In het Nederlands is het woord er in verschillende functies te gebruiken. Men onderscheidt grammaticale functies en verwijzende functies. Beide soorten hebben nog verdere onderverdelingen. Bij de...Show moreIn het Nederlands is het woord er in verschillende functies te gebruiken. Men onderscheidt grammaticale functies en verwijzende functies. Beide soorten hebben nog verdere onderverdelingen. Bij de verwijzende functies vormt de functie er in combinatie met een voorzetsel een uitzondering. Deze functie wordt ook als voornaamwoordelijk bijwoord aangeduid en ondergaat daarmee ook de splitsingsregels die gelden voor deze woordsoort. Het voornaamwoordelijk bijwoord is vaker onderzocht, maar alleen in bredere zin (Haeseryn 1989,Van der Horst 1992, Honselaer 1994), evenals de presentatieve vormen van er (Grondelaers 1994, van Boxtel 2005). Specifiek over er in combinatie met een voorzetsel is, voor zover ik weet, nog geen onderzoek gedaan, zeker niet wat betreft de verwerving ervan door T2-leerders. Een ander punt is dat de splitsingsregels ook weer onderverdeeld zijn in drie vormen waarbij de splitsing verplicht, facultatief of onmogelijk is. Voor de voornaamwoordelijke bijwoorden met er zijn daarvan de meest voorkomende vormen de verplichte of onmogelijke splitsing. Verder spelen er nog verschillende regels met betrekking tot de plaats in de zin van het voorzetsel een rol in het correcte gebruik van deze functie van er.Show less