Research master thesis | Archaeology (research) (MA/MSc)
open access
In the Sicilian maritime town of Acitrezza, the tangible cultural and intangible heritage in the Rodolico’s shipyard has been unrecognised over the past years and rarely promoted as part of...Show moreIn the Sicilian maritime town of Acitrezza, the tangible cultural and intangible heritage in the Rodolico’s shipyard has been unrecognised over the past years and rarely promoted as part of cultural or economic-oriented activities of the area. For a long time, approaches to cultural heritage in Acitrezza have only celebrated the Verga’s greatest masterpiece, I Malavoglia, and the local protected marine area, characterised by the presence of the Faraglioni basaltic rocks. The protracted indifference of the local authority toward the shipyard combined with internal family dynamics seems to condemn this genius loci to oblivion. People believe this misrecognition leads to ignoring a sense of local identity made up of “marine carpentry affairs” and centuries-old tangible and intangible heritage practices that might be meaningful to the local community. This thesis employs a collaborative methodology called Participatory Video (PV) to investigate an alternative past for the town of Acitrezza, possibly incorporating the shipyard and shipwrights into a new local heritage policy and strategy. Two different approaches, underpinning two cases studies, characterise this methodology: the postcolonial author approach, which consists of an equal and peer-to-peer relationship between researchers and informants to create videos about tangible and intangible heritage, and the author as “a fly in the soup” approach, which enables informants to create their own personal and community narrative-commentary about private photographs of Acitrezza (and more!). Through the collaborative video-creation process, the thesis demonstrates that the PV methodology can be suitable for collaboration with people when dealing with local issues.Show less
De opkomst van internet, en sociale media in het bijzonder, heeft ervoor gezorgd dat de scheiding tussen nieuwsbron, -producent en -consument minder scherp is afgebakend dan in de tijd voor het...Show moreDe opkomst van internet, en sociale media in het bijzonder, heeft ervoor gezorgd dat de scheiding tussen nieuwsbron, -producent en -consument minder scherp is afgebakend dan in de tijd voor het internet. Sociale media vormen kanalen waarmee niet alleen journalisten van traditionele media, maar ook niet-journalisten via sociale media een groot publiek kunnen bereiken. Daardoor is de rol van de journalist veranderd. Journalisten hebben geen monopolie meer op gatekeeping van informatie. Zij onderscheiden zich nu niet meer van niet-journalisten door poortwachters te zijn, maar door een zo waarheidsgetrouw, objectief en volledig mogelijk nieuwsverhaal te produceren. Om dat te kunnen doen, moeten zij de informatie waaruit het nieuwsverhaal bestaat zo goed mogelijk verifiëren. Dat proces is niet vastomlijnd, maar heeft als doel het verspreiden van onjuiste informatie te voorkomen. Daarnaast zijn sociale media een extra bron van potentieel nieuwswaardige informatie voor journalisten. User Generated Content (UGC), beeld- en geluidsopnames afkomstig van niet-journalisten op Sociale Media, helpen bij snelle verslaggeving, zowel in het verificatieproces als bij de productie van artikelen. Dit onderzoek bouwt voort op het onderzoek van Brandtzaeg et al. (2016). Zij onderzochten het gebruik van sociale media in verslaggeving door journalisten van verschillende West-Europese media. Journalisten in dat onderzoek hanteren verschillende criteria bij de selectie van informatie en verschillende methoden om die informatie te verifiëren. Dit onderzoek richt zich op de rol van Nederlandse journalisten die nieuws publiceren via een professionele mediaorganisatie. De onderzoeksvraag van dit paper luidt: Hoe selecteren, verifiëren, gebruiken en verantwoorden journalisten van landelijke nieuwsmedia in Nederland User Generated Content? Voor het selecteren van sociale media is Twitter, door de toegankelijkheid en handzaamheid, bijna zonder uitzondering het standaard medium waar journalisten UGC zoeken voor in hun nieuwsartikelen. Dat is in overeenstemming met Brandtzaeg et al. (2016). Daarnaast is Google zo alomtegenwoordig in het verificatieproces van Nederlandse journalisten. Andere sociale media worden ook gebruikt, maar pas als tweede keus en/of als de journalist een specifieke reden ziet een bepaald medium te gebruiken. Daarnaast kwamen de gevarieerde kunde, en kennis van verificatiestrategieën en tools van de verschillende journalisten overeen met de bevindingen van Brandtzaeg et al. (2016). Ondanks de consensus onder alle geïnterviewde journalisten van verschillende media dat alleen geverifieerde UGC gepubliceerd kan worden, lijkt de tendens: hoe belangrijker een mediaorganisatie beeld acht, hoe sneller een journalist UGC publiceert.Show less