Deze thesis onderzoekt de omgang van journalisten met de mediastrategieën naming and shaming en directe acties. Actiegroepen hanteren deze mediastrategieën tijdens hun acties om onder andere...Show moreDeze thesis onderzoekt de omgang van journalisten met de mediastrategieën naming and shaming en directe acties. Actiegroepen hanteren deze mediastrategieën tijdens hun acties om onder andere aandacht te krijgen van journalisten. In dit onderzoek wordt gelet op de plaats van de reden van een actie in een krantenbericht. Schrijven journalisten de reden van de actie in de kop, de lead, de rest van het bericht of is hij niet vermeld? Van belang in dit onderzoek is eveneens de vraag bij welke mediastrategie de reden van een actie prominenter naar voren komt: met naming and shaming of met directe acties? Aanleiding van deze vraag is een onderzoek van Hutchins en Lester naar de Franklin Blockade (1982), een directe actie van The Wilderness Society. Deze onderzoekers kwamen tot de conclusie dat er tijdens de Franklin Blockade nauwelijks aandacht was voor de reden van de blokkade, want er werd voornamelijk geschreven over het aantal arrestaties en de veroorzaakte schades. In deze thesis worden krantenberichten over de actiegroepen Wakker Dier en Greenpeace onderzocht met behulp van een kwantitatieve inhoudsanalyse. Er verschijnen regelmatig berichten over Wakker Dier en Greenpeace in kranten, daarom is gekozen om berichten die over deze actiegroepen gaan te onderzoeken. Daarnaast worden er diepte-interviews gehouden met journalisten en actievoerders om behalve het product ook het proces van de berichtgeving te kunnen analyseren. Uit de resultaten blijkt dat de mediastrategie correleert met de plaats van de reden van een actie in een krantenartikel. Eveneens wordt duidelijk aangetoond dat de reden van een actie veel prominenter naar voren komt wanneer er naming and shaming wordt gehanteerd dan wanneer er directe acties worden gehouden.Show less
In deze studie zijn de resultaten van effecten van oxytocine op de reactie van vaders van kinderen met autisme (n=7), vaders van typisch ontwikkelende kinderen (n=19) en mannen zonder kinderen (n...Show moreIn deze studie zijn de resultaten van effecten van oxytocine op de reactie van vaders van kinderen met autisme (n=7), vaders van typisch ontwikkelende kinderen (n=19) en mannen zonder kinderen (n=20) met elkaar vergeleken. Eerder onderzoek heeft aangetoond dat de signalen van kinderen met autisme voor ouders vaak moeilijk te interpreteren zijn waardoor deze kinderen vaak niet begrepen worden. Het doel van deze studie is om te onderzoeken in hoeverre vaders van kinderen met autisme, vaders van typisch ontwikkelende kinderen en mannen zonder kinderen van elkaar verschillen in gemiddelde reactie en responsie tijd tijdens het luisteren naar een huilgeluid van een baby onder zowel de placebo als oxytocine conditie. Er is een verschil is in reactie op huilgeluiden gevonden tussen de drie groepen mannen waarbij vaders van kinderen met autisme de huilgeluiden anders interpreteerden vergeleken met de overige twee groepen mannen. Oxytocine blijkt hierin een belangrijke invloed te hebben die vooral bij het derde huilgeluid (het huilen van een prematuur geboren baby) naar voren kwam. Vaders van kinderen met autisme voelden zich bij gebruik van oxytocine minder vaak geprikkeld door het meest extreme huilgeluid en waren minder gericht op de mogelijkheid om het huilende kind te voeden vergeleken met de andere twee groepen mannen. Oxytocine kan er dus voor zorgen dat ook de huilsignalen van kinderen met autisme door ouders beter begrepen en geïnterpreteerd kunnen worden waardoor zij prompt en adequaat op hun kind kunnen reageren. Een interventie met behulp van oxytocine kan daarom zeker zinvol zijn voor gezinnen met een kind met autisme.Show less