Deze scriptie behandelt de naoorlogse (1945-1962) strategie en inzet van de Koninklijke Marine op de Nederlandse Antillen. Deze twee zaken worden bezien in een breed kader, waarbij zij aan het...Show moreDeze scriptie behandelt de naoorlogse (1945-1962) strategie en inzet van de Koninklijke Marine op de Nederlandse Antillen. Deze twee zaken worden bezien in een breed kader, waarbij zij aan het Nederlandse buitenlands-, veiligheidsbeleid en marinebeleid worden gekoppeld. Enkele conclusies luiden dat de strategie en inzet werden vormgegeven door de wens om na de soevereiniteitsoverdracht aan de Verenigde Staten van Indonesië in december 1949 wereldwijd actief te blijven en dat Nederland vanuit dit uitgangspunt langdurige en tamelijk succesvolle onderhandelingen met de Verenigde Staten van Amerika voerde over Amerikaanse betrokkenheid bij de verdediging van de strategisch belangrijke eilanden Aruba en Curaçao in oorlogstijd. Tot slot wordt betoogd dat de Haagse vrees voor Venezolaanse annexatiepogingen van de Benedenwindse Eilanden en de opkomst van het communisme in de regio een andere reden vormde voor de gekozen strategische koers. De strategie en inzet kunnen daardoor worden gezien als een samenspel tussen enerzijds de intrinsieke motivatie om wereldwijd actief te blijven en anderzijds externe druk om de verdediging in de West te versterken.Show less