Tijdens de coronacrisis wordt veel (nep)nieuws verspreid en dat zorgt ervoor dat nieuwsconsumenten niet meer goed weten welke media ze wel of niet kunnen vertrouwen. Journalisten willen graag zo...Show moreTijdens de coronacrisis wordt veel (nep)nieuws verspreid en dat zorgt ervoor dat nieuwsconsumenten niet meer goed weten welke media ze wel of niet kunnen vertrouwen. Journalisten willen graag zo geloofwaardig mogelijk overkomen om het vertrouwen van het publiek te winnen. Verschillende onderzoekers opperen het gebruik van transparantie als oplossing voor dit geloofwaardigheidsprobleem. Er is veel onderzoek gedaan naar de invloed van transparantie op de geloofwaardigheid van de geschreven journalistiek, maar deze onderzoeken geven geen eenduidig antwoord. Daarnaast is er geen onderzoek dat zich specifiek op televisie richt. In dit onderzoek wordt daarom onderzocht of er een effect bestaat van transparantie op de geloofwaardigheid van actualiteitenprogramma’s op televisie. Specifiek is de invloed van metajournalistieke transparantie op geloofwaardigheid onderzocht, een vorm van transparantie waarbij de kijker een kijkje achter de schermen krijgt en ziet hoe het televisie-item tot stand is gekomen. Voorbeelden daarvan zijn documenten laten zien en verwijzen naar bronnen. Om dit te onderzoeken is een online experiment uitgevoerd waaraan 152 jongvolwassenen van 18 tot en met 25 jaar (M = 21.91, SD = 1.98) deelnamen. De participanten zijn willekeurig verdeeld over twee condities. De experimentele conditie kreeg een fragment te zien van het actualiteitenprogramma Nieuwsuur dat metajournalistieke transparantie bevatte en de controleconditie kreeg een soortgelijk fragment te zien zonder metajournalistieke transparantie. Vervolgens werd de afhankelijke variabele geloofwaardigheid gemeten. Op basis van de resultaten van het onderzoek is geconcludeerd dat er een effect is van metajournalistieke transparantie op de geloofwaardigheid van actualiteitenprogramma’s. Er is een klein positief effect gevonden van metajournalistieke transparantie op degeloofwaardigheid van de inhoud. Dit wil zeggen dat jongvolwassenen de inhoud van het fragment dat metajournalistieke transparantie bevatte als geloofwaardiger beoordeelden dan de inhoud van het fragment zonder metajournalistieke transparantie. Daarnaast is een effect gevonden van het vaker kijken naar het actualiteitenprogramma op de geloofwaardigheid van het actualiteitenprogramma. Er is geen effect gevonden van metajournalistieke transparantie op de geloofwaardigheid van het actualiteitenprogramma zelf of de journalist in het actualiteitenprogramma. Aangezien er geen grote significante effecten zijn gevonden kan worden gesteld dat transparantie geen wondermiddel is, maar mogelijk wel een kleine rol speelt in de oplossing van het geloofwaardigheidsprobleem van nieuwsmedia.Show less
Steeds meer mensen geven aan dat ze niet weten wat ze wel en niet moeten geloven in de (online) media. Jongeren gebruiken steeds minder nieuwsmedia en als ze nieuws consumeren doen ze dat dikwijls...Show moreSteeds meer mensen geven aan dat ze niet weten wat ze wel en niet moeten geloven in de (online) media. Jongeren gebruiken steeds minder nieuwsmedia en als ze nieuws consumeren doen ze dat dikwijls online. Dat hoeft geen enkel probleem te zijn voor de vergaring van hun informatie, mits zij de online nieuwsberichten goed kunnen beoordelen. De mediawijsheid van jongeren, maar ook van volwassenen, moet daarvoor dus ontwikkeld zijn. Dit gaat om het begrijpen, analyseren en op waarden schatten van nieuws. Geloofwaardigheid of credibility is een subjectief oordeel over hoe betrouwbaar een artikel is. In dit onderzoek ligt de focus op message credibility. Objectiviteit is een van de aspecten om de geloofwaardigheid van een artikel te vergroten. Journalisten gebruiken strategieën om objectief over te komen. Drie van dit soort elementen worden gebruikt in dit onderzoek: de kop, de stijl van de tekst en de bronvermelding. Het is de vraag of middelbare scholieren en hun docenten in staat zijn om deze elementen te herkennen. Aan de hand van een veldexperiment en interviews wordt de gedachtegang van de respondenten geanalyseerd. Zij krijgen artikelen te lezen, waarvan de helft gemanipuleerd is en geven vervolgens aan waarom ze een tekst wel of niet geloofwaardig vinden. Hieruit is gebleken dat zowel scholieren als docenten zich niet erg bewust zijn van de elementen van objectiviteit. De docenten waren meer kritisch dan de scholieren. Correct brongebruik wordt het vaakst als argument voor geloofwaardigheid gezien. Voor dit onderzoek waren alle artikelen van één medium afkomstig in de hoop dat dat geen rol zou spelen. Het bleek echter dat de meeste respondenten in het medium het meest geloofwaardige element zagen.Show less