De Meiji-periode bracht vele veranderingen met zich mee, zowel politiek als maatschappelijk. Het omvallen van het Tokugawa shogunaat had ook grote gevolgen voor religieuze groeperingen, waaronder...Show moreDe Meiji-periode bracht vele veranderingen met zich mee, zowel politiek als maatschappelijk. Het omvallen van het Tokugawa shogunaat had ook grote gevolgen voor religieuze groeperingen, waaronder de boeddhistische organisaties. Naast het feit dat deze niet meer de privileges hadden die ze wel genoten onder het shogunaat, werd er ook een hoop materieel, waaronder tempels, kunst en grondgebied, goed beschadigd tijdens de haibutsu kishaku 廃仏毀釈 . Sommige vormen en organisaties binnen het Boeddhisme, zoals Shugendo (de praktijk van het verkrijgen van niet-alledaagse krachten in het berggebied), werden verboden, ceremonies werden verboden of overgenomen. Een echter nog belangrijker gevolg voor het Boeddhisme in Japan toendertijd was het inhoudelijk aanpassen aan de moderniteit, Westers gedachtegoed en het nieuwe geïmporteerde concept religie wat tot voor kort nog niet bestond in Japan. In deze thesis wordt gekeken wat er door deze reorganisaties van het rituele landschap allemaal is veranderd binnen het Japanse Boeddhisme en wat Japans Boeddhisme überhaupt inhoudt. Vervolgens wordt ook het gedachtegoed van enkele geleerden besproken, wiens gedachtegoed invloed heeft gehad op de shinbutsu bunri en de manier waarop de situatie van het Japanse Boeddhisme door deze scheiding is veranderd. Dit zijn Inoue Enryō 井上円了(1858-1919) en in iets mindere mate Shimaji Mokurai島地 黙雷 (1838-1911).Show less