stuart en haar familie, die vanwege de Dertigjarige oorlog naar de Republiek waren gevlucht, groeide Elizabeth uit tot spilfiguur in de strategieën...Show moreIn de nasleep van de ballingschap van Elizabeth Stuart en haar familie, die vanwege de Dertigjarige oorlog naar de Republiek waren gevlucht, groeide Elizabeth uit tot spilfiguur in de strategieën ter restauratie van de machtspositie van de Palts-dynastie. Het correspondentienetwerk dat zij vanuit Den Haag onderhield, fungeerde als een krachtig instrument waarmee zij bondgenoten wierf, financiële steun vergaarde en discussies voerde over militaire operaties. Na het overlijden van haar echtgenoot, Frederik V van de Palts, in 1632, kwam de toekomst van de dynastie in handen van Elizabeth. Zij stond voor de uitdaging van het overnemen van het leiderschap en werd het familiehoofd, een positie die zij behield zelfs nadat haar oudste zoon, Karel Lodewijk, de volwassenheid bereikte. Gedurende vele jaren was Elizabeth het brein achter het beleid en de strategieën van de dynastie, en fungeerde als bewaarder van de dynastieke continuïteit. Elizabeth hanteerde verschillende strategieën om het dynastieke herstel te bewerkstelligen, waarbij haar kinderen een cruciale rol speelden. Niet alle leden van de familie deelden echter dezelfde mate van toewijding aan Elizabeths streven naar samenwerking ten behoeve van het herstel. Dit resulteerde in verdeeldheid binnen de familie, die de stabiliteit ondermijnde en zelfs tot schandalen leidde, terwijl reputatie en status juist van groot belang waren voor het vormgeven van een dynastie. Dit onderzoek tracht te beantwoorden hoe Elizabeth Stuart de machtspositie van de Palts-dynastie heeft geprobeerd te herstellen tijdens haar ballingschap vanaf 1621 en welke invloed de familiedynamiek heeft gehad op de uitkomst van deze inspanningen.Show less
Het plotseling verschijnen van portolaankaarten in de 13de en 14de eeuw houdt historici en cartografen al eeuwen bezig. Deze scriptie probeert een nieuw licht op dit mysterie te werpen, door de...Show moreHet plotseling verschijnen van portolaankaarten in de 13de en 14de eeuw houdt historici en cartografen al eeuwen bezig. Deze scriptie probeert een nieuw licht op dit mysterie te werpen, door de vroegste portolaankaarten te vergelijken met portolaanschriften en mappae mundi. Dit werk zal niet alleen een bijdrage leveren aan de herkomst van portolaankaarten, maar probeert ook de Nederlandstalige discussie hierin nieuw leven in te blazen. The sudden appearance of portolan charts in the 13th and 14th century has puzzled historians and cartographers for centuries. This thesis tries to shine a new light on this mystery, by comparing the earliest portolan charts with ‘portolano’ portolan writings and mappae mundi. This work will not only contribute to the search for the source of portolan charts, but will also attempt to revitalize the Dutch-language discussion on this topic.Show less
Dit onderzoek richt zich op de diplomatieke activiteiten en het inter- en buitenstedelijke netwerk van de stad Nijmegen tijdens de zestiende eeuw. Om de vraag op welke manieren en door wie werden...Show moreDit onderzoek richt zich op de diplomatieke activiteiten en het inter- en buitenstedelijke netwerk van de stad Nijmegen tijdens de zestiende eeuw. Om de vraag op welke manieren en door wie werden de diplomatieke relaties van Nijmegen vormgegeven en onderhouden werden, is systematisch onderzoek gedaan in de stadsrekeningen, aangevuld met andere bronnen, zoals correspondenties, oorkonden en akten.Show less
Het werven van bestuursambtenaren voor het Europese korps Binnenlands Bestuur was sterk afhankelijk van de negentiende-eeuwse organisatiecultuur van het koloniale rijk in Nederlands-Indië
This thesis examines medieval and early modern ordinances found in the ordinance books of the cities of Ghent, Dordrecht, Leiden, Sint-Truiden and Antwerp in order to establish whether city...Show moreThis thesis examines medieval and early modern ordinances found in the ordinance books of the cities of Ghent, Dordrecht, Leiden, Sint-Truiden and Antwerp in order to establish whether city policies relating to animals were changed during disease outbreaks.Show less
In 1572 is Zutphen het toneel van een burgeroorlog. In juni vindt de stad aansluiting bij de Opstand van Willem van Oranje en Willem van den Bergh, dankzij hulp van binnenuit. In november wordt de...Show moreIn 1572 is Zutphen het toneel van een burgeroorlog. In juni vindt de stad aansluiting bij de Opstand van Willem van Oranje en Willem van den Bergh, dankzij hulp van binnenuit. In november wordt de stad door het regeringsleger van Alva en don Fadrique heroverd en gestraft voor de opstandigheid. Volgens verhalen uit de latere herinneringscultuur vindt er dan een bloedbad onder de burgerbevolking plaats. Deze scriptie laat zien dat dit verhaal het product is van eigentijdse geruchten en propaganda, en gepolitiseerde herinneringspraktijken in de zeventiende eeuw. De lokale herinneringscultuur is een modern verschijnsel. Het aanvankelijke uitblijven van een lokale herinneringstraditie wordt verklaard door het ontbreken van belanghebbenden en de werking van vergetelheidclausules in amnestieregelingen als het Generaal Pardon (1574) en de Pacificatie van Gent (1576). Wat is er dan wel gebeurd? In werkelijkheid wordt het garnizoen Waalse huurlingen ter dood veroordeeld. Voor de Zutphenaren is 1572 (in hun woorden) vooral een 'ellendig jaar', waarbij de nadruk niet vanzelfsprekend op de gebeurtenissen in november ligt.Show less
In 1528 vond de temporaliteitsoverdracht van het Sticht plaats. Met deze gebeurtenis kwam er een eind aan het jarenlange gevecht om het gewest tussen de Habsburgers en de hertog van Gelre. Het...Show moreIn 1528 vond de temporaliteitsoverdracht van het Sticht plaats. Met deze gebeurtenis kwam er een eind aan het jarenlange gevecht om het gewest tussen de Habsburgers en de hertog van Gelre. Het grondgebied van de bisschop van het Sticht kwam nu in handen van Karel V. De vergaring van het Sticht, waar het latere Overijssel deel van uitmaakte, was een belangrijke stap in de eenwording van de Nederlanden in de zestiende eeuw.Show less
Een vergelijking tussen een patriottische en een orangistische krant uit Groningen tussen 1789 en 1793, waarbij er onderzocht wordt hoe politieke achtergrond het nieuws kon beïnvloeden in de...Show moreEen vergelijking tussen een patriottische en een orangistische krant uit Groningen tussen 1789 en 1793, waarbij er onderzocht wordt hoe politieke achtergrond het nieuws kon beïnvloeden in de Nederlandse vroegmoderne informatiesamenleving.Show less
In deze scriptie is gekeken naar het diplomatieke functioneren van de Staatse diplomaat Willem Boreel. Aan de hand van zijn correspondentie met diverse personen en instellingen in de Republiek is...Show moreIn deze scriptie is gekeken naar het diplomatieke functioneren van de Staatse diplomaat Willem Boreel. Aan de hand van zijn correspondentie met diverse personen en instellingen in de Republiek is zijn takenpakket onderzocht en is vastgesteld dat vroegmoderne Nederlandse diplomaten zich inzetten voor zowel zaken van staatsbelang als particuliere belangen van de Staatse ingezetenen.Show less
This thesis examines Dutch knowledge and representations of early modern Barbary and its peoples, through analyses of ethnographic descriptions, newspapers and captivity narratives. On the basis of...Show moreThis thesis examines Dutch knowledge and representations of early modern Barbary and its peoples, through analyses of ethnographic descriptions, newspapers and captivity narratives. On the basis of the first two bodies of texts, it argues that detailed and specific information on Barbary was available to a relatively large audience. Captivity narratives, on the other hand, reveal that this information was not necessarily picked up by the Dutch public, as the words their authors used to designate North African polities and peoples were rather abstract, and more closely resembled stereotypes projected upon Barbary.Show less
The Dutch East India Company has been ascribed many faces and many colours during its existence, and these still echo throughout the public debate and national discourse. This thesis will...Show moreThe Dutch East India Company has been ascribed many faces and many colours during its existence, and these still echo throughout the public debate and national discourse. This thesis will contribute to new directions in the historiography of Dutch Empire by focusing on the Dutch East India Company governors and the narratives they communicated in the so-called 'Memories van Overgave', how these changed between 1700-1750, how these differed between three different regions: Bengal, Ambon, and Ceylon, and what the implications are for the organisational identity of the Dutch East India Company. In order to do so, this thesis employs a new analytical framework that positions the governor in the centre of two different relations: the relation he had to the institute he was a part of, and the relation he had with the proverbial 'other' he encountered. Everything combined, this will show the multi-faceted nature of the governors, the Dutch East India Company, and that the identity of the Dutch East India Company was not static, but flexible and ever-changing.Show less
To the modern observer there seems to have been quite a large grey area between private and public warfare in the late middle-ages. It is often quite hard to distinguish between violence committed...Show moreTo the modern observer there seems to have been quite a large grey area between private and public warfare in the late middle-ages. It is often quite hard to distinguish between violence committed in name of a public authority and violence on a private title. This thesis uses a case-study of a violent conflict in the border region between Holland and the Sticht (Utrecht) ca. 1420, to explore if it is possible and useful to distinguish between the private and public elements in late medieval warfare. A large number of the border lords where able to wage war under their own banner for their own goals, and without guidance or direction of the central authority. Based on my findings I argue that private and public forms of warfare went hand in hand in the late middle-ages. Princes where more interested in channelling this violence towards their opponents, than in establishing a monopoly on violence.Show less
Deze scriptie onderzoekt de motivatie van orangistische burgers om zich politiek in te zetten in de jaren 1787 en 1788. Er wordt betoogd dat rond de omwenteling van september 1787 in de gehele...Show moreDeze scriptie onderzoekt de motivatie van orangistische burgers om zich politiek in te zetten in de jaren 1787 en 1788. Er wordt betoogd dat rond de omwenteling van september 1787 in de gehele Republiek orangistische burgers de politiek al dan niet met geweld probeerden te beïnvloeden, en dat zij daartoe werden gemotiveerd door de overtuiging dat de welvaart en vrijheid van de Republiek alleen kon worden hersteld als de stadhouder zonder tegenstand zijn taak als beschermer van de Nederlandse vrijheid kon uitvoeren. In Holland verzetten orangistische burgers zich in aanloop naar de omwenteling tegen de overwegend patriotse stedelijke regeringen en vrijkorpsen, daarbij geleid door Oranjegezinde regenten als W.G.F. Bentinck van Rhoon. Na de omwenteling vond een tweedeling plaats tussen orangisten die een gematigde restauratie voorstonden en orangisten die geloofden dat de Republiek alleen écht gered kon worden door alle patriotten uit het openbare leven te verwijderen. Omdat de stadhouder en de herstelde stadsregeringen de gematigde koers voorstonden, kwamen radicale orangistische burgers in verschillende steden tegenover hen te staan. Verstoken van regentensteun en in bedwang gehouden door het leger kon de orangistische burgerbeweging haar eisen echter niet afdwingen. Hoewel het protest van orangistische burgers in de loop van 1788 verstomde, beïnvloedde het de politieke besluitvorming, waardoor regeringsveranderingen en ontslaggolven vaak radicaler uitvielen dan de stadhouder zelf had gehoopt. De acties van orangistische burgers in 1788 laten eveneens zien dat zij geenszins werden aangestuurd door regenten maar juist op eigen initiatief handelden, uit overtuiging dat herstel de verwijdering van álle patriotten vereiste.Show less
In this thesis late medieval fight books (1350-1550) are placed in various martial contexts. In chapter 1 a proposal is made for defining the concept of ritual combat and this concept than is...Show moreIn this thesis late medieval fight books (1350-1550) are placed in various martial contexts. In chapter 1 a proposal is made for defining the concept of ritual combat and this concept than is applied to the late medieval period. Three types of ritual combat could be recognised: judicial combat, courtly combat and commoners combat. In chapter 2 a methodology is proposed for both for analysing and reconstructing the combat techniques described fight books, including filming the reconstructions, and a methodology for placing these techniques in the discussed ritual combat forms using ‘dimensions of meaning’. In chapter 3 both methodologies are tested on the two manuscripts of Johannes Lecküchner and demonstrate that his work was intended for the contexts of courtly combat and commoners combat.Show less
This thesis investigates the political role of Protestant refugees, foreign-educated locals, and Jesuits at the Transylvanian princely court under three consecutive rulers between 1559 and 1602....Show moreThis thesis investigates the political role of Protestant refugees, foreign-educated locals, and Jesuits at the Transylvanian princely court under three consecutive rulers between 1559 and 1602. The novelty of this project is the joint analysis of the relations, conflicts, and cooperation of these foreign-influenced groups that have been analysed only separately in the existing literature. The thesis argues that Transylvania's political elite was largely permeated by the activities of individuals that represented the interests of foreign powers or introduced foreign intellectual and political trends. Thus, this research sheds new light on the complexity and connectedness of the sixteenth-century Transylvanian elite.Show less