In de historiografie is er veel aandacht voor de nederlaag van de VOC in de Slag om Colachel. De VOC verloor hierin van het Indiase koninkrijk Travancore dat onder leiding stond van Marthanda Varma...Show moreIn de historiografie is er veel aandacht voor de nederlaag van de VOC in de Slag om Colachel. De VOC verloor hierin van het Indiase koninkrijk Travancore dat onder leiding stond van Marthanda Varma. Een bijzondere gebeurtenis, maar waar minder aandacht voor is, is de steun van de EIC aan Travancore. Dit speelde een grote rol, zowel voor als tijdens de Slag om Colachel.Show less
Bachelor thesis | Nederlandse taal en cultuur (BA)
closed access
De laatste tijd klinkt de roep om een meer politieke lezing van literatuur uit de patriottentijd. Leemans en Johannes stellen dat het moeilijk voorstelbaar is dat het sentimentalistische proza...Show moreDe laatste tijd klinkt de roep om een meer politieke lezing van literatuur uit de patriottentijd. Leemans en Johannes stellen dat het moeilijk voorstelbaar is dat het sentimentalistische proza amper maatschappelijke of politieke lading in zich draagt en ‘de politieke rafelranden van de Duitse Sturm en Drangliteratuur in Nederland netjes [zouden] zijn verwijderd’. Hoewel zij de donder noemen als mogelijke aanwijzing, werken zij hun twijfel echter nauwelijks verder uit. Ook Nieuwenhuis stelt dat door het indringende gebruik van taal voor politieke intenties, er eigenlijk geen ‘onbesmette’ teksten in deze jaren bestonden. Vaak was de politieke strekking onmiskenbaar, maar deze kon ook impliciet zijn. Voortbouwend op deze gedachtegang is in dit bachelorwerkstuk onderzocht of de sentimentalistische briefromans van Rhijnvis Feith politiek te lezen zijn als zij intertekstueel in verband gebracht met de politieke filosofie van Jean-Jacques Rousseau.Show less
Deze scriptie gaat over het leven van Europese soldaten in de zeventiende en achttiende eeuw. Er werd in deze scriptie voornamelijk gekeken naar de mentaliteit van soldaten en welke invloed...Show moreDeze scriptie gaat over het leven van Europese soldaten in de zeventiende en achttiende eeuw. Er werd in deze scriptie voornamelijk gekeken naar de mentaliteit van soldaten en welke invloed maatschappelijke ontwikkelen hierop hadden.Show less
In deze scriptie wordt het concept van de ‘dubbele moraal’ binnen de criminaliteitsgeschiedenis van vroegmodern Leiden onderworpen aan een kritische benadering op drie verschillende niveaus. Ten...Show moreIn deze scriptie wordt het concept van de ‘dubbele moraal’ binnen de criminaliteitsgeschiedenis van vroegmodern Leiden onderworpen aan een kritische benadering op drie verschillende niveaus. Ten eerste wordt er met een kritische blik gekeken naar de benadering van de dubbele moraal in het historisch onderzoek naar de vroegmoderne stad. Vervolgens worden de rechterlijke archieven van de stad Leiden als casus gebruikt om vast te stellen of er wettelijk gezien sprake was van een dubbele moraal in de achttiende-eeuwse criminele rechtspraak van de stad. Ten worden de verhoren (confessies) van veroordeelde overspelplegers geanalyseerd om een beeld te vormen over de praktijk van de dubbele moraal.Show less
In dit MA-eindwerkstuk wordt onderzocht met wat voor eigenschappen inheemse Noord-Amerikanen en hun cultuur worden gerepresenteerd in Nederlandse toneelstukken uit het laatste kwart van de...Show moreIn dit MA-eindwerkstuk wordt onderzocht met wat voor eigenschappen inheemse Noord-Amerikanen en hun cultuur worden gerepresenteerd in Nederlandse toneelstukken uit het laatste kwart van de achttiende eeuw. Ook wordt onderzocht met behulp van welke tekstuele mechanismen (othering strategies) deze representaties tot stand komen. Het blijkt dat inheemse Noord-Amerikanen over het geheel genomen met voornamelijk goede eigenschappen worden gerepresenteerd in het voor dit onderzoek samengestelde corpus. In sommige stukken is zelfs sprake van idealisatie van de inheemse Noord-Amerikaan. Eén toneelstuk vormt echter een uitzondering. Ook blijkt dat er sprake is van verschillende othering strategies om de inheemse Ander van de Europese/westerse Een te scheiden. Zo treft men regelmatig de vergelijking van de ene cultuur met de andere aan, evenals de ontkenning, het tegenspreken of aanvullen van de uitspraak van een ander personage, en het gebruik van een inheems woord.Show less
Het Nederlandse hofje van liefdadigheid komt voor in een variëteit aan verschijningsvormen. In dit onderzoek wordt toegespitst op de architectuur van drie hofjes daterend uit de zeventiende tot...Show moreHet Nederlandse hofje van liefdadigheid komt voor in een variëteit aan verschijningsvormen. In dit onderzoek wordt toegespitst op de architectuur van drie hofjes daterend uit de zeventiende tot begin achttiende eeuw. Dit zijn het Frans Loenenhofje in Haarlem, het Eva van Hoogeveenshofje in Leiden en het Van Brants Rus Hofje in Amsterdam. Bij elk hofje wordt afgevraagd in hoeverre de invloed van stichters en architecten heeft geleid tot een verscheidenheid in de architectuur van liefdadigheidshofjes in de zeventiende tot het begin van de achttiende eeuw.Show less
Bachelor thesis | Nederlandse taal en cultuur (BA)
closed access
Deze scriptie gaat over nominale (Lieve man, Waarde moeder etc.) en pronominale (Gij, UE etc.) aanspreekvormen in zeventiende- en achttiende-eeuwse persoonlijke brieven. De vraag of en hoe de...Show moreDeze scriptie gaat over nominale (Lieve man, Waarde moeder etc.) en pronominale (Gij, UE etc.) aanspreekvormen in zeventiende- en achttiende-eeuwse persoonlijke brieven. De vraag of en hoe de relatie tussen zender en ontvanger het gebruik van aanspreekvormen beïnvloedt, staat centraal. Aan de hand van informatie over aanspreekvormen in 55 persoonlijke brieven uit de zeventiende en de achttiende eeuw en de beleefdheidstheorie van Brown en Levinson (1978), wordt deze vraag beantwoord. Het blijkt dat de relatie tussen zender en ontvanger het gebruik van aanspreekvormen inderdaad beïnvloedt.Show less
Deze scriptie analyseert de Nederlandse scheepvaart op Guinea gedurende de tweede helft van de achttiende eeuw. In 1734 had de WIC het handelsmonopolie op de Goud- en Slavenkust van Afrika verloren...Show moreDeze scriptie analyseert de Nederlandse scheepvaart op Guinea gedurende de tweede helft van de achttiende eeuw. In 1734 had de WIC het handelsmonopolie op de Goud- en Slavenkust van Afrika verloren, waarmee de retourvaart en slavenvaart werden opengesteld voor particuliere ondernemers. Na een rustige start kwam de particuliere handel tot bloei in de jaren ’50 en ’60. Ondanks de crisis in Suriname begin jaren ’70 nam de handel nauwelijks af. Het uitbreken van de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog gaf de handel vanuit Afrika via Sint-Eustatius een nieuwe impuls, omdat de opstandelingen via deze route werden bevoorraad met slaven, wapens en munitie. Deze bevoorrading door Nederlandse handelaren was echter voor Groot-Brittannië aanleiding om de Republiek ook de oorlog te verklaren, en de particuliere vaart op Afrika werd een zware slag toegebracht met blokkades en inbeslagnames van schepen. Deze slag zou men niet meer te boven komen. Na de wapenstilstand in 1783 werden de handelscijfers uit de jaren voorafgaand aan het conflict niet meer bereikt.Show less
Centraal in deze studie staat de vraag welk belang de visserij gedurende de achttiende eeuw voor het dorp Middelharnis had. Vissers vormden een substantieel deel van de Middelharnisse bevolking,...Show moreCentraal in deze studie staat de vraag welk belang de visserij gedurende de achttiende eeuw voor het dorp Middelharnis had. Vissers vormden een substantieel deel van de Middelharnisse bevolking, bovendien huisde het dorp ook nog een heel aantal ventjagers, handelaren die de vis overkochten van de vissers en deze met name naar Brabantse steden als Antwerpen en Breda vervoerden. Dit gold dan vooral voor de kabeljauw die de Middelharnisse vissers in de wintermaanden vingen, in de zomermaanden viste men op tarbot, welke door de vissers in Engeland verkocht werd. De Middelharnisse vissers waren beoefenaars van de beugvisserij en gebruikten hierbij als aas prikken, die in het ‘prikgat’ in het dorp gekweekt werden. Het dorp had ook een eigen visafslag die een belangrijke positie innam omdat alle vishandel binnen het Gat van Goeree via deze afslag diende te verlopen. De conclusie van deze studie is dat het belang van de visserij voor het dorp zeer groot was. Zo wordt met grote en kostbare werkzaamheden de haven van Middelharnis bevaarbaar gehouden, en doet het dorpsbestuur van Middelharnis grote inspanningen om bedreigingen van de vishandel op de Zuidelijke Nederlanden en Engeland het hoofd te bieden. Binnen het dorpsbestuur speelt de familie Kolff een speciale rol. Enerzijds heeft de familie zelf belangen in de visserij en anderzijds heeft men invloedrijke kennissen die worden ingeschakeld om de belangen van de Middelharnisse visserij te beschermen. This study aims to answer the question which importance the fisheries held to the town of Middelharnis during the eighteenth century. A substantial part of the population of the town were fishermen. Besides them the town housed a number of so called ‘ventjagers’, traders who bought fish from the fishermen and transported it to cities in Brabant, like Antwerp and Breda. This was especially the case with cod, which the fishermen caught during the winter. In summer they fished for turbot, which the fishermen themselves sold in England. The fishermen of Middelharnis were practitioners of longlinefishing, they used lampreys for bait. The lampreys were grown in a breeding pond in the town. The town also had its own fish auction, which had an important position because all fish trade within the Goeree Gat was supposed to run through this auction. The conclusion of this study is that the fisheries were of big importance to the town. Large and valuable works were undertaken to keep the harbor of the town sailable. The town’s governance also took great efforts to encounter the threats to the fish trade on the Southern Netherlands and England. Within the town’s governance the Kolff family played a special role. On the one hand the family itself had interests in the fisheries, on the other hand they had influential acquaintances who they used to protect the interests of the fisheries of Middelharnis.Show less