International bankers as diplomatic agents during the Napoleonic wars, an example of business diplomacy. How and why were the bankers of Hope & Co and Baring in the period from 1800-1810...Show moreInternational bankers as diplomatic agents during the Napoleonic wars, an example of business diplomacy. How and why were the bankers of Hope & Co and Baring in the period from 1800-1810 involved in diplomatic dealings and what were the effects of their involvement? This question is answered on the basis of three cases: the Louisiana Purchase, the Mexican silver and peace negotiations. Internationale bankiers als diplomatieke agenten gedurende de Napoleontische oorlogen, een voorbeeld van business diplomatie. Hoe en waarom waren de bankiers Hope & Co en Baring betrokken bij diplomatieke acties en wat waren de effecten van hun betrokkenheid? Deze vragen worden behandeld aan de hand van drie cases: de verkoop van Louisiana, het Mexicaanse zilver en vredesbesprekingen.Show less
In deze scriptie is gekeken naar het diplomatieke functioneren van de Staatse diplomaat Willem Boreel. Aan de hand van zijn correspondentie met diverse personen en instellingen in de Republiek is...Show moreIn deze scriptie is gekeken naar het diplomatieke functioneren van de Staatse diplomaat Willem Boreel. Aan de hand van zijn correspondentie met diverse personen en instellingen in de Republiek is zijn takenpakket onderzocht en is vastgesteld dat vroegmoderne Nederlandse diplomaten zich inzetten voor zowel zaken van staatsbelang als particuliere belangen van de Staatse ingezetenen.Show less
Dit onderzoek bestudeert de rol van de Engelse diplomaat William Temple tijdens zijn eerste ambtstermijn in de Republiek tussen 1668-1670. Door het systematisch in kaart brengen van de ontmoetingen...Show moreDit onderzoek bestudeert de rol van de Engelse diplomaat William Temple tijdens zijn eerste ambtstermijn in de Republiek tussen 1668-1670. Door het systematisch in kaart brengen van de ontmoetingen die Temple beschrijft in zijn correspondentie, wordt getracht op een vernieuwende manier het diplomatieke netwerk van de ambassadeur in kaart te brengen.Show less
In de zeventiende eeuw werden staten fundamenteel ongelijk geacht aan elkaar en gerangschikt in een onderlinge hiërarchie. Deze ongelijkheid had gevolgen in de diplomatieke praktijk, ambassadeurs...Show moreIn de zeventiende eeuw werden staten fundamenteel ongelijk geacht aan elkaar en gerangschikt in een onderlinge hiërarchie. Deze ongelijkheid had gevolgen in de diplomatieke praktijk, ambassadeurs eisten voorrang, genaamd ‘precedentie’, op ambassadeurs van staten die lager in de hiërarchie stonden. Wanneer een ambassadeur meende dat hij en daarmee zijn staat ten onrechte een rang werd ontzegd kwam hij in protest en werd de rang met argumenten verdedigd. Argumenten die in de praktijk gebruikt werden hadden drie brede criteria als grondslag: 1) titel en aard daarvan, bijvoorbeeld anciënniteit van de dynastie; 2) Gods zegen, bijvoorbeeld bezit van het ware geloof en goede werden voor de kerk; en 3) traditie: de geschiedenis van precedentie. Deze criteria en de bijbehorende argumenten waren afkomstig uit interne machtslegitimering van monarchieën en impliceerden katholiek koningschap. Zowel katholicisme als een monarchale staatsinrichting ontbraken bij de Republiek wier argumenten toch naar dezelfde criteria werd getoetst. Uit analyse van correspondentie tussen Nederlandse diplomaten in Frankrijk en de Staten-Generaal kunnen we concluderen dat ook de Republiek alle drie de soorten argumenten gebruikte in de verdediging van haar beoogde rang. Traditie was het belangrijkst en ook het makkelijkst te produceren sinds de erkenning van de soevereiniteit van de Republiek door Hendrik IV van Frankrijk in 1609. Gods zegen kwam ook terug in verschillende vormen maar argumenten naar het titel-criterium waren moeilijker te vormen en werden niet succesvol ingezet. De oorsprong van de Nederlandse argumenten was net als bij monarchieën interne legitimering van macht en staatsvorm. Echter door de 'vertaalslag' die de diplomaten van de Staten-Generaal moesten maken om hun argumenten gehoord te krijgen werd die oorsprong wat meer naar de achtergrond geduwd.Show less
In dit onderzoek staan de consulaten van de Republiek, die tussen 1612 en 1672 in verschillende Italiaanse steden gesticht werden, centraal. In het bijzonder is aandacht geschonken aan de...Show moreIn dit onderzoek staan de consulaten van de Republiek, die tussen 1612 en 1672 in verschillende Italiaanse steden gesticht werden, centraal. In het bijzonder is aandacht geschonken aan de verwachtingen die de Staten-Generaal enerzijds en de Nederlandse handelsgemeenschap in Italië anderzijds van dit nieuwe systeem, en de invloed die de consuls zelf uitoefenden op het functioneren ervan.Show less