In 2011 schreef Dijkstra zijn academisch proefschrift Rondom de mondingen van de Rijn en Maas, waarin hij het landschap en bewoning tijdens de Vroege Middeleeuwen (450-900) in de Rijnmondregio...Show moreIn 2011 schreef Dijkstra zijn academisch proefschrift Rondom de mondingen van de Rijn en Maas, waarin hij het landschap en bewoning tijdens de Vroege Middeleeuwen (450-900) in de Rijnmondregio behandeld. Dijkstra bespreekt onder andere de assemblages dierlijk botmateriaal van de opgravingen Oegstgeest van de campagnes uit 2004 en 2008. Tijdens het onderzoek door auteur naar de veestapel van Oegstgeest is het assemblage van de opgraving van 2010 bestudeerd. Dit was een mooie gelegenheid om mijn gegevens en bevindingen te kunnen vergelijken met Dijkstra, en vervolgens zijn beweringen te kunnen toetsen aan de hand van mijn onderzoeksgegevens. Daarnaast is Esser’s constatering getoetst voor de Rijnmondregio. Esser zag een toenemend belang van de schapenteelt naar mate men dichter bij de kust komt (Esser 2010,323). Uit het onderzoek blijkt Esser’s constatering niet te gelden voor de Rijnmondregio. Verder is er een vergelijking gemaakt tussen verschillende nederzettingen van onder andere het botmateriaal en ambachten met de Rijnmondregio. Op basis van mijn onderzoek, gebaseerd op secundaire producten van metaal en glas is te zeggen dat er handels- en uitwisselingsrelaties werden onderhouden tussen de nederzettingen in de Rijnmondregio en zelfs daar buiten. Valkenburg – De Woerd lijkt een surplus productie te hebben gehad wat betreft kammen en sieraden, mede hierdoor konden de mensen op de nederzettingen zaken met elkaar uitwisselen en was er dus sprake van handel. Gebaseerd op de analyse van het botmateriaal kan er niet geconcludeerd worden dat Oegstgeest een ‘handelsplaats’ is geweest. Er is onvoldoende bewijs om dit begrip toe te kennen aan de oevernederzetting Oegstgeest.Show less
De omvang van het botassemblage van de opgraving aan de Roerkade biedt mogelijkheden tot het verkrijgen van nieuwe perspectieven met betrekking tot het voedselgebruik in de middeleeuwse stad...Show moreDe omvang van het botassemblage van de opgraving aan de Roerkade biedt mogelijkheden tot het verkrijgen van nieuwe perspectieven met betrekking tot het voedselgebruik in de middeleeuwse stad Roermond. In de stadskern heeft er qua hoeveelheid dierlijke resten geen vergelijkbare opgraving plaatsgevonden. De eerste, ruwe dateringen aan de hand van het aardewerk lopen van ongeveer 1200 tot 1800 n.Chr. Dit is een periode van 600 jaar, waarin er voor de stad en diens omgeving veel veranderd. Er is onderzoek verricht naar de aanwezige diersoorten binnen het assemblage en met welk doel de dieren gehouden dan wel gevangen werden. De dierlijke resten zijn bestudeerd om te kunnen bepalen of het afval van ambachtswerkzaamheden of huishoudens vertegenwoordigd. Voedselresten afkomstig uit een aantal gesloten contexten aangetroffen op het terrein bieden de mogelijkheid onderzoek te verrichten naar de sociale status en klassenverschillen tussen bewoners van het terrein door de eeuwen heen.Show less