Volgens de Routine Activiteiten Theorie (RAT) van Cohen en Felson fungeert de omstander als een cruciale actor in de misdaadpreventie door de interactie tussen een gemotiveerde dader en een...Show moreVolgens de Routine Activiteiten Theorie (RAT) van Cohen en Felson fungeert de omstander als een cruciale actor in de misdaadpreventie door de interactie tussen een gemotiveerde dader en een geschikt doelwit te verstoren. De achterliggende gedachte hierbij is dat een dader wordt ontmoedigd door de aanwezigheid en het daaropvolgende gedrag van omstanders. Terwijl het onderzoek naar guardianship groeit, blijft er een relatieve schaarste aan experimenteel werk in dit domein. Deze studie presenteert een methode om het effect van omstanders op het gedrag van gemotiveerde daders te testen. Deelnemers kregen de opdracht om een fietskrat te stelen, waarbij de aanwezigheid en intensiteit van omstanders varieerde. Allereerst werd er verwacht dat de aanwezigheid van omstanders ervoor zou zorgen dat de participant langer over de diefstal zou doen. Verder hadden we verwacht dat wanneer de intensiteit van guardianship toenam, dat de tijd van de diefstal ook zou toenemen. De resultaten van het experiment toonden aan dat verschillende intensiteiten van guardianship het gedrag van de participanten beïnvloedden; wanneer er omstanders aanwezig waren, deden de participanten zoals verwacht langer over de diefstal in vergelijking met wanneer er geen omstanders aanwezig waren. Verder bleek in tegenstelling tot onze verwachting dat de aanwezigheid van actieve omstanders in vergelijking met passieve omstanders er juist voor zorgde dat de participanten sneller in de diefstal waren. Tot slot hadden we verwacht dat daders meer angst zouden ervaren wanneer er omstanders aanwezig zijn. Er werden echter geen significante resultaten gevonden voor het niveau van angst. Onze bevindingen sluiten aan bij de oorspronkelijke opvatting van omstanders door Cohen en Felson, omdat de routineactiviteit van de participanten verschilden in de verschillende condities. Aan het eind zullen we de implicaties van dit onderzoek bespreken.Show less