In deze scriptie wordt de volgende hoofdvraag beantwoord: Hoe ervaren jonge journalisten op regionale dagbladredacties een innovatieve leercultuur (ILC)? De aanleiding voor dit onderzoek ligt in de...Show moreIn deze scriptie wordt de volgende hoofdvraag beantwoord: Hoe ervaren jonge journalisten op regionale dagbladredacties een innovatieve leercultuur (ILC)? De aanleiding voor dit onderzoek ligt in de essentiële rol van de sociale redactiecultuur bij het stimuleren van innovatie en het bevorderen van een positieve leeromgeving. Normaliter lag de focus bij eerdere onderzoeken op technologische aspecten van innovatie. De verslechterde sfeer op de redactie van het Brabants Dagblad in februari 2024 toonde wel degelijk aan dat een goede en open redactiecultuur van cruciaal belang is. Hier ontstond onder leiding van hoofdredacteur Carin Smolders een onrustige werksfeer. Smolders zou op een vernederende manier leidinggeven en niet openstaan voor de meningen van anderen. Een dergelijke open en stimulerende werkcultuur is door Porcu en medeonderzoekers omschreven als een innovatieve leercultuur. Hoewel dit concept al is onderzocht bij landelijke dagbladen, ontbrak er nog onderzoek naar ILC-ervaringen binnen de regiojournalistiek. Daarom vult dit onderzoek de lacune in de wetenschap op door ILC-ervaringen van regiojournalisten te onderzoeken. Dit is belangrijk omdat de onafhankelijke berichtgeving van regionale dagbladen de basis vormt voor de landelijke dagbladen. In de provincies Flevoland, Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht staat de bestaanszekerheid van de regionale dagbladen door vele uitdagingen en financiële middelen in het geding. Om deze reden zijn de regionale redacties binnen deze provincies onderzocht. Dit onderzoek maakt deel uit van een groter onderzoek naar de ervaringen van jonge regiojournalisten op regionale dagbladredacties in heel Nederland. Deze studie omvat twaalf semigestructureerde interviews met jonge regiojournalisten tot en met 40 jaar, waaronder vier freelancers. De respondenten vervullen diverse journalistieke beroepen zoals (online) redacteur, presentator, (misdaad)verslaggever, vervangende chef en fotograaf. De interviews belichten de ILC-ervaringen aan de hand van de ILC-kenmerken: leren van elkaar, onderzoek, experimenteel, autonoom, radicaal en flexibel. Daarnaast wordt het concept self-efficacy (zelfeffectiviteit) toegevoegd als een mogelijk achtste kenmerk van ILC. De ervaringen van freelancers worden eveneens onderzocht, aangezien ILC nog niet eerder in deze groep is bestudeerd. De resultaten tonen over het algemeen een positieve waardering voor de innovatieve leercultuur. Dit betekent dat er voldoende ruimte beschikbaar is voor het ontwikkelen en ontplooien van nieuwe ideeën. Hoewel er bij zes van de zeven kenmerken enkele belemmeringen werden gevonden, wegen deze niet op tegen de positieve ervaringen. Ook blijkt dat zelfeffectiviteit aansluit bij een innovatieve leercultuur, doordat de solidaire sfeer op de redactie bijdraagt aan de mate van zelfeffectiviteit. Bovendien is ILC over het algemeen door beide groepen (freelancers en vast personeel) op vrijwel dezelfde wijze ervaren. Toch zijn er enkele verschillen te onderscheiden. Deze verschillen hebben voornamelijk betrekking op de rol van freelancers binnen het team en hun grote verantwoordelijkheidsgevoel. De onderzoeksbevindingen dragen bij aan het begrip van hoe jonge journalisten een innovatieve leercultuur ervaren en hoe de sociale dynamiek op redacties hieraan bijdraagt. Deze inzichten kunnen helpen bij het bevorderen en verbeteren van leer- en innovatieprocessen in regionale nieuwsorganisaties. Deze processen kunnen uiteindelijk leiden tot het verbeteren van de sociale redactieomgeving en berichtgeving in regionale dagbladen. In vervolgonderzoek kan dit onderzoek worden aangevuld met ILC-ervaringen uit regionale omroepen, wat resulteert in een alomvattend beeld van ILC binnen de gehele Nederlandse regiojournalistiek.Show less
In this experimental research is examined whether there is a relationship between the quality of the working memory and the degree of creativity of gifted students with their educational needs. For...Show moreIn this experimental research is examined whether there is a relationship between the quality of the working memory and the degree of creativity of gifted students with their educational needs. For this research are used the Guilford’s Alternative Uses Test (GAUT), the Sentence Span Measure (SSM) and an interview for 56 pupils from nine different elementary schools in the Netherlands. The pupils were in grade 6, 7 and 8 and the average age was 10.3 years. Through correlational analysis, cluster analysis and variance analysis is determined that there are, accept of one small relationship between the SSM and fluency on the GAUT, no significant relationships between the quality of the working memory and the degree of creativity of gifted students with their educational needs. The answers of the pupils at the interview are qualitatively analysed; in the conclusion some practical recommendations for education are done as a result of this analysis.Show less
