This thesis describes an experimental study with a between-subjects and within-subjects design on the possibility to train inferential skills by using expository video. Over the past years the...Show moreThis thesis describes an experimental study with a between-subjects and within-subjects design on the possibility to train inferential skills by using expository video. Over the past years the level of reading comprehension among Dutch students decreases. A low motivation may perhaps explain this downward trend. One way to increase the motivation of Dutch students could be by using digital resources. Inferential skills are crucial during reading to create a mental representation of the text. This is an important part of reading comprehension. This research focusses on the progression in inferential skills of students, when these skills are taught using expository video. The progression made is compared to the progression in inferential skills of students who were taught inferential skills using expository text, and students in the control condition. Furthermore, the relation between this progression and the level of reading fluency was studied. Participants were 105 Dutch student (age 8 to 11 years) in grade six from four different primary schools. They were randomly assigned to one of the conditions, namely video condition, text condition and control condition, where they received either eight trainings with expository video or text, or no training at all. The inferential skills of all participants were tested using a pretest and a posttest, before and after the training was given. Results show that the training, either with expository video or text, is not effective in teaching inferential skills to Dutch students in grade six. In addition was the level of reading fluency not related to the effectivity of the training with expository video or text.Show less
De afgelopen jaren is de leesvaardigheid van 15-jarige middelbare scholieren in Nederland gedaald. Leesvaardigheid wordt al meer dan twintig jaar onderzocht in relatie tot de intrinsieke...Show moreDe afgelopen jaren is de leesvaardigheid van 15-jarige middelbare scholieren in Nederland gedaald. Leesvaardigheid wordt al meer dan twintig jaar onderzocht in relatie tot de intrinsieke leesmotivatie van kinderen, waarbij een bidirectionele en correlationele relatie consistent is aangetoond. De intrinsieke leesmotivatie daalt echter als kinderen ongeveer in groep 6 van de basisschool zitten. Het is daarom van belang om meer over correlaten van intrinsieke leesmotivatie te weten te komen, zodat verder kan worden onderzocht hoe intrinsieke leesmotivatie in deze groepen verhoogd kan worden. In het huidige onderzoek worden boekgenre en structuur in de thuisomgeving onderzocht als mogelijke correlaten van intrinsieke leesmotivatie. De steekproef bestond uit 116 kinderen uit groep 6, 7 of 8, die een vragenlijst invulden van ongeveer tien minuten. Uit de resultaten bleek dat meisjes meer intrinsiek gemotiveerd waren om te lezen dan jongens, mits binnen de ANOVA was gecorrigeerd voor de variabele boekgenre. Daarnaast bleek dat kinderen met een voorkeur voor non-fictieboeken meer intrinsiek gemotiveerd waren om te lezen dan kinderen met een voorkeur voor fictieboeken. Er was geen hoofdeffect van leeftijd of structuur in de thuisomgeving op intrinsieke leesmotivatie, en er waren geen interactie-effecten of driewegeffecten gevonden. In toekomstig onderzoek moet rekening worden gehouden met de complexiteit van de relaties tussen gender, boekgenre en intrinsieke leesmotivatie. Daarnaast kunnen de resultaten met betrekking tot boekgenre worden ingezet om bijvoorbeeld voorleesinterventies verder te verbeteren.Show less