Een kind opvoeden met gedragsproblemen kan voor ouders een hele opgave zijn. Er zijn verschillende type gedragsproblemen zoals onder andere autisme kenmerken, internaliserend en externaliserend...Show moreEen kind opvoeden met gedragsproblemen kan voor ouders een hele opgave zijn. Er zijn verschillende type gedragsproblemen zoals onder andere autisme kenmerken, internaliserend en externaliserend probleemgedrag. Volgens ‘the proposed model’ van Abidin kan het beeld dat ouders van zichzelf hebben als opvoeder beïnvloed worden door verschillende factoren waaronder kindfactoren zoals gedragsproblemen. Als de ouder een negatief beeld van zichzelf vormt naar aanleiding van die verschillende factoren zorgt dit voor stress. Om hier meer inzicht in te krijgen is er met dit onderzoek gekeken naar het verband tussen probleemgedrag bij een kind en ouderlijke stress. In dit onderzoek is gekeken naar de invloed van gedragsproblemen bij kinderen op ouderlijke stress en welk type probleemgedrag de meest voorspellende waarde heeft voor ouderlijke stress. Er is onderscheid gemaakt tussen autisme kenmerken, internaliserend probleemgedrag en externaliserend probleemgedrag. De steekproef van dit onderzoek bestond uit 47 kinderen tussen de 3,5 en 7 jaar oud. De ouders van deze kinderen hebben vragenlijsten ingevuld over de stress die zij ervaren in de opvoeding en over het (probleem)gedrag van hun kind. De verwachtingen waren dat externaliserende gedragsproblemen de grootste invloed zouden hebben op ouderlijke stress. Het onderzoek toont aan dat er een sterk verband is tussen gedragsproblemen bij kinderen en ouderlijke stress. Voornamelijk autisme kenmerken en externaliserend gedrag hebben een voorspellende waarde voor probleemgedrag en dan met name agressief gedrag.Show less
Eerder onderzoek heeft uitgewezen dat ouderlijke stress een negatief effect heeft op het ontwikkelen van probleemgedrag bij kinderen. Er is echter nog niet veel bekend over de mediërende werking...Show moreEerder onderzoek heeft uitgewezen dat ouderlijke stress een negatief effect heeft op het ontwikkelen van probleemgedrag bij kinderen. Er is echter nog niet veel bekend over de mediërende werking van fysieke straffen en ouderlijke responsiviteit hierbij. Zodoende wordt in het huidig onderzoek het effect van ouderlijke stress gemedieerd door fysieke straffen en ouderlijke responsiviteit op de ontwikkeling van probleemgedrag bestudeerd. Hiervoor zijn 107 gezinnen onderzocht met kinderen in de leeftijdscategorie van zes tot tien (M = 8.03) waarbij de Home Observation Measurement of the Environment, Child Behavior Checklist, en Alabama Parenting Questionnaire zijn afgenomen. Uit de regressieanalyse is gebleken dat er geen significant verband aanwezig was tussen ouderlijke responsiviteit en probleemgedrag. Er was wel een significant verband aanwezig tussen de variabelen fysieke straffen en probleemgedrag. Uit de mediatieanalyse is gebleken dat fysieke straffen en ouderlijke responsiviteit geen mediatie uitoefenen op het effect van ouderlijke stress op probleemgedrag. Desondanks is gebleken dat ouderlijke stress een significant effect heeft op probleemgedrag bij kinderen. De resultaten van het onderzoek tonen aan dat er bij interventies voor kinderen met probleemgedrag vooral aandacht moet worden besteed aan ouderlijke stress en minder aan fysieke straffen en responsiviteit.Show less
Achtergrond: Stress heeft veel gevolgen voor de ontwikkeling van het jonge kind. De emotie- en stressregulatie ontwikkelt zich onder invloed van de relatie tussen ouder en kind. Mogelijk is er...Show moreAchtergrond: Stress heeft veel gevolgen voor de ontwikkeling van het jonge kind. De emotie- en stressregulatie ontwikkelt zich onder invloed van de relatie tussen ouder en kind. Mogelijk is er samenhang tussen de variabelen ‘stress van de ouder’, ‘emotieregulatie van het kind’ en ‘stress van het kind’. Gesuggereerd wordt dat kinderen met autismespectrumstoornis (ASS) en hun ouders meer stress ervaren dan kinderen zonder ASS en hun ouders. Gezien het gebrek aan onderzoek naar stress bij jonge kinderen met en zonder ASS en gezien de ernstige gevolgen van stress is het van belang meer inzicht te krijgen in de samenhang tussen eerder genoemde variabelen. Doel: het beantwoorden van de onderzoeksvraag ‘in hoeverre zijn de factoren emotieregulatie van het kind en stress bij de ouder gerelateerd aan stress bij het kind?’ en daarmee bij te dragen aan de kennis over stress bij jonge kinderen met en zonder ASS. Methode: Dit onderzoek is uitgevoerd bij 47 kinderen tussen de 3 en 7 jaar (M=4.6) en hun moeders. Er waren 42 jongens en 5 meisjes. 12 kinderen hadden ASS. Ouders hebben de BRIEF-P, de SSS en de NOSI ingevuld. Resultaten: Er is samenhang tussen de variabelen ‘emotieregulatie van het kind’ en ‘stress bij het kind’ en tussen ‘stress bij de ouder’ en ‘stress bij het kind’. Stress van de ouder voorspelt de stress van het kind beter dan de emotieregulatie van het kind. Daarnaast blijkt dat kinderen met ASS en hun ouders gemiddeld significant meer stress ervaren dan kinderen zonder ASS en hun ouders. Conclusie: Hoe slechter de emotieregulatie van het kind en hoe meer stress van de ouder, hoe meer stress bij het kind. Omdat kinderen met ASS en hun ouders gemiddeld meer stress ervaren, zou deze samenhang voor hen van groter belang kunnen zijn. Er moet meer onderzoek gedaan worden om de onderliggende mechanismen van deze verbanden te vinden om vervolgens betere interventies te ontwikkelen.Show less
Deze studie onderzoekt externaliserend probleemgedrag bij kinderen van 8 tot 12 jaar en de effectiviteit van de interventie Minder Boos en Opstandig (MBO). Uit de MBO- interventie werd een...Show moreDeze studie onderzoekt externaliserend probleemgedrag bij kinderen van 8 tot 12 jaar en de effectiviteit van de interventie Minder Boos en Opstandig (MBO). Uit de MBO- interventie werd een steekproef getrokken van 41 kinderen die hebben deelgenomen aan de effectiviteitsstudie van de MBO- interventie. Op basis van een steekproef van 41 werden externaliserend problematiek en de risicofactoren impulsiviteit en sensatie zoeken en ouderlijke stress in kaart gebracht. Externaliserend probleemgedrag werd gemeten met de Child Behavior Checklist, risicofactor impulsiviteit/ sensatie zoeken werd gemeten met de Sensitivity to Punishment and Sensitivity to Reward Questionnaire for Children en de risicofactor ouderlijke stress werd gemeten met de Parental Stress Index. In dit onderzoek werd gekeken naar het voorspellend verband van impulsiviteit/ sensatie zoeken en ouderlijke stress op externaliserende problematiek en wat de effectiviteit van de MBO- interventie was. Verwacht werd dat de MBO- interventie ervoor zou zorgen dat externaliserende problematiek zou afnemen. Ook werd verwacht dat impulsiviteit en sensatie zoeken en ouderlijke stress een belangrijke rol spelen in het ontwikkelen en in stand houden van externaliserend probleemgedrag. Allereerst bleek na de MBO- interventie het probleemgedrag significant te zijn afgenomen. Impulsiviteit/ sensatie zoeken gaf geen significant resultaat, echter ouderlijke stress wel. De conclusie luidt dat de MBO- interventie effectief bleek, het externaliserend probleemgedrag nam af, waarbij impulsiviteit/ sensatie zoeken geen voorspeller bleek te zijn, maar ouderlijke stress wel.Show less
Eerder onderzoek heeft aangetoond dat verschillende (karakter)eigenschappen van ouders een belangrijke rol kunnen spelen bij de aanwezigheid van ouderlijke stress. Er is echter relatief weinig...Show moreEerder onderzoek heeft aangetoond dat verschillende (karakter)eigenschappen van ouders een belangrijke rol kunnen spelen bij de aanwezigheid van ouderlijke stress. Er is echter relatief weinig bekend over de relatie tussen kindfactoren en ouderlijke stress. Derhalve wordt in het huidig onderzoek de rol van gedragsproblemen van kinderen bestudeerd in het verband tussen het geslacht van kinderen en ouderlijke stress. Bij 99 gezinnen met kinderen in de middle childhood (M = 8.04) werden huisbezoeken afgelegd, waarbij de aanwezigheid van externaliserende en internaliserende gedragsproblemen, evenals de mate van ouderlijke stress werden gemeten. De mediatieanalyse wees uit dat gedragsproblemen geen mediërende rol spelen in het verband tussen het geslacht van kinderen en ouderlijke stress. Desalniettemin bleken zowel externaliserende als internaliserende gedragsproblemen positief samen te hangen met ouderlijke stress. Deze bevindingen tonen aan dat er bij de ontwikkeling van interventies gericht op gedragsproblemen van kinderen, eveneens rekening gehouden dient te worden met kenmerken van ouders, zoals ouderlijke stress.Show less
In dit onderzoek wordt onderzocht of ouderlijke stress, de leermaterialen en –mogelijkheden van kinderen en/of de aangeboden verrijking aan kinderen de mogelijk negatieve relatie tussen sociaal...Show moreIn dit onderzoek wordt onderzocht of ouderlijke stress, de leermaterialen en –mogelijkheden van kinderen en/of de aangeboden verrijking aan kinderen de mogelijk negatieve relatie tussen sociaal economische status (SES) van ouders en de gedragsproblemen van kinderen in de leeftijd van zes tot tien jaar in Nederland medieert. Er zijn bij 107 gezinnen huisbezoeken afgenomen. Om de data te verzamelen is er gebruik gemaakt van de FAS, de HOME-MC, de NOSI-K en de CBCL. Uit de resultaten is gebleken dat er in Nederland voorlopig geen relatie lijkt te bestaan tussen de SES van ouders en de gedragsproblemen van kinderen tussen de zes en tien jaar en dat de variabelen ouderlijke stress, leermaterialen en –mogelijkheden en verrijking geen mediatoren zijn. Echter, er is wel een relatie gevonden tussen de variabelen ouderlijke stress en gedragsproblemen van kinderen onafhankelijk van de variabele SES. Dit zou implicaties kunnen bieden voor interventies die zich richten op gedragsproblemen en dit gegeven zou een rol kunnen spelen bij het screenen van gezinnen.Show less
Literatuur met betrekking tot ouderlijke stress, kwaliteit van het ouderschap en probleemgedrag impliceert dat kwaliteit van het ouderschap een mediërende rol speelt in het verband tussen...Show moreLiteratuur met betrekking tot ouderlijke stress, kwaliteit van het ouderschap en probleemgedrag impliceert dat kwaliteit van het ouderschap een mediërende rol speelt in het verband tussen ouderlijke stress en probleemgedrag. Desondanks hebben weinig onderzoekers dit model nader onderzocht. Huidig onderzoek is opgezet met als doel de onderlinge relatie tussen ouderlijke stress, kwaliteit van het ouderschap en internaliserend en externaliserend probleemgedrag in kaart te brengen. Aan het onderzoek hebben 104 ouders met hun kind in de leeftijd van 5 tot en met 11 jaar deelgenomen. Ouders werden verzocht een drietal vragenlijsten in te vullen, te weten de Nijmeegse Ouderlijke Stress Index verkort (NOSI-K), de Alabama Parenting Questionnaire (APQ) en de Child Behavior Checklist (CBCL). De resultaten toonden aan dat er sprake was van een sterk positief verband tussen ouderlijke stress en internaliserend alsmede externaliserend probleemgedrag. Echter, kwaliteit van het ouderschap medieerde niet in dit verband. De resultaten duiden het belang aan om het verband tussen ouderlijke stress en de kwaliteit van het ouderschap in relatie tot het probleemgedrag voort te zetten om als zodanig het begrip te vergroten en daarmee interventies ter voorkoming hetzij vermindering van probleemgedrag te ontwikkelen alsook te optimaliseren.Show less
In dit onderzoek wordt onderzocht of er een verband bestaat tussen emotioneel klimaat en gedragsproblemen bij kinderen. Tevens wordt er onderzocht of ouderlijke stress een mediërende rol speel in...Show moreIn dit onderzoek wordt onderzocht of er een verband bestaat tussen emotioneel klimaat en gedragsproblemen bij kinderen. Tevens wordt er onderzocht of ouderlijke stress een mediërende rol speel in het verband tussen emotioneel klimaat en gedragsproblemen. Er is bij 107 gezinnen een huisbezoeken afgenomen. De data is verzameld aan de hand van de MC-HOME, de CBCL en de NOSI-K. Uit de resultaten is gebleken dat er geen significant verband blijkt te bestaan tussen het emotioneel klimaat en gedragsproblemen en dat ouderlijke stress geen mediërende rol speelt in het verband tussen emotioneel klimaat en gedragsproblemen. Er is echter wel een significante relatie gevonden tussen ouderlijke stress en gedragsproblemen van kinderen. Deze significante relatie bevestigt het belang van interventies die ouderlijke stress doen verminderen, zodat gedragsproblemen bij kinderen beperkt zullen blijven.Show less
Achtergrond: De neurogenetische aandoening, Angelman Syndroom, wordt gekenmerkt door vele beperkingen, zoals een vertraagde ontwikkeling en motoriek, typische gedragingen, slaapproblemen, epilepsie...Show moreAchtergrond: De neurogenetische aandoening, Angelman Syndroom, wordt gekenmerkt door vele beperkingen, zoals een vertraagde ontwikkeling en motoriek, typische gedragingen, slaapproblemen, epilepsie en een achterblijvende spraak. Dit onderzoek heeft als doel de relatie van kindfactoren (gedragsproblemen, prikkelverwerking, slaapproblemen, fijne/grove motoriek, cognitieve ontwikkeling, autisme, epilepsie, visusproblemen) met ouderlijke stress en kwaliteit van leven van ouders in beeld te brengen. Methoden: 27 patiënten met het Angelman Syndroom werden gezien door het Expertisecentrum ENCORE in het Erasmus MC te Rotterdam. Hier werden de BSID-III en ADOS afgenomen. Ouders werden bovendien verzocht vragenlijsten in te vullen (NOSIK, IQTOL-SF47, LGP, SSP, SDSC, vragenlijst neuropsychologisch onderzoek). Tijdens het spreekuur op de polikliniek met de kinderneuroloog/kinderarts werden aanvullende (medische) gegevens genoteerd. Conclusie: Er blijkt geen duidelijke relatie te zijn tussen kindfactoren, zoals slaapproblemen, gedragsproblemen en prikkelverwerking met ouderlijke stress. IQ blijkt hierop een uitzondering te zijn, waarbij een lager IQ een belangrijke bijdrage levert aan het ervaren van ouderlijke stress. Op het niveau van subschalen van de testen blijken extreme slaperigheidproblemen en problemen met bewegingsgevoeligheid een gemiddelde relatie te hebben met het ervaren van ouderlijke stress. Er blijkt enige relatie te zijn tussen gedragsproblemen, prikkelverwerking, slaapproblemen, cognitieve ontwikkeling, grove motoriek en IQ met kwaliteit van leven. Op subschaalniveau blijkt er geen relatie te zijn tussen kindfactoren met kwaliteit van leven.Show less
In de eerste studie is de relatie onderzocht tussen ouderlijke stress en verschillende vormen van agressie (proactief en reactief) onder 407 jongens op het VMBO (M=14,07 jaar; SD=1,215 jaar), en de...Show moreIn de eerste studie is de relatie onderzocht tussen ouderlijke stress en verschillende vormen van agressie (proactief en reactief) onder 407 jongens op het VMBO (M=14,07 jaar; SD=1,215 jaar), en de invloed die belonings- en strafgevoeligheid op deze relatie heeft. In de tweede studie is de effectiviteit van de training Minder Boos en Opstandig onderzocht onder 22 jongeren (M=10,20 jaar; SD=1,031 jaar tijdens de voormeting). Agressie is gemeten met behulp van de Reactieve-Proactieve Agressie Vragenlijst (RPQ), ouderlijke stress met de Nederlandse versie van de Parental Stress Index- short version: de verkorte Nijmeegse Ouderlijke Stress Index (NOSI-K) en belonings- en strafgevoeligheid met de Sensitivity to Punishment and Sensitivity to Reward Questionnaire (SPSRQ-C). Een principale componenten analyse op de items uit de NOSI-K geeft aanwijzingen voor een eenfactoroplossing en een tweefactoroplossing binnen de ouderlijke stress: een aan het kind gerelateerde stress-factor en een ouderschapsgerelateerde stress-factor (gevoel van incompetent ouderschap). Deze tweedeling lijkt nuttig te zijn in deze populatie. Uit regressie-analyses blijkt namelijk dat reactieve agressie het beste voorspeld wordt uit een combinatie van proactieve agressie en de ouderlijke stress (kind gerelateerd). De significantie van deze ouderlijke stress vervalt echter wanneer de belonings- en strafgvoeligheid van het kind aan het model worden toegevoegd. Proactieve agressie wordt daarentegen het best verklaard met reactieve agressie, ouderlijke stress (ouderschapsgerelateerd gerelateerd) en strafgevoeligheid. Hierbij blijft de ouderlijke stress (ouderschapsgerelateerd) dus ook in het eindmodel significant. Een lage BIS (strafgevoeligheid) heeft een mediërende invloed op de relatie tussen ouderlijke stress (zowel totale schaal als ouderschapsgerelateerde en kindgerelateerde factor) en proactieve agressie, terwijl hoge BAS (beloningsgevoeligheid, impulsiviteit en drive) juist een mediërende invloed uitoefent op de relatie tussen ouderlijke stress (alle vormen) en reactieve agressie. De enige modererende factor is drive op de relatie tussen de kindgerelateerde ouderlijke stressschaal en reactieve agressie: dit verband is sterker wanneer drive groter is. Alhoewel de kinderen in de tweede studie na de training Minder Boos en Opstandig op vrijwel alle schalen vooruitgang vertonen is er alleen een significant behandeleffect gevonden voor de mate van agressie (proactief en reactief). Er zijn geen significante correlaties tussen de verschillende instrumenten (RPQ; PSI; SPSRQ-C).Show less
Een gedragsstoornis wordt gekenmerkt door gedragingen, zoals agressie, die een ongunstige invloed hebben op het functioneren van het kind. Eerdere onderzoeken tonen een mogelijke relatie aan tussen...Show moreEen gedragsstoornis wordt gekenmerkt door gedragingen, zoals agressie, die een ongunstige invloed hebben op het functioneren van het kind. Eerdere onderzoeken tonen een mogelijke relatie aan tussen de perceptie van ouders over stressvolle gebeurtenissen en gedragsproblemen bij kinderen (Creasey & Reese, 1996). In de eerste studie is de mogelijke relatie bestudeerd tussen agressie bij kinderen en ouderlijke stress bij 408 mannelijke VMBO leerlingen, in de leeftijd van 12 - 17 jaar. Ouders en leerlingen werden verzocht om de vragenlijsten ‘Parental Stress Index’ (PSI) en ‘Reactive Proactive Questionnaire’ (RPQ) in te vullen. Deze vragenlijsten richten zich op de stressbeleving en reactieve en proactieve agressie. Uit de resultaten blijkt dat reactieve agressie een significante voorspeller is voor ouderlijke stress. In de tweede studie is gekeken naar de effectiviteit van de training Minder Boos en Opstandig in het verminderen van agressie en stress. Hiervoor werden bij 22 kinderen, in de leeftijd van 9 – 12 jaar voor- en nametingen verricht. Ook werden de ouders verzocht om vragenlijsten in te vullen. Uit de resultaten blijkt dat de training effectief is het verminderen van zowel reactieve als proactieve agressie. Daarnaast is er ook een (niet-significante) afname te zien in ouderlijke stress. Met deze resultaten wordt het theoretisch begrip over agressie uitgebreid en daarnaast bieden de resultaten een basis voor toekomstig onderzoek.Show less
In deze studie is onderzocht wat de relatie is tussen de ernst van autismekenmerken bij kinderen met een autisme spectrum stoornis (ASS), de ernst van autismekenmerken bij hun ouders en de mate van...Show moreIn deze studie is onderzocht wat de relatie is tussen de ernst van autismekenmerken bij kinderen met een autisme spectrum stoornis (ASS), de ernst van autismekenmerken bij hun ouders en de mate van ouderlijke stress. Met behulp van de Autism-Spectrum Quotient (AQ) en de Nijmeegse Ouderlijke Stress Index (NOSI) zijn gegevens verzameld van 24 kinderen met ASS in de leeftijd van 8 tot en met 13 jaar en hun ouders; en van 33 op leeftijd gematchte controlekinderen en hun ouders. De resultaten laten zien dat ouders van kinderen met ASS meer autismekenmerken vertonen en meer ouderlijke stress ervaren dan ouders uit de controlegroep. Ook is een significante correlatie gevonden tussen de ernst van autismekenmerken bij kinderen met ASS en de ernst van autismekenmerken bij hun ouders. Tot slot is gebleken dat zowel de mate van autismekenmerken bij kinderen met ASS als de mate van autismekenmerken bij ouders van kinderen met ASS samenhangen met ouderlijke stress. Uit de multipele regressie bleek dat autismekenmerken bij kinderen met ASS een betere voorspeller zijn voor ouderlijke stress dan autismekenmerken bij ouders van kinderen met ASS. Autismekenmerken bij ouders van kinderen met ASS voegen niet veel toe aan de verklaarde variantie van ouderlijke stress bovenop autismekenmerken bij kinderen met ASS. Dit bevestigt enerzijds de veronderstelling dat kinderen met ASS vaak ouders hebben met autismekenmerken en anderzijds de hypothese dat de ernst van autismekenmerken bij kinderen met ASS gerelateerd is aan de mate van opvoedingsstress bij de ouders. De resultaten moeten voorzichtig geïnterpreteerd worden vanwege het kleine aantal participanten. Verder onderzoek is nodig.Show less
Dit onderzoek is gericht op de wisselwerking tussen ouderlijke stress en cognitieve en sociale problemen bij het kind. Aan het onderzoek hebben 446 mannelijke VMBO studenten in de leeftijd van 12...Show moreDit onderzoek is gericht op de wisselwerking tussen ouderlijke stress en cognitieve en sociale problemen bij het kind. Aan het onderzoek hebben 446 mannelijke VMBO studenten in de leeftijd van 12 tot en met 16 jaar deelgenomen. De centrale onderzoeksvraag is onderzocht door middel van correlaties en regressieanalyses, uitgevoerd op data verkregen uit zelf- en ouderrapportages. De correlaties hebben de samenhang tussen de cognitieve problemen, psychosociale problemen en ouderlijke stress onderzocht. De uitkomst van deze correlaties ondersteunde de hypothese dat er een verband bestaat tussen deze drie factoren. Een multipele regressieanalyse analyseerde de voorspellende invloed van cognitieve problemen en psychosociale problemen op ouderlijke stress. Tot slot is met twee enkelvoudige regressieanalyses de voorspellende waarde van ouderlijke stress op cognitieve en psychosociale problemen vastgesteld. De resultaten van deze analyses gaven aan dat zowel cognitieve problemen, psychosociale problemen, als ouderlijke stress een voorspellende invloed hebben: Cognitieve en psychosociale problemen op ouderlijke stress en ouderlijke stress op cognitieve en psychosociale problemen. Geconcludeerd kan worden dat alle gevonden resultaten de hypothesen ondersteunen die er vanuit gaat dat er een wisselwerking tussen de verschillende componenten bestaat. Deze bevindingen komen overeen met de literatuur.Show less