Deze scriptie behandelt een aantal vraagstukken rondom de tonpot, een type aardewerken pot uit de Merovingische periode die hoofdzakelijk wordt aangetroffen in nederzettingen langs de Rijn. Het...Show moreDeze scriptie behandelt een aantal vraagstukken rondom de tonpot, een type aardewerken pot uit de Merovingische periode die hoofdzakelijk wordt aangetroffen in nederzettingen langs de Rijn. Het gebrek aan een synthetiserend onderzoek naar dit type pot vormt een lacune in de kennis over de vroege middeleeuwen. Dit onderzoek probeert deze lacune op te vullen en voorziet in een basis waardoor toekomstige publicaties uitgebreider en systematischer informatie kunnen verschaffen. De resultaten die het onderzoek heeft voortgebracht zijn verkregen door een combinatie van diepgaande literatuurstudie en de uitwerking van vondstmateriaal gevonden te Oegstgeest, een Merovingische nederzetting aan de Oude Rijn. Hierdoor zijn de mogelijkheden en beperkingen van het materiaal duidelijk geworden waardoor een gerichtere strategie kon worden gevormd. Historische gegevens uit de Merovingische tijd tonen periodes van stabiliteit aan, die voorzien in een basis voor interregionale uitwisseling waardoor het mogelijk werd dat tonpotten in West-Nederland kwamen. Het aanzien van deze potten uit het zuidelijke Rijnland was laag en gebruik was vooral beperkt tot het huishouden, met name voor bewaren en bereiden van voedsel. Dat de pot hier uitermate geschikt voor was blijkt uit de geringe ontwikkeling die het in 300 jaar heeft doorgemaakt. Aangenomen werd dat gebrek aan ontwikkeling en willekeurige variatie geen houvast bood voor gedetailleerde datering. Dit onderzoek heeft aangetoond dat er zich wel degelijk een dateerbare vormontwikkeling voordoet. Het gebruik en de aanvulling van de hier gepresenteerde typo-chronologie, tezamen met de overige contextuele informatie, kan meer inzicht geven in het leven in de vroege middeleeuwen.Show less