Over hervorming in de Republiek gedurende de eerste helft van de achttiende eeuw (1713-1751). Scriptie onderzoekt de 'mate van moderniteit' van hervormingsvoorstellen door gezagsdragers Simon van...Show moreOver hervorming in de Republiek gedurende de eerste helft van de achttiende eeuw (1713-1751). Scriptie onderzoekt de 'mate van moderniteit' van hervormingsvoorstellen door gezagsdragers Simon van Slingelandt en Willem Bentinck-Rhoon. Het onderzoek beziet de voorstellen in de context van Vroege Verlichting en stelt o.a. de opmaat naar staatkundige modernisering van Nederland ter discussie.Show less
In deze scriptie wordt onderzocht welke kaarten de VOC maakte van, en voorafgaand aan de stichting van, de VOC-post in de Delagoabaai (de huidige Maputobaai in Mozambique). De post bestond een...Show moreIn deze scriptie wordt onderzocht welke kaarten de VOC maakte van, en voorafgaand aan de stichting van, de VOC-post in de Delagoabaai (de huidige Maputobaai in Mozambique). De post bestond een kleine tien jaar, tussen 1721 en 1730, en was onder andere opgericht omdat de VOC het Afrikaanse rijk Monomotapa hoopte te bereiken via de baai. In Monomotapa zou goud in overvloed zijn. In dit onderzoek staat de vraag centraal welke rol cartografie speelde in het besluit om in deze baai een handelspost te stichten in 1721 en op welke manier kaarten de levensloop van de post illustreerden en beïnvloedden. Deze scriptie dient bovendien als voorbeeld voor de toepassing van een theoretisch kader, bestaande uit drie cartografische fases, dat algemeen toepasbaar is in onderzoeken naar vroegmoderne VOC-posten.Show less
Direct na het overlijden van stadhouder Willem IV van Oranje-Nassau in oktober 1751 werd Anna van Hannover (1709-1759) - Willems echtgenote en dochter van de Britse vorst - benoemd tot gouvernante...Show moreDirect na het overlijden van stadhouder Willem IV van Oranje-Nassau in oktober 1751 werd Anna van Hannover (1709-1759) - Willems echtgenote en dochter van de Britse vorst - benoemd tot gouvernante en voogdes der Nederlanden. De Nederlandse regenten waren te midden van de verslechterende relaties op het Europese continent gebrand op het behoud van de politieke neutraliteit van de Republiek. Anna's Engelse afkomst zorgde daarom voor veel tegenstand in de Republiek: de prinses werd gezien als pion van de Britse vorst. Om haar eigen positie en de positie van haar Huis te waarborgen zette de prinses een netwerk van adviseurs op waarmee zij probeerde steun te vinden voor haar eigen buitenlandse beleid. In de uitgebreide correspondentie van Anna van Hannover met haar vader, haar adviseurs - hertog Lodewijk Ernst van Brunswijk-Wolfenbüttel (1718-1788) en graaf Willem Bentinck van Rhoon (1704-1774) - en raadpensionaris Pieter Steyn (1706-1772) ontvouwt de prinses dat beleid en aan de hand van deze bronnen onderzoekt deze scriptie in hoeverre Anna zich werkelijk als een pion van koning George II gedroeg.Show less