Research has established the calming effect on maternal scent on newborn infants; however, little research has been done to investigate these olfactory responses outside this sensitive period...Show moreResearch has established the calming effect on maternal scent on newborn infants; however, little research has been done to investigate these olfactory responses outside this sensitive period following birth. Additionally, no research has investigated how scent impacts the cry and sleep behavior within the day care setting, an environment of increasing relevance for child development. In this vein, this study examined the effects of maternal scent on the cry and sleep behavior of infants within the Dutch and Chilean day care settings. During the morning nap time, the cry and sleep behavior of 26 infants between the ages 4-9 month was observed via video recording under three different conditions: Own mother scent, Other mother scent, and Neutral scent. Results indicate that infants exposed to Other mother scent cry less than those exposed to both own mother and neutral scent. Additionally, no effects were found for the amount of hours that the infants spent in day care per week. However, an exploratory analysis between the Dutch and Chilean infants revealed differences in cry behavior. Namely, Chilean infants cried less in both own mother and other mother conditions than the Dutch infants. These findings provide preliminary evidence for the continued calming effect of maternal odor, but suggest that as infants develop, they are no longer calmed by the scent of their own mother. Further investigation of such effects could prove fruitful in the development of effective sleep aids within the day care setting.Show less
In deze scriptie wordt onderzocht of de kwaliteit van de thuisomgeving en de kwaliteit op het kinderdagverblijf onafhankelijke voorspellers zijn voor de ontwikkeling van externaliserend...Show moreIn deze scriptie wordt onderzocht of de kwaliteit van de thuisomgeving en de kwaliteit op het kinderdagverblijf onafhankelijke voorspellers zijn voor de ontwikkeling van externaliserend probleemgedrag van kinderen. Ook worden de omgevingen gezamenlijk onderzocht. Verwacht wordt dat kinderen met een lage globale kwaliteit in de thuisomgeving én een lage globale kwaliteit op het kinderdagverblijf (dubbel risico) meer externaliserend probleemgedrag laten zien dan kinderen die in één van de omgevingen een hoge globale kwaliteit hebben (compensatie) en kinderen die in beide omgevingen een hoge globale kwaliteit hebben (dubbel protectie). Kinderen met een leeftijd tussen de 15 en 47 maanden (M= 33.75, SD= 8.38; Jongens: N= 26, Meisjes: N= 17) werden geïncludeerd. Geen van de variabelen in de thuisomgeving blijkt gerelateerd te zijn aan externaliserend probleemgedrag. Op het kinderdagverblijf is alleen globale kwaliteit gerelateerd aan minder externaliserend probleemgedrag bij kinderen. Deze associatie wordt alleen gevonden bij meisjes. De kwaliteit van de thuisomgeving en de kwaliteit van het kinderdagverblijf zijn geen onafhankelijke voorspellers voor externaliserend probleemgedrag. Factoren in de thuisomgeving en het kinderdagverblijf zijn ook gezamenlijk niet geassocieerd met externaliserend probleemgedrag. Er is wel een trend te zien in de verwachte richting bij de steekproef als een geheel en voor meisjes apart. Onderzoek bij een grotere steekproef zal moeten laten zien in hoeverre deze resultaten stand houden.Show less