Dit onderzoek behandelt literatuur als representatie van sociale geschiedenis. Terwijl veel representatieonderzoek zich richt op ras of gender, staat nu klasse centraal: de hoofdvraag is hoe de...Show moreDit onderzoek behandelt literatuur als representatie van sociale geschiedenis. Terwijl veel representatieonderzoek zich richt op ras of gender, staat nu klasse centraal: de hoofdvraag is hoe de middenklasse in de moderne Nederlandse roman wordt gerepresenteerd. De eerste subvraag betreft de analyse van klasse überhaupt. Door een historische terugblik op de marxistisch-ideologische hantering van dit concept te confronteren met moderne cognitief-semiotische inzichten betreffende representatie en identificatie, wordt duidelijk gemaakt dat klasse op niet-ideologische manier is te analyseren. De tweede subvraag betreft de operationalisering van het analyseren van klasse en (het concept) middenklasse in het bijzonder. Met inzet van sociologische en sociaalpsychologische inzichten wordt een relationele opvatting van klasse voorgesteld. In de literaire analyse (van romans van Dautzenberg, Hermsen, Treur en De Coster) wordt getoond hoe klassegerelateerde omstandigheden in relaties van personage een rol spelen alsook hoe deze omstandigheden in aspecten zoals (de omgang) met ruimte een rol spelen. Het resultaat is een aantal patronen bij middenklassepersonages betreffende niet alleen materiële condities, maar ook filosofische/ideologische voorkeuren en hun zelfopvattingen in relatie tot een collectief. In het algemeen is te stellen dat bij middenklassepersonages de ervaring van klasse geïndividualiseerd is, hetgeen evenwel niet wegneemt dat aan klasse gerelateerde omstandigheden in hun relaties doorwerken. Vervolgonderzoek kan de patronen aanvullen door zich te richten op de arbeidersklasse. Tevens kan het verband tussen representatie en identificatie verder worden onderzocht.Show less