This research focuses on the relations between national identity, moral reasoning and externalizing behavior problems for 48 immigrant adolescents from Cape Verde, 31 from former Dutch Antilles...Show moreThis research focuses on the relations between national identity, moral reasoning and externalizing behavior problems for 48 immigrant adolescents from Cape Verde, 31 from former Dutch Antilles/Aruba and 152 from the Netherlands, living in the Netherlands. Data from questionnaires showed that family composition and socioeconomic status were not related to the degree of externalizing behavior. Furthermore, no significant differences were found in externalizing behavior and moral reasoning between the three groups. This could be explained by the fact that the adolescents in the sample belong to the same peer group. Therefore it is possible that these adolescents influence and encourage each other to show similar behavior and thus might often apply the same standards. Dutch adolescents had a stronger sense of national identity than the other two groups, however this was not significantly related to the degree of externalizing behavior. Adolescents from the former Dutch Antilles/Aruba who experienced a weaker sense of national identity, exhibited more externalizing behavior problems, whereas there was no relation between these constructs for the Cape Verdean adolescents. Even though Cape Verdean and former Dutch Antillean/Aruban adolescents differ in the exhibition of externalizing behavior in police reports, the current study did not confirm these reports. Studying ethnic identity, bicultural upbringing, and gender in combination with the constructs within the current study, might lead to a better understanding of why differences are found in externalizing behavior between the groups outside this research. The Cape Verdean community is of special interest, because there is only minimal research on this community, which makes it difficult to understand the problems they are facing in the Dutch society.Show less
In dit onderzoek is er gekeken naar de rol van slaap in de relatie tussen sociaal economische status en internaliserende en externaliserende gedragsproblemen in India. Aan dit onderzoek hebben 293...Show moreIn dit onderzoek is er gekeken naar de rol van slaap in de relatie tussen sociaal economische status en internaliserende en externaliserende gedragsproblemen in India. Aan dit onderzoek hebben 293 adolescenten in de leeftijdscategorie van tien tot veertien jaar oud meegedaan met een gemiddelde leeftijd van 12.375 (SD = 1.169). Er deden 161 jongens mee en 123 meisjes. De groep met een lage sociaal economische status bestond uit 102 participanten. Hiervan waren er 40 jongens en 58 meisjes. De gemiddelde leeftijd was 12.569 (SD = 1.278). De groep met een hoge sociaal economische status bestond uit 191 participanten. Deze groep bevatte 121 jongens en 65 meisjes. De gemiddelde leeftijd was 12.273 (SD = 1.095). Sociaal economische status is bepaald aan de hand van de deelnemende scholen. Door middel van dataverzameling is het aantal uur slaap gemeten. Er werden voor drie dagen tijdsdagboeken ingevuld en is er per dag een semi-gestructureerd interview afgenomen. Gegevens over internaliserend en externaliserend probleemgedrag zijn verzameld door de Strengths and Difficulties Questionnaire af te nemen. Uit de resultaten blijkt dat er een relatie is tussen sociaal economische status en internaliserende en externaliserende gedragsproblemen. Een lagere sociaal economische status is gerelateerd aan meer internaliserend en externaliserend probleemgedrag. De relatie tussen sociaal economische status en internaliserend en externaliserend probleemgedrag kan niet verklaard worden door het aantal uur slaap. Er is wel een relatie gevonden tussen sociaal economische status en slaap. Een hogere sociaal economische status is gerelateerd aan een kortere slaapduur. Er is geen relatie gevonden tussen slaap en internaliserende en externaliserende gedragsproblemen. Vervolgonderzoek zou kunnen kijken naar de kwaliteit van slaap onder invloed van omgevingsfactoren. Ook kan vervolgonderzoek kijken naar de mogelijke invloed van cultuur op de relatie tussen slaap en gedragsproblemen.Show less
In this study the relation between psychopathy and internalizing and externalizing problems will be examined. The research question is: To what extent is there a relationship between psychopathy...Show moreIn this study the relation between psychopathy and internalizing and externalizing problems will be examined. The research question is: To what extent is there a relationship between psychopathy and internalizing and externalizing problem behavior? Both the relationship between problem behavior and psychopathy as a whole and the separate dimensions of psychopathy were examined. Primary and secondary psychopathy will be differentiated on according to feelings of anxiety. There will be a distinction according to sex, also. The participants are 493 young people aged 12 to 17 years. They were recruited from Dutch pre-vocational schools. Both internalizing and externalizing problem behavior are related to the presence of psychopathic traits. There are different effects found on the separate dimensions of psychopathy. Among youth with psychopathy, there was no connection between psychopathy and internalizing problems. There is a connection found between psychopathy and externalizing problems. There are also different effects on the separate dimensions of psychopathy found. These effects exist both for primary and secondary variants of psychopathy.Show less
Externaliserend probleemgedrag bij kinderen is een belangrijke risicofactor voor delinquentie en psychopathologie. Daarom is het van belang om kennis te ontwikkelen over de factoren die een rol...Show moreExternaliserend probleemgedrag bij kinderen is een belangrijke risicofactor voor delinquentie en psychopathologie. Daarom is het van belang om kennis te ontwikkelen over de factoren die een rol spelen in de ontwikkeling van externaliserend probleemgedrag. In deze studie is onderzocht of de ouderschapsfactoren ouderlijke responsiviteit, emotioneel klimaat en stimuleren van de zelfstandigheid gerelateerd zijn aan externaliserend probleemgedrag bij kinderen van zes tot tien jaar. De ouderschapsfactoren zijn bij gezinnen thuis (N = 96) gemeten met behulp van de Middle Childhood Home Observation for Measurement of the Environment (MC-HOME), externaliserend probleemgedrag is gemeten met de Child Behavior Checklist (CBCL). Voor alle drie de ouderschapsfactoren werd een negatief verband verwacht met externaliserend probleemgedrag. Er is echter voor geen van de ouderschapsfactoren een verband gevonden. Mogelijk wordt dit veroorzaakt door een aantal methodologische beperkingen van dit onderzoek. Meer onderzoek is daarom nodig.Show less
Normbesef is het hanteren van normen en waarden in het beoordelen van eigen gedrag. In dit onderzoek stond de vraag centraal of het normbesef en externaliserend probleemgedrag van Marokkaanse...Show moreNormbesef is het hanteren van normen en waarden in het beoordelen van eigen gedrag. In dit onderzoek stond de vraag centraal of het normbesef en externaliserend probleemgedrag van Marokkaanse hangjongeren met elkaar samenhangen en of deze samenhang verschilt voor de culturele identiteit van deze jongeren. De steekproef bestond uit 121 Marokkaanse jongens in de leeftijd van 16 tot 21 jaar (M = 18.35), die middels een vragenlijst deelnamen aan het onderzoek. In de vragenlijst waren schalen opgenomen voor onder andere externaliserend probleemgedrag en culturele identiteit. Voor het in kaart brengen van normbesef werden vignetten gehanteerd. Er bleek een significante samenhang tussen normbesef en externaliserend probleemgedrag. Daarnaast bleek een significante samenhang tussen culturele identiteit en externaliserend probleemgedrag. De samenhang tussen normbesef en externaliserend probleemgedrag werd niet gemedieerd door culturele identiteit.Show less
In deze studie is onderzocht of ouderlijke controle van invloed is op het normbesef van Marokkaanse hangjongeren en het externaliserende probleemgedrag dat ze vertonen. Bij 122 Marokkaanse jongens...Show moreIn deze studie is onderzocht of ouderlijke controle van invloed is op het normbesef van Marokkaanse hangjongeren en het externaliserende probleemgedrag dat ze vertonen. Bij 122 Marokkaanse jongens uit de Randstad van 16 tot 21 jaar (M=18.51, SD=1.78) zijn vragenlijsten afgenomen naar het normbesef van de jongeren, de ouderlijke controle en het externaliserende probleemgedrag van de jongeren. Uit regressie analyses bleek ouderlijke controle geen voorspeller te zijn van normbesef of van externaliserend probleemgedrag, ook niet als normbesef als mediërende factor werd genomen. Normbesef hangt wel samen met externaliserend probleemgedrag. Uit deze studie blijkt de oorzaak voor probleemgedrag bij Marokkaanse hangjongeren bij de jongeren zelf te liggen, in plaats van bij de ouders. Normbesef kan in de toekomst een belangrijk interventiepunt zijn bij de aanpak van antisociale gedragingen. Onderzoek naar de sensitieve kant van het ouderschap en naar de invloed van de peergroep zou meer inzicht kunnen opleveren in de ontwikkeling van normbesef en externaliserend probleemgedrag bij Marokkaanse hangjongeren.Show less
Introductie. Het ontstaan van externaliserend probleemgedrag kan plaatsvinden vanaf de peutertijd. In deze masterscriptie is de invloed van emotionele beschikbaarheid van vaders en moeders op...Show moreIntroductie. Het ontstaan van externaliserend probleemgedrag kan plaatsvinden vanaf de peutertijd. In deze masterscriptie is de invloed van emotionele beschikbaarheid van vaders en moeders op probleemgedrag onderzocht, waarbij is bestudeerd of het geslacht en het temperament van het kind hierin een rol speelt. Daarnaast is de invloed van het hebben van een oudere broer of zus op de hoeveelheid probleemgedrag onderzocht. Methode. Externaliserend probleemgedrag is voor 43 eenjarige kinderen (23 jongens) gemeten met de Preschool Child Behavior Checklist (CBCL, Achenbach & Rescorla, 2000) en het temperament van het kind is bepaald met de subschaal activiteitenniveau van de Child Behavior Questionnaire (Rothbart, Ahadi, Hershey & Fisher, 2001). Beide ouders van het kind hebben deze vragenlijsten ingevuld. De emotionele beschikbaarheid van vaders en moeders in een vrijspelsituatie is geobserveerd en gecodeerd met de Emotional Availability Scales (EAS, Biringen, 2008).Show less