Met behulp van Nederlandse bronnen is het lokale perspectief de christelijke bevolking van Saparua op de Molukken onderzocht tussen 1700 en 1900. Het gebruik van de term agency heeft ervoor gezorgd...Show moreMet behulp van Nederlandse bronnen is het lokale perspectief de christelijke bevolking van Saparua op de Molukken onderzocht tussen 1700 en 1900. Het gebruik van de term agency heeft ervoor gezorgd dat de inmenging van Saparuanen omtrent hun bekering naar voren is gekomen. Het onderzoek over de voorgeschiedenis en de uitkomst van dit onderzoek hebben duidelijk gemaakt dat Saparuanen veel van hun voorchristelijke gebruiken behielden onder het juk van de Nederlandse predikanten en zendelingen. Dit getuigt van een grote invloed van de lokale bevolking die in het grotere debat pas in de laatste tientallen jaren aan het licht komt.Show less
Deze bachelor scriptie behandelt het onderwerp koloniale roofkunst uit voormalig Nederlands-Indië in het Museum Volkenkunde te Leiden. Onderzocht wordt hoe de huidige media aandacht voor dit...Show moreDeze bachelor scriptie behandelt het onderwerp koloniale roofkunst uit voormalig Nederlands-Indië in het Museum Volkenkunde te Leiden. Onderzocht wordt hoe de huidige media aandacht voor dit onderwerp invloed heeft op het tentoonstellen en informatie verschaffing van deze objecten. Ook wordt onderzocht hoe dit museum, en de Nederlandse Staat, tegenover restitutie van deze koloniale objecten staat.Show less
Wilhelm Ritter von Leeb (1876-1956) was een vooraanstaand Duits beroepsmilitair in het Duitse Keizerrijk, de Weimarrepubliek en Nazi-Duitsland. Aan het einde van een lange carrière werd hij in 1940...Show moreWilhelm Ritter von Leeb (1876-1956) was een vooraanstaand Duits beroepsmilitair in het Duitse Keizerrijk, de Weimarrepubliek en Nazi-Duitsland. Aan het einde van een lange carrière werd hij in 1940 door Hitler benoemd in de hoogste militaire rang, die van generaal veldmaarschalk. Aan het begin van zijn carrière nam hij deel aan het Oost-Aziatische Expeditiekorps dat in 1900 naar China werd gestuurd om daar de Bokseropstand neer te slaan. Tijdens die expeditie hield hij een dagboek bij en liet een fotoalbum na. Dit dagboek en fotoalbum staan centraal in deze scriptie. De scriptie richt zich op twee onderwerpen: ten eerste de motieven van von Leeb om deel te nemen aan het Oost-Aziatische Expeditiekorps en ten tweede zijn beeld van China en de Chinezen. De persoonlijke motieven en opvattingen van von Leeb worden afgezet tegen de geopolitieke achtergrond van het conflict, de heersende denkbeelden over China en de Chinezen in Duitsland rond 1900 en vergelijkbare egodocumenten van andere Duitse soldaten. Op die manier wordt duidelijk in hoeverre Wilhelm Ritter von Leeb past binnen de gangbare ideeën van zijn tijd.Show less
Hoe heeft het beeld van de bevolking van koloniale gebieden in Nederlandse politieke teksten en reisdagboeken zich ontwikkeld tussen 1800-1830 en hoe is dit beïnvloed door de Verlichting en contact...Show moreHoe heeft het beeld van de bevolking van koloniale gebieden in Nederlandse politieke teksten en reisdagboeken zich ontwikkeld tussen 1800-1830 en hoe is dit beïnvloed door de Verlichting en contact met de lokale bevolking?Show less
In dit onderzoek wordt de benadering van het oriëntalisme van Edward Said toegepast op de journalistieke verslaglegging van de Indonesische Tsunamiramp. Vanuit de theorie van critical discours...Show moreIn dit onderzoek wordt de benadering van het oriëntalisme van Edward Said toegepast op de journalistieke verslaglegging van de Indonesische Tsunamiramp. Vanuit de theorie van critical discours analysis tegen wordt het voorgezet koloniale denken en de ongelijkwaardige machtsverhoudingen onderzocht. De hoofdvraag is: Hoe zijn stereotypen en frames die het oriëntalisme vormgeven, verweven in journalistieke foto’s van de tsunamiramp in Indonesië 2004) in Nederlandse kranten?Show less
In deel vier van het Verdrag van Versailles uit 1919 werd het Duitsland verboden nog koloniën te hebben, en werd ze gedwongen de kolonien over te dragen aan de geallieerden. Dit Verdrag zorgde voor...Show moreIn deel vier van het Verdrag van Versailles uit 1919 werd het Duitsland verboden nog koloniën te hebben, en werd ze gedwongen de kolonien over te dragen aan de geallieerden. Dit Verdrag zorgde voor veel weerstand in Duitsland en was overal in Europa zeer omstreden.In Duitsland was een groot aantal verenigingen dat het belang van het koloniaal bezit behartigde. Hoe gingen zij om met het verliezen van de koloniën? Dit onderzoek gaat vooral over een van de grootste verenigingen: de Deutsche Kolonialgesellschaft. De Deutsche Kolonialgesellschaft (DKG) bestond om het belang van koloniën voor Duitsland te bepleiten, dus bestond zij door het bestaan van de koloniën. Nadat de koloniën werden opgeheven en het er niet naar uitzag dat Duitsland voorlopig kans had om nieuwe overzeese koloniën te verwerven, had zij dus twee opties: zichzelf opheffen of een nieuwe invulling en legitimatie aan haar bestaan geven. Aangezien de Kolonialgesellschaft nog bleef bestaan tot en met het bewind van de NSDAP, heeft zij dus voor de laatste optie gekozen. Het is dan de vraag waarom ze nog bleef bestaan. Wat kon zij nog als reden geven voor het aanwezigheid van een koloniale vereniging in een land dat het zelfs was verboden nog koloniën te hebben? Door het gebrek aan koloniën verviel ook een deel van de activiteiten van de DKG, maar niet alle. Het onderwerp van dit werkstuk is dan ook het verschil tussen de doelen en legitimatie van de DKG voor en na Versailles in 1919. We vragen ons af waarom de Deutsche Kolonialgesellschaft bleef bestaan nadat het Duitsland middels het Verdrag van Versailles verboden was koloniën te hebben. Hoe legitimeerde zij dit en hoe vulde zij het nieuwe bestaan in? Juist na Versailles voelde de DKG zich urgenter dan ooit, omdat zij moesten bewijzen dat Duitsland koloniën juist wel verdiende. Zij richtte zich hiermee echter meer en meer op de elite en de politiek. Uiteindelijk waren zij zo een handig middel voor Hitler en de NSDAP om deze bovenlaag te bereiken.Show less
Vandaag de dag wordt het als logisch geaccepteerd dat koloniën zoals Indonesië in de twintigste eeuw recht hadden op onafhankelijkheid. In de eerste helft van de twintigste eeuw was dit lang niet...Show moreVandaag de dag wordt het als logisch geaccepteerd dat koloniën zoals Indonesië in de twintigste eeuw recht hadden op onafhankelijkheid. In de eerste helft van de twintigste eeuw was dit lang niet altijd het geval. Om te onderzoeken wat de heersende mening van politieke stromingen in Nederland en onder Nederlanders in de kolonie was van het idee van een onafhankelijk Indonesië is in deze scriptie gekeken naar toonaangevende kranten uit de laat-koloniale periode. Hiervoor zijn vier kranten gebruikt uit zowel Nederland als Nederlands-Indië, zowel liberaal als socialistisch georiënteerd. Het onderzoek is opgedeeld in drie perioden: van de afkondiging van het Ethisch Beleid in 1901 tot de communistische opstand in 1926/27, van 1927 tot de bezetting door Japan in 1942, en van de proclamatie van de Indonesische onafhankelijkheid in 1945 tot de erkenning hiervan door Nederland in 1949. Dankzij de online collectie van ingescande kranten van de Koninklijke Bibliotheek, Delpher, kon worden nagegaan hoe vaak bepaalde sleutelbegrippen in de kranten voorkwamen. Uit het onderzoek blijkt dat verschillen in mening in de kranten van verschillende politieke stromingen in de genoemde perioden er wel waren, maar er ook een consistente overeenkomst was. Er wordt eigenlijk in elke onderzochte krant in elke periode negatief aangekeken tegen het idee van een onafhankelijk Indonesië, alleen de mate waarin verschilt.Show less
De soevereiniteit over de Falklandeilanden wordt geclaimd door zowel de Britten als de Argentijnen. Beiden baseren hun aanspraak op verschillende rechten. De morele rechtvaardiging van dergelijke...Show moreDe soevereiniteit over de Falklandeilanden wordt geclaimd door zowel de Britten als de Argentijnen. Beiden baseren hun aanspraak op verschillende rechten. De morele rechtvaardiging van dergelijke claims dient afgewogen te worden om uit te maken wie recht heeft op de eilandengroep. De Britten baseren dit op eigendom en het recht van volkeren om uit te maken door wie zij bestuurd willen worden. De Argentijnen baseren het op koloniale rechten, die men claimt geërfd te hebben.Show less