De manier waarop journalisten zich profileren is sinds de komst van sociale media sterk veranderd. Waar zij voorheen geacht werden om afstand tot onderwerpen en verhalen te behouden, is het...Show moreDe manier waarop journalisten zich profileren is sinds de komst van sociale media sterk veranderd. Waar zij voorheen geacht werden om afstand tot onderwerpen en verhalen te behouden, is het tegenwoordig vanzelfsprekend dat journalisten zich geopinieerd uitspreken en persoonlijke informatie delen op sociale platformen als Twitter en Instagram. Dit duidt op een verandering in de traditionele journalistieke waarden. Een verklaring hiervoor is, volgens de literatuur, de normalisatie van een nieuwe medialogica binnen de journalistiek, waaruit de wens ontstaat om een personal brand op te bouwen. Dit zou journalisten namelijk talloze economische, activistische en egocentrische voordelen opleveren, die zij in een tijd van toenemende concurrentie en economische crisis hard nodig hebben. Vooral freelance journalisten zouden hierbij gebaat zijn, omdat zij aan de hand van een succesvol online brand gemakkelijker opdrachten kunnen verkrijgen. Deze scriptie onderzoekt middels kwalitatieve interviews met tien freelance journalisten en een inhoudsanalyse van hun sociale profielen op welke manier zij zich profileren, hoe zij hun keuzes in hun online activiteiten motiveren en hoe zich dit relateert tot traditionele journalistieke waarden als ‘objectiviteit’, ‘transparantie’ en ‘autonomie’. De resultaten van dit onderzoek vormen een uitgebreide typering van het online gedrag van freelance journalisten en hun opvattingen over sociale media. Hieruit kan worden geconcludeerd dat de respondenten de traditionele journalistieke waarden niet zo zeer herdefiniëren, maar dat er onder hen wel duidelijke verschuivingen te zien zijn in de prioritering van de journalistieke waarden. Dit betekent dat waarden als ‘autonomie’ en ‘transparantie’ tegenwoordig belangrijker worden geacht dan waarden als ‘objectiviteit’ of ‘onpartijdigheid’. Met een nieuw paradigma als ‘constructieve journalistiek’ wordt de verschuiving van deze waarden verklaard en gerechtvaardigd. Daarnaast wijzen de respondenten op het vervagen van de conceptuele grenzen van de journalistiek en benadrukken zij het belang van subcategorieën binnen het werkveld. Zo heeft de specifieke journalistieke functie waar een journalist zich mee identificeert belangrijke implicaties voor de hantering van journalistieke normen en waarden. Toch blijkt personal branding voor alle respondenten niet het belangrijkste doel van hun sociaalmediagebruik, waardoor de invloed op de journalistieke waarden beperkt blijft.Show less
‘Mensen die dít ene ding doen, leven wel tot drie jaar langer!’ zo luidt een van de vele koppen die we vandaag de dag voorbij zien komen op Facebook. Sensationele koppen verleiden ons om te klikken...Show more‘Mensen die dít ene ding doen, leven wel tot drie jaar langer!’ zo luidt een van de vele koppen die we vandaag de dag voorbij zien komen op Facebook. Sensationele koppen verleiden ons om te klikken, maar vinden we ze ook betrouwbaar? Dit onderzoek richt zich op de betrouwbaarheid van Facebookposts die gebaseerd zijn op wetenschappelijk onderzoek. Er is gekeken of de kop (sensationeel of niet-sensationeel) en de bron (nieuwsmedium of lifestyle medium) invloed hebben op de beoordeling van de betrouwbaarheid door een specifieke doelgroep, namelijk jonge vrouwen tussen de 18-26 jaar. Naast de waargenomen betrouwbaarheid worden ook de deskundigheid, aantrekkelijkheid en attitude gemeten. De onderzoeksvraag luidt: Hoe beoordelen jonge vrouwen de betrouwbaarheid van sensatieberichtgeving op Facebook, dat gebaseerd is op wetenschappelijk onderzoek? Dit is onderzocht door middel van een online experiment waarbij proefpersonen een nagebootste Facebookpost te zien kregen van RTL Nieuws of Cosmopolitan met sensationele kop of een niet-sensationele kop. Daarna moesten zij vragen beantwoorden waarna de waargenomen betrouwbaarheid, deskundigheid, aantrekkelijkheid en attitude gemeten werd. Uit de resultaten is gebleken dat Facebookposts van een nieuwsmedium met een niet-sensationele kop als meest betrouwbaar worden gezien, en posts van een lifestyle medium met sensationele kop als het minst betrouwbaar. Toch waren de gemiddelde scores in alle condities relatief aan de lage kant, wat wellicht duidt op een sceptische houding tegenover wetenschappelijk nieuws, geschreven door zowel nieuwsmedia als lifestyle media. Of dat zo is, moet uit toekomstig onderzoek blijken.Show less