Cliëntelisme binnen de politiek is bepaald geen nieuw fenomeen. Maar wat als distributieve en emotionele uitwisseling onderdeel vormen van een diepgeworteld systeem om politieke steun te verkrijgen...Show moreCliëntelisme binnen de politiek is bepaald geen nieuw fenomeen. Maar wat als distributieve en emotionele uitwisseling onderdeel vormen van een diepgeworteld systeem om politieke steun te verkrijgen en te behouden? In deze scriptie wordt het cliëntelisme gedurende het presidentschap van Cristina Fernández de Kirchner in Argentinië geanalyseerd. Uitgaande van drie pijlers binnen de politiekvoering van CFK – jongeren, mensenrechten en arbeiders – is onderzocht of de uitwisseling tussen de politiek en de kiezer zich op distributief, dan wel op emotioneel niveau bevindt. Waar de verwachting was dat cliëntelisme op emotioneel niveau zou overheersen, blijkt uit zowel literaire als empirische analyse dat het niveau waarop cliëntelisme zich uit, per pijler varieert. Zo bevindt cliëntelisme zich bij mensenrechten zich hoofdzakelijk op emotioneel niveau, terwijl de relatie met de arbeiderstak vooral distributief van aard blijkt. In de connectie tussen de politiek en de jongeren zijn de niveaus juist evenredig. Niet voor niets is cliëntelisme een actueel onderwerp in het academisch veld – het geven van een eenduidige verificatie van het fenomeen blijft een uitdaging, wat maakt dat er nog veel ruimte is voor toekomstige analyse van dit onderwerp.Show less
De opgaven die op de overheid afkomen worden steeds complexer. Deze vragen om meer samenwerking tussen overheden. Netwerkmanagement managing outwards wordt hierdoor in toenemende mate belangrijker....Show moreDe opgaven die op de overheid afkomen worden steeds complexer. Deze vragen om meer samenwerking tussen overheden. Netwerkmanagement managing outwards wordt hierdoor in toenemende mate belangrijker. Eerder onderzoek heeft aangetoond dat er bij topambtenaren juist steeds minder tijd en prioriteit voor managing outwards is. In deze scriptie onderzoek ik welke factoren invloed hebben op de mate waarin gemeentesecretarissen aan managing outwards kunnen doen.Show less
In dit onderzoek staan de electorale hervormingsvoorstellen in het Verenigd Koninkrijk tussen 1990 en 2011 centraal. In deze periode zijn er drie concrete voorstellen voor het vervangen van het...Show moreIn dit onderzoek staan de electorale hervormingsvoorstellen in het Verenigd Koninkrijk tussen 1990 en 2011 centraal. In deze periode zijn er drie concrete voorstellen voor het vervangen van het karakteristieke First past the post-systeem met een ander kiesstelsel te onderscheiden. Dit waren de Plantrapporten, het Jenkinsrapport en het AV referendum. Deze scriptie analyseert aan de hand van de debatten in het House of Commons en de berichtgeving in de Britse kranten in hoeverre deze opeenvolgende voorstellen tot electorale hervormingen beïnvloed werden door de discussies rond de eerdere voorstellen.Show less
In deze scriptie is onderzocht of, en zo ja welke rol media aandacht heeft gespeeld bij de politieke beleidsverandering van het sociale leenstelsel terug naar een basisbeurs. Het uitvoeren van een...Show moreIn deze scriptie is onderzocht of, en zo ja welke rol media aandacht heeft gespeeld bij de politieke beleidsverandering van het sociale leenstelsel terug naar een basisbeurs. Het uitvoeren van een politieke analyse en een media analyse hebben beide resultaten geleverd, welke met elkaar zijn vergeleken. Na het vergelijken van deze resultaten is er antwoord gegeven op de op basis van wetenschappelijke literatuur gevonden hypotheses en daarmee ook op de hoofdvraag. Dit antwoord zou het verband tussen media aandacht en de beleidsverandering kunnen verklaren, maar zal in vervolgonderzoek verder moeten worden onderzocht.Show less
Hoe een Amsterdamse lobby van belanghebbenden heeft getracht de Haagse politiek te beïnvloeden omtrent de emancipatie van de slaafgemaakte bevolking in de kolonie Suriname in de periode 1830-1863.
De scheiding van kerk en staat; voor de meeste Nederlanders is dit het normaalste van de wereld: een seculiere staat en een aparte onafhankelijke kerk. Toch is er nog steeds veel discussie over de...Show moreDe scheiding van kerk en staat; voor de meeste Nederlanders is dit het normaalste van de wereld: een seculiere staat en een aparte onafhankelijke kerk. Toch is er nog steeds veel discussie over de scheiding van kerk en staat in Nederland (Addy de Jong, 2016, Anne Gooren 2019). Ook internationaal is er veel aandacht voor de scheiding van kerk en staat (James Lankford, Russell Moore, 2018; Hana M. Ryman and J. Mark Alcorn, The First Amendment Encyclopedia; Neal Hardin, 2019; James C. Kennedy, NWO) En zo richt de blik van de internationale gemeenschap zich ook vaak op landen waar de scheiding van kerk en staat vaak veel minder is dan in hun eigen omgeving. In het boek Religion and Politics in South Asia bespreken verschillende auteurs hoe religie en politiek in Zuid-Azië elkaar beïnvloeden en door elkaar heen zijn gaan lopen. Een ander land, waaraan echter meer aandacht besteed mag worden, is Rusland. De Russisch orthodoxe kerk (ROK) is een oud instituut en heeft al eeuwen een grote rol gespeeld in de Russische samenleving. Sinds de grondwet van 1993 is Rusland officieel een seculiere staat geworden, maar er zijn sterke signalen, dat Rusland niet zo seculier is al het lijkt. Dit onderzoek zal de vraag beantwoorden: Hoe gebruikt de Russische staat het instituut van de Russische orthodoxe kerk voor binnenlandbeleid? Uit een analyse van toespraken en uitspraken in de media blijkt dat de Russische staat en de ROK graag met elkaar samenwerken en verder gaan dan een samenwerking tussen de staat en een sociaal instituut.Show less
De politieke aanloop naar afscheiding en de daaruit volgende Burgeroorlog was in weinig staten zo tumultueus als in South Carolina. De Palmetto State, gekenmerkt door een haast volledig van...Show moreDe politieke aanloop naar afscheiding en de daaruit volgende Burgeroorlog was in weinig staten zo tumultueus als in South Carolina. De Palmetto State, gekenmerkt door een haast volledig van slavernij afhankelijke agrarische economie, kent gedurende het Antebellum een aantal toonaangevende politieke crises. De Nullification Crisis, de Crisis van 1850-1851 en de Secession Crisis vormden drie onlosmakelijk verbonden politieke oproeren die South Carolina in december 1860 tot afscheiding van de Verenigde Staten bewoog. Echter, de herhaaldelijk opspelende roep om secessie in deze staat betekende niet dat er geen gedegen tegengeluid bestond. De Unionists, een officieuze, enigszins ongeorganiseerde groep politici, trachtten gedurende alledrie deze crises de dreigende afscheiding te voorkomen. In deze scriptie staan de Unionists van South Carolina en hun politieke activiteiten in het Antebellum centraal, om een nuancerende bijdrage te leveren aan de bestaande historiografie over de aanloop naar de Burgeroorlog.Show less
Verzelfstandiging bij de overheid is al een aantal jaren een trend. Een type organisatievorm dat hierbij hoort is de zogenaamde zelfstandig bestuursorgaan (zbo). Een organisatie die wat meer op...Show moreVerzelfstandiging bij de overheid is al een aantal jaren een trend. Een type organisatievorm dat hierbij hoort is de zogenaamde zelfstandig bestuursorgaan (zbo). Een organisatie die wat meer op afstand staat van de politiek en waar de minister niet direct voor verantwoordelijk is. Maar wat als die organisatie niet de prestaties haalt die (vanuit de samenleving en/of politiek) gewenst zijn, wie is er dan verantwoordelijk. In dit onderzoek is gekeken naar of en hoe de verantwoordingsrelatie tussen zbo en ministerie is veranderd na een reeks van incidenten. Er is gebruik gemaakt van kwalitatief onderzoek.Show less
In dit onderzoek staat de eventuele invloed centraal van de conjunctuur op de gehanteerde ar-gumentatie van politici en wetenschappers rond het verhogen van de AOW-leeftijd. Dit debat is onderzocht...Show moreIn dit onderzoek staat de eventuele invloed centraal van de conjunctuur op de gehanteerde ar-gumentatie van politici en wetenschappers rond het verhogen van de AOW-leeftijd. Dit debat is onderzocht in de jaren 2006 tot 2019, met als hoogtepunt de daadwerkelijke invoering van de Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd in 2012. De meest recente ontwikkeling is de Wet temporisering verhoging AOW-leeftijd in 2019, waarin de regeling uit 2012 is vertraagd. Aangezien 2012 midden in een economische crisis was en 2019 in een hoogconjunctuur, geeft dit een vermoeden dat de stand van de economie invloed kan hebben gehad op de inzet en het soort argumenten dat politici en wetenschappers gebruikten. In dit onderzoek is dat verband onderzocht door grafische analyse en chi-kwadraattests, op basis van een eigengebouwde data-set met daarin 2206 argumenten van de beleidsmakers in 21 argumentatiecategorieën. Uit deze analyse bleek dat er in een laagconjunctuur meer voorargumenten en meer argumentatie gere-lateerd aan financiën gebruikt wordt door de beleidsmakers. Voor politici is dit verband meer significant dan voor wetenschappers. Bij de wetenschappers was er, in tegenstelling tot de an-dere onderzochte relaties, ook geen lineair verband te bewijzen. De conclusie is dat er inderdaad een verband is tussen de conjunctuur en de argumentatie rond het verhogen van de AOW-leef-tijd en dat dit sterker is voor politici dan voor wetenschappers. Dit levert ook bewijs voor pro-cyclische argumentatie en beleidsvoering door politici en bevestigt de theorieën rond het win-dow of opportunity en policy overreaction. De theorie rond politieke economie wordt niet direct bevestigd. Verder onderzoek is daar nodig naar de invloed van de conjunctuur op de opinie van kiezers en hoe sterk politici naar die opinie luisteren. Ook is het nuttig om de getrokken con-clusie breder te trekken door meer conjunctuurcycli of de argumentatie rond andere bezuini-gingsmaatregelen te analyseren. Aangezien het gevonden verband minder sterk is voor weten-schappers is de voornaamste aanbeveling om hen meer te betrekken bij de beleidsvorming.Show less
Achtergrond: Zetels zijn van groot belang in de besluitvorming in de Nederlandse politiek. Echter we weten nog maar weinig over welke factoren een rolspelen in de peilingen. Daarom wordt in dit...Show moreAchtergrond: Zetels zijn van groot belang in de besluitvorming in de Nederlandse politiek. Echter we weten nog maar weinig over welke factoren een rolspelen in de peilingen. Daarom wordt in dit onderzoek de volgende vraag beantwoord: Welke factoren van leiderschapsgedrag en -positie hebben invloed op de fluctuatie van de peilingen van de zetelverdeling in de Tweede Kamer ten tijde van crisis? Methode: 64 scores van effectief communicatief crisisleiderschap van acht verschillende partijen in tijden van acht crisissen werden verzameld. Een independent samples t-test werd uitgevoerd om de relatie tussen coalitie en verschil in zetels te analyseren. Een meervoudige regressieanalyse werd uitgevoerd om de relatie tussen effectief communicatief crisisleiderschap en verschil in de peilingen te analyseren. Resultaten: Er is geen significante relatie gevonden tussen coalitie en het verschil in de peilingen. Er is ook geen significante relatie gevonden tussen effectief communicatief crisisleiderschap en het verschil in de peilingen. Conclusie: Effectief communicatief crisisleiderschap op twitter en coalitie speelt geen grote rol in de peilingen.Show less
Dit onderzoek gaat na hoe D66 veranderd is van een democratiseringsbeweging naar een partij met een sociaalliberale ideologie. Door het onderzoeken van enkele factoren wordt vastgesteld dat dit een...Show moreDit onderzoek gaat na hoe D66 veranderd is van een democratiseringsbeweging naar een partij met een sociaalliberale ideologie. Door het onderzoeken van enkele factoren wordt vastgesteld dat dit een lang proces was, dat niet één richting op ging. Er is hiervoor gekeken naar of de partij een nichepartij was, in hoeverre exogene factoren meewogen en welke rol verkiezingsuitslagen speelde in dit proces.Show less
De afgelopen jaren is het debat rondom het Molotov-Ribbentroppact sterk gepolariseerd. Enerzijds verdedigt Rusland met hand en tand het narratief van de Sovjet-Unie als heldhaftige overwinnaar van...Show moreDe afgelopen jaren is het debat rondom het Molotov-Ribbentroppact sterk gepolariseerd. Enerzijds verdedigt Rusland met hand en tand het narratief van de Sovjet-Unie als heldhaftige overwinnaar van de Tweede Wereldoorlog, en is er voor het Molotov-Ribbentrop geen plaats. Immers, Groot-Brittannië en Frankrijk lieten de Sovjet-Unie geen keus met hun 'appeasement-politiek'. Anderzijds stelt het Europese Parlement, sterk beïnvloed door de Baltische Staten - de grote benadeelden van het pact -, dat door het Molotov-Ribbentroppact de Tweede Wereldoorlog kon plaatsvinden. Hoe is het tot deze 'memory war' gekomen, en waarom is de geschiedenis belangrijk voor zowel de Russische federatie als de Europese Unie?Show less
Na het Britse referendum op 23 juni 2016, waarbij voor een vertrek uit de Europese Unie werd gekozen, steeg de populariteit van eurosceptische en nationalistische partijen in verschillende Europese...Show moreNa het Britse referendum op 23 juni 2016, waarbij voor een vertrek uit de Europese Unie werd gekozen, steeg de populariteit van eurosceptische en nationalistische partijen in verschillende Europese landen. Met verkiezingen in Nederland, Frankrijk, Duitsland en Oostenrijk op de agenda, hielden veel Europese media rekening met een verdere desintegratie van de Europese Unie. Maar het tegenovergestelde gebeurde: in de vier landen werden (relatief) pro-Europese regeringen samengesteld, die niet de ambitie hadden de EU te verlaten. In Duitsland en Frankrijk – twee invloedrijke lidstaten – spraken de leiders de wens uit voor meer Europese politieke en financiële integratie. De kanteling van politieke en publieke steun voor Europese samenwerking kan te maken hebben met de wijze waarop deze processen zijn beschreven in de media. Voor Europese burgers zijn traditionele media (radio, televisie en kranten) de belangrijkste bron voor informatie over Europese politieke actualiteit. Na het Brexit-referendum en uitverkiezing van Donald Trump tot Amerikaanse president, woedde in het Nederlandse medialandschap een discussie over de vele journalisten die beide ontwikkelingen niet zagen aankomen. Hoewel de debatten ook op krantenredacties werden gevoerd, is er geen wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de inhoudelijke wijze waarop journalisten de fluctuerende maatschappelijke gebeurtenissen hebben beschreven. Dit onderzoek concentreert zich mede daarom op de vraag hoe twee invloedrijke Nederlandse dagbladen – NRC Handelsblad en de Volkskrant – de journalistieke berichtgeving over Europese politiek hebben vormgegeven en gepresenteerd. Op basis van relevante theorieën over framing en de issue-ownershiptheorie is voor een deductieve onderzoeksmethode gekozen, waarmee de volgende onderzoeksvraag is beantwoord. In hoeverre zijn er dominante frames geïdentificeerd en overheersende aandacht aangetoond voor specifieke partijpolitieke standpunten over Europese integratie in de journalistieke informatievoorziening van de Volkskrant en NRC Handelsblad tussen juni 2016 en maart 2018? Met een kwantitatieve inhoudsanalyse is onderzocht in hoeverre er frames te identificeren zijn in de artikelen. Kwantitatief is het aantal frames gemeten, kwalitatief is gekeken welke frames er inhoudelijk te identificeren zijn; dit is onderzocht op basis van een bestaand analysemodel dat eerder frames onderzocht in artikelen over Europese integratie. Uit die analyse blijkt dat in het grootste deel van de artikelen – 65,2% - in beide kranten geen frames zijn geïdentificeerd. Dat betekent dat in 34,8% van het totale corpus wel frames zijn geïdentificeerd. In NRC Handelsblad zijn meer frames geïdentificeerd dan in de Volkskrant, in absolute en relatieve context. De meest voorkomende frames zijn het conflictframe in NRC Handelsblad (39,4%). In de Volkskrant werd het verantwoordelijkheidsframe het vaakst geïdentificeerd (30,3%). In beide dagbladen kwam het economische gevolgenframe daarna het vaakst voor. Politiekinhoudelijk geeft het conflictframe relatief negatieve berichtgeving over Europese integratie weer; het economische gevolgenframe is neutraal en het verantwoordelijkheidsframe relatief positief. NRC Handelsblad schreef dus overwegend negatiever over Europese integratie dan de Volkskrant. Naast een inhoudelijke analyse is ook onderzocht hoeveel aandacht er was voor het standpunt omtrent Europese integratie van Nederlandse politieke partijen. In de artikelen is gemeten hoevaak bepaalde standpunten worden geciteerd of beschreven. In NRC Handelsblad werd meer ruimte vrijgemaakt voor de ‘Europese’ standpunten van Nederlandse partijen dan in de Volkskrant. In laatstgenoemde krant werden slechts vijf keer aandacht besteed aan de Europese standpunten. Liefst 56 keer werd een Nederlandse partij in NRC geciteerd of beschreven over zijn EU-standpunt. Politiekinhoudelijk kregen de partijen die selectieve Europese integratie (op bepaalde beleidsterreinen samenwerken, op andere nationale soevereiniteit) nastreven, de meeste aandacht en werd dit standpunt 23 keer genoemd. De grootste tegenhangers – federalisten en aanhangers van natiestaten – werden respectievelijk 11 en 10 keer genoemd. Er kan worden gesproken van een inhoudelijke balans, waarbij de journalistiek van NRC Handelsblad relatief politiek-neutraal was: de lezer werd niet unaniem richting één partij, denkrichting of ideologie genavigeerd door de krant. Datzelfde kan worden geconcludeerd over de Volkskrant.Show less
In dit scriptieonderzoek is een analyse-instrument opgesteld voor het taalkundige fenomeen equivocatie. Het doel van dit onderzoek was tweeledig: er is (1) een analyse-instrument voor equivocatie...Show moreIn dit scriptieonderzoek is een analyse-instrument opgesteld voor het taalkundige fenomeen equivocatie. Het doel van dit onderzoek was tweeledig: er is (1) een analyse-instrument voor equivocatie ontwikkeld, dat (2) is toegepast op het discours van de jonge Nederlandse politicus Thierry Baudet. De hoofdvraag die in dit onderzoek centraal stond, was: Hoe is een deductief analyse-instrument voor equivocatie op te stellen en wat kan er aan de hand van dit instrument worden vastgesteld over het discours van politicus Thierry Baudet? Dit onderzoek is een abductief onderzoek: met bevindingen uit het empirische materiaal is de theorie over equivocatie aangevuld en is het analyse-instrument verder aangescherpt (Alvesson & Sköldberg, 2000; Peirce, 1923). Equivocatie is de taalhandeling van het ontwijkend communiceren. De taalhandeling komt voor in communicatieve conflictsituaties, ook wel avoidance-avoidance conflict situations genoemd. Die conflictsituaties doen zich voor wanneer alle reacties op een vraag of stelling een negatieve uitkomst hebben voor de spreker of voor zijn omgeving (bijvoorbeeld wanneer de spreker moet kiezen tussen liegen of iemand kwetsen met de waarheid). In zulke situaties biedt equivocatie uitkomst (Bavelas, Black, Bryson, & Mullett, 1988; Bavelas, Black, Chovil, & Mullett, 1990a). Om vast te stellen of er sprake is van equivocatie, formuleren Bavelas et al. (1988) vier criteria: (1) de boodschap moet de eigen mening van de zender, (2) de inhoud van de boodschap moet helder zijn, (3) er moet duidelijk zijn wie de ontvanger van de boodschap is en (4) de boodschap moet aansluiten op de context. In politieke situaties komt equivocatie vaker voor dan in alledaagse situaties. Dat komt doordat politici vaak in de media verschijnen, rekening moeten houden met hun potentiële electoraat (zij moeten hun boodschappen zo voorzichtig mogelijk verwoorden om een zo breed mogelijk publiek aan te spreken (Bavelas et al., 1988)) en niet alleen namens zichzelf spreken, maar ook namens hun partij. Politici doen hun best hun gezicht te beschermen en om een gewenst beeld van zichzelf te construeren in de media – het principe van face-work (Goffman, 1967b) hangt samen met deze mediatisering (Cushion & Thomas, 2013; De Leeuw & Van Wichelen, 2005; Wodak & Krzyżanowski, 2017). Politici doen vaker dan gewone burgers hun best om commitment aan hun uitspraken te verzwakken, zonder daarbij onoprecht of vaag te lijken. Equivocatie is een strategie die voor dat doeleinde uitkomst biedt. Equivocatie maakt namelijk calculated ambivalence mogelijk – het verpakken van een dubbele boodschap in een taaluiting (Hatakka, Niemi, & Välimäki, 2017; Wodak & Engel, 2013). De praktische toepassing van calculated ambivalence noemen Bull & Simon-Vandenbergen (2014) doublespeak. Het analyseren van (mogelijk) equivocatief discours biedt de mogelijkheid te bekijken wat de onderliggende betekenis van de geuite woorden zou kunnen zijn (Bull & Simon-Vandenbergen, 2014). In het analyse-instrument dat in dit onderzoek is opgesteld, zijn verschillende technieken gebundeld die Bull & Simon-Vandenbergen (2014) en Hatakka, Niemi & 4 Välimäki (2017) hebben afgeleid uit deductieve discoursanalyses. Het instrument bestaat uit vier categorieën met bijbehorende strategieën: 1. Onderwerp ontwijken – 1.1. Ontkenning, 1.2. Antwoorden vermijden, 1.3. Ophef bagatelliseren 2. Aandacht afleiden – 2.1. Vergelijkingen maken, 2.2. Disconnectie benadrukken 3. Rechtvaardigen – 3.1. Verzachtende omstandigheden aandragen, 3.2. Afstand nemen in woord, 3.3. Afstand nemen in daad, 3.4. Excuses zonder volledige verantwoordelijkheid 4. Ethos en Pathos – 4.1. Ad hominem, 4.2. Slachtofferschap claimen, 4.3. Provocatief taalgebruik Dit instrument is toegepast op het discours van politicus Thierry Baudet. Eerst is, aan de hand van de eisen voor duidelijke communicatie van Bavelas et al. (1988), vastgesteld welke beweringen van Baudet als equivocatief kunnen worden aangemerkt. In het onderzoekscorpus, dat bestaat uit zeven verschillende fragmenten waarin Baudet zich in een conflictsituatie bevindt, is hij 268 keer aan het woord. Hij maakt in 165 van die gevallen gebruik van equivocatie. Het analyse-instrument voor equivocatie blijkt redelijk geschikt om het discours van Baudet te analyseren. Zo blijkt uit de analyse dat hij vaak zijn uitingen legitimeert door verzachtende omstandigheden aan te dragen, de aandacht afleidt van het onderwerp of de aanval opent op het ethos van zijn tegenstander. Tijdens de analyse is het instrument, met de bevindingen uit de empirie, verder aangescherpt. De strategieën kunnen worden verdeeld in twee hoofdcategorieën, die beide een belangrijk doel van de spreker weergeven: (1) Rechtvaardigen, waaronder de strategieën Ontkenning, Verzachtende omstandigheden aandragen (met alle bijbehorende substrategieën), Afstand nemen in woord en Excuses zonder volledige verantwoordelijkheid vallen en (2) Aandacht afleiden, waaronder de strategieën Ophef bagatelliseren, Antwoorden vermijden (met alle bijbehorende substrategieën), Vergelijkingen maken, Disconnectie benadrukken en Ethos en Pathos (met alle bijbehorende substrategieën) vallen. Verder blijkt dat twee strategieën meer gespecificeerd konden worden. De strategie Antwoorden vermijden is uitgebreid met substrategieën Legitimeren met bewijzen, Meer uitleg geven, Verkeerd begrepen en Context benadrukken. De strategie Verzachtende omstandigheden aandragen is gespecificeerd met substrategieën Claim van duidelijkheid, Claim van onwetendheid en Ander onderwerp aansnijden. Dit onderzoek draagt bij aan een stevigere conceptuele en methodische basis voor het onderzoek naar equivocatie. Om dat onderzoek nog verder aan te vullen, zijn meer analyses nodig. Niet alleen van het discours van (extreem)rechtse politici, maar ook van meer gematigde en (extreem)linkse politici. Een andere belangrijke bijdrage aan het onderzoeksgebied kan worden gevormd door de analyse van het discours van de opponenten van de politici die equivocatief taalgebruik hanteren – hoe gaan zij daarmee om en hoe kunnen zij equivocatie herkennen en adresseren? Ten laatste zou het goed zijn het onderzoeksgebied aan te vullen vanuit andere disciplines, zoals de sociologie, antropologie of de psychologie. Zo kan een completer beeld van het fenomeen equivocatie ontstaan.Show less
In dit onderzoek wordt getracht in kaart te brengen hoe de term salafisme zijn weg heeft gevonden naar het Nederlands politiek debat en hoe deze term hierbinnen wordt gebruikt. Het kwalitatief...Show moreIn dit onderzoek wordt getracht in kaart te brengen hoe de term salafisme zijn weg heeft gevonden naar het Nederlands politiek debat en hoe deze term hierbinnen wordt gebruikt. Het kwalitatief onderzoek schetst een beeld van de gevolgen van het gebruik van deze term voor de groep mensen die het meest hiermee wordt geassocieerd.Show less