Het doel van dit onderzoek is om te onderzoeken wat het effect is van het vragen naar het detecteren van inconsistenties tijdens het lezen op het verschil in de leestijden van inconsistente en...Show moreHet doel van dit onderzoek is om te onderzoeken wat het effect is van het vragen naar het detecteren van inconsistenties tijdens het lezen op het verschil in de leestijden van inconsistente en consistente zinnen ten opzichte van het niet vragen hiernaar. Dit verschil in leestijd wordt ook wel het inconsistentie effect genoemd en reflecteert dat de lezer zijn of haar begrip monitort tijdens het lezen. Begrip monitoren is een cognitief proces en houdt in dat de lezers zijn of haar begrip van de tekst evalueert. Daarnaast is de invloed van een toenemend aantal fillerzinnen en de relatie tussen CITO begrijpend leesniveau en inconsistentie effect onderzocht. Dit is gedaan aan de hand van twee inconsistentietaken: de impliciete inconsistentietaak zonder consistentievraag en de expliciete inconsistentietaak met consistentievraag. In totaal hebben 67 kinderen van tussen de 9 en 12 jaar uit Zuid Holland meegedaan aan dit onderzoek. Een tweeweg repeated measurement ANOVA toont aan dat er een positief effect is op het inconsistentie effect naarmate de fillerzinnen toenemen in de expliciete inconsistentietaak. Het vragen naar inconsistentie detecteren zorgt dus dat de lezer zijn begrip effectief blijft monitoren naarmate het aantal fillerzinnen toeneemt. Er is geen correlatie gevonden tussen CITO scores begrijpend lezen en het inconsistentie effect. De resultaten van dit onderzoeken wijzen er op dat vragen tijdens het lezen invloed hebben op de cognitieve processen van de lezer. Er wordt een implicatie voor de onderwijspraktijk gemaakt om vragen op het lees- en leerdoel van de tekst af te stellen.Show less
In deze studie is het monitoren van begrip bij leerlingen in groep 7 onderzocht en vergeleken met de gegevens van adolescenten. Tevens is het monitoren van begrip van 20 sterke en 9 zwakke...Show moreIn deze studie is het monitoren van begrip bij leerlingen in groep 7 onderzocht en vergeleken met de gegevens van adolescenten. Tevens is het monitoren van begrip van 20 sterke en 9 zwakke begrijpend lezers uit groep 7 met elkaar vergeleken. Er hebben 29 participanten uit groep 7 en 29 adolescenten aan dit onderzoek deelgenomen. Met behulp van een inconsistentietaak werd getest of participanten het begrip van een tekst monitoren. Hierbij werd within subjects gekeken naar verschillen in leestijd tussen consistente en inconsistente zinnen, het zogenoemde inconsistentie effect. Om te kijken of deze verschillen bij een toename van het aantal filler zinnen veranderen, is er ook gekeken naar het inconsistentie effect per drie, vier, vijf of zes filler zinnen. De data van leerlingen uit groep 7 werden between subjects vergeleken met de resultaten van de adolescenten. Ook de data van de sterke en zwakke lezers werden between subjects met elkaar vergeleken. De uitkomst van een RMANOVA analyse geeft aan dat leerlingen in groep 7 en adolescenten tijdens het lezen het begrip van de tekst monitoren. Bij een toename van het aantal filler zinnen in het verhaal neemt het verschil in leestijd tussen de consistente en inconsistente zin af bij beide leeftijdsgroepen. In de conditie van zes filler zinnen is er geen significant inconsistentie effect gevonden. Er zijn ook geen significante verschillen gevonden in het inconsistentie effect tussen sterke en zwakke lezers in groep 7 wat betreft de toename van het aantal filler zinnen.Show less
In deze studie onderzoeken wij begripsmonitoring bij goede en zwakke begrijpend lezers. Het doel van het onderzoek is om erachter te komen of goede en zwakke begrijpend lezers verschillen in hun...Show moreIn deze studie onderzoeken wij begripsmonitoring bij goede en zwakke begrijpend lezers. Het doel van het onderzoek is om erachter te komen of goede en zwakke begrijpend lezers verschillen in hun vaardigheid om inconsistenties te detecteren tijdens het lezen (online) en na het lezen (offline), ook wanneer het aantal fillerzinnen toeneemt. Met behulp van de inconsistentietaak hebben wij onderzocht of goede en zwakke begrijpend lezers, zowel tijdens als na het lezen monitoren of zij de gelezen verhaaltjes nog begrijpen. De steekproef bestaat uit 29 basisschoolleerlingen uit groep zeven, waarvan 20 goede en negen zwakke begrijpend lezers. Alle proefpersonen hebben 32 verhaaltjes gelezen, waarvan 16 consistente en 16 inconsistente informatie bevatten en het aantal fillerzinnen varieerde van drie, vier, vijf of zes fillerzinnen. Offline begripsmonitoring is getest door het beantwoorden van een consistentievraag na afloop van het verhaaltje. Online begripsmonitoring is getest tijdens het lezen door de leestijden van de targetzin te meten en te vergelijken tussen de consistente en inconsistente condities. Uit ons onderzoek blijkt dat goede en zwakke begrijpend lezers niet verschillen op de maat van offline en online begripsmonitoring. Dit betekent dat zowel tijdens als na het lezen, goede en zwakke begrijpend lezers niet verschillen in hun vaardigheid om inconsistenties op te merken.Show less