This research aims to research whether risk perception of social problems due to alcohol use influences alcohol consumption and, if so, to what extent this perception can predict alcohol...Show moreThis research aims to research whether risk perception of social problems due to alcohol use influences alcohol consumption and, if so, to what extent this perception can predict alcohol consumption. The social problems in question consist of marital issues, unproductivity at work, underperformance in school and street violence. Control variables are age, gender and type of community in which the respondents live. Existing research mainly covers the actual dangers and risks of alcohol consumption and how they are perceived, though lacks analysis of the influence which these risk perceptions may have on alcohol consumption. The method used for this research, is quantitative statistical analysis. This incudes bivariate correlation analysis, simple and multiple linear regression analysis. The data is extracted from Eurobarometer 72.3 (Public Health Attitudes, Behavior, and Prevention) and processed in SPSS. Results show that risk perception regarding social problems caused by alcohol use statistically significantly predicted alcohol consumption for residents of European countries. People who agree with the statement that alcohol can cause social problems drink less than people who do not agree, as they are more conscious of the potential risks. Number of drinks was found to be affected by age and gender, but not by the type of community. Recognition of the influence of risk perception, age and gender on alcohol consumption can help health institutions and educators identify relevant audiences and target them more accurately, so that spreading awareness about the risks of alcohol is more effective.Show less
Alcohol commercials are a universal phenomenon. In Asian countries such as South Korea however, given the cultural and societal emphasis on traditional gender roles, the way alcohol is sold and...Show moreAlcohol commercials are a universal phenomenon. In Asian countries such as South Korea however, given the cultural and societal emphasis on traditional gender roles, the way alcohol is sold and consumed differs from other countries. Commercials often show the consumer how the producers believe people will use their product in a natural environment or otherwise how they want the consumer to view this certain product. This paper, therefore, analyzes different alcohol commercials in order to answer the following research question. How are South Korean women portrayed in Korean alcohol commercials and how does this differ from cultural and societal reality? The gender differences that can be noticed in all of these researches contain an important message within them, which is that gender inequality in South Korea is still an ongoing issue. Through commercials in which these female actors are portrayed as if they are truly part of the Korean culture, there is a dissonance between the truth and what people want to believe. People want to believe that, as a woman in South Korea society, they can take part in any activity they want. Truthfully, however, they are portrayed through these commercials as a marketing object that sells and as someone who is in any case still the inferior half of society.Show less
In de negentiende en begin twintigste eeuw probeerden burgerlijke anti-drankverenigingen het (sterke)drankmisbruik onder (toekomstige) militairen te voorkomen. Zij steden tegen het drankmisbruik...Show moreIn de negentiende en begin twintigste eeuw probeerden burgerlijke anti-drankverenigingen het (sterke)drankmisbruik onder (toekomstige) militairen te voorkomen. Zij steden tegen het drankmisbruik tijdens de nationale militielotingen en in de militaire kantines. Deze scriptie licht de motieven en de werkwijzen van de anti-drankverenigingen uit, om deze lotings- en kantinekwestie aan te pakken, en het (gebrek aan) succes.Show less
Het doel van dit onderzoek is om te onderzoeken of er een verschil is tussen mannen en vrouwen in middelengebruik (tabak, alcohol, softdrugs en harddrugs) en hun motieven. De steekproef betrof n =...Show moreHet doel van dit onderzoek is om te onderzoeken of er een verschil is tussen mannen en vrouwen in middelengebruik (tabak, alcohol, softdrugs en harddrugs) en hun motieven. De steekproef betrof n = 514 respondenten in de leeftijd van 14-30 jaar met een gemiddelde leeftijd van 21.80 jaar, waarbij n = 199 mannen en n = 315 vrouwen. In het onderzoek is gebruik gemaakt van een algemene vragenlijst over middelengebruik, de Vragenlijst Effecten Middelengebruik en de BISBAS. Uit de resultaten van ANOVA’s blijkt dat mannen meer tabak roken (F(1,512) = 1,187, p = 0.01), alcohol drinken (F(1,512) = 0.664, p < 0.001), softdrugs (F(1,512) = 67.40, p < 0.001) en harddrugs (F(1,512) = 29.88, p < 0.001) gebruiken dan vrouwen. Tevens blijkt uit MANOVA’s dat er verschillen zijn in motieven. Mannen gebruiken middelen meer om te ontspannen dan vrouwen (F(2,513) = 12.55, p < 0.001) en mannen zijn meer sensatiezoekend (F(2,513) = 10.83, p < 0.001) en gedreven (F(2,513) = 5.321, p = 0.02). Vrouwen daarentegen zijn strafgevoeliger (F(1,512) = 82.33, p < 0.001). Uit ANCOVA blijkt dat het verschil tussen hoeveel mannen en vrouwen tabak roken verklaard wordt door onderliggende motieven Risk and Agression, Self Perception, BAS Drive, BAS Fun Seeking, BAS Reward Responsiveness en BIS (F(1,505) = 0.43, p = 0.47). Dit betekent dat het verschil in tabak verklaard wordt door onderliggende motieven, maar voor alcohol, softdrugs en harddrugs wordt het verschil niet verklaard door motieven. Deze bevindingen over het verschil in motivatie en middelengebruik door mannen en vrouwen kunnen van belang zijn bij het voorkomen van overmatig middelengebruik en het behandelen ervan.Show less
Ruim een kwart van de kinderen in groep zeven en acht heeft al eens alcohol gedronken. Deze studie onderzoekt of de relatie tussen de leeftijd van alcoholinitiatie en hoeveelheid alcoholconsumptie...Show moreRuim een kwart van de kinderen in groep zeven en acht heeft al eens alcohol gedronken. Deze studie onderzoekt of de relatie tussen de leeftijd van alcoholinitiatie en hoeveelheid alcoholconsumptie op de huidige leeftijd gemedieerd wordt door de mate waarin de executieve functies (EF) zijn ontwikkeld (EF totaal, inhibitievermogen, werkgeheugen, emotieregulatie). De steekproef bestaat uit 203 mannen en 323 vrouwen (gemiddelde leeftijd 21,43 jaar). De Middelenvragenlijst is gebruikt om het alcoholgebruik in kaart te brengen en de BRIEF-A om te kijken naar de mate waarin de EF zijn ontwikkeld. De analyses zijn gedaan aan de hand van regressie analyses volgens de methode van Preacher and Hayes. Er wordt gevonden dat hoe vroeger er is gestart met het consumeren van alcohol, hoe meer alcohol er wordt gedronken op de huidige leeftijd (B = -31.94). Er wordt geen relatie gevonden tussen de leeftijd waarop voor het eerst alcohol wordt gedronken en de emotieregulatie. Gekeken naar de EF totaalcomponent wordt er een trend gevonden met de alcoholconsumptie op de huidige leeftijd (B = .49) . Een gedeeltelijke mediërende rol wordt gevonden voor de mate waarin het inhibitievermogen (R2 = .06, p < .001), en de mate waarin het werkgeheugen is ontwikkeld (R 2= .06, p < 0.001). Dit betekent dat hoe jonger de kinderen beginnen met het nuttigen van alcohol, hoe minder goed hun inhibitievermogen en werkgeheugen is ontwikkeld, wat leidt tot meer alcohol consumptie op latere leeftijd. Deze resultaten geven inzicht in de relatie tussen de leeftijd waarop voor het eerst alcohol gedronken wordt en de hoeveelheid alcoholconsumptie op latere leeftijd. Dit is van belang om alcoholproblemen op latere leeftijd tegen te gaan. Nader onderzoek moet gedaan worden naar het herstel van de aangedane EF na het stoppen met alcohol drinken. Ten slotte is het belangrijk dat ouders vroegtijdig goed voorgelicht worden.Show less
In deze studie zijn associaties bestudeerd tussen nicotine- en alcoholgebruik van de moeder tijdens de zwangerschap en het optreden van reactieve en proactieve agressie bij haar kind op adolescente...Show moreIn deze studie zijn associaties bestudeerd tussen nicotine- en alcoholgebruik van de moeder tijdens de zwangerschap en het optreden van reactieve en proactieve agressie bij haar kind op adolescente leeftijd. De steekproef bestond uit 122 Nederlandse jongens van 12 tot 17 jaar oud, die een VMBO-opleiding volgden. Nicotine- en alcoholgebruik tijdens de zwangerschap zijn gemeten met de vragenlijst Zwangerschap en Bevalling. Reactieve en proactieve agressie zijn gemeten met de Reactive Proactive Questionnaire. De resultaten laten zien dat kinderen van moeders die alcohol hebben gedronken tijdens de zwangerschap significant meer proactieve agressie vertonen ten opzichte van kinderen van moeders die geen alcohol hebben gedronken tijdens de zwangerschap. Echter, na correctie voor reactieve agressie was dit verband niet meer significant. Dit zou erop kunnen wijzen dat alcoholgebruik tijdens de zwangerschap geassocieerd is met agressie in het algemeen en niet specifiek aan proactieve agressie. Er werd geen associatie gevonden tussen nicotinegebruik tijdens de zwangerschap en reactieve en proactieve agressie bij het adolescente kind. Een verklaring hiervoor zou kunnen zijn dat slechts weinig moeders aangaven nicotine te hebben gebruikt tijdens de zwangerschap. Er zou een dosis-effect relatie kunnen bestaan tussen nicotine gebruik en één of beide vormen van agressie, waarbij alleen bij veelvuldig gebruik van nicotine een effect kan worden gemeten. Een andere verklaring zou kunnen zijn dat er een indirect verband bestaat tussen nicotinegebruik tijdens de zwangerschap en reactieve en/of proactieve agressie door het verhogen van de kans op hyperactiviteit. Dit verband tussen hyperactiviteit en reactieve agressie is bekend. Echter, aangezien er weinig hyperactieve kinderen waren in deze steekproef is het waarschijnlijk dat dit de reden was dat dit verband nu niet konden worden vastgesteld. De kinderen van moeders die zowel alcohol als nicotine hadden gebruikt tijdens de zwangerschap vertoonden gemiddeld meer proactieve en reactieve agressie ten opzicht van kinderen van moeders die geen of een van beide genotsmiddelen hadden gebruikt. Echter, het gecombineerde effect van deze genotsmiddelen bleek niet significant meer bij te dragen aan het optreden van reactieve en proactieve agressie dan de individuele effecten. Concluderend lijkt alcoholgebruik tijdens de zwangerschap van significante invloed te zijn op het voorkomen van proactieve agressie bij het adolescente kind. De relatie tussen nicotinegebruik van moeder tijdens de zwangerschap en reactieve en proactieve agressie dient daarnaast in vervolgonderzoek verder bestudeerd te worden. Hierbij dienen meerdere variabelen betrokken te worden waarvan verondersteld wordt dat deze geassocieerd zijn met nicotine- en alcoholgebruik tijdens de zwangerschap en reactieve en proactieve agressie.Show less