Basisschool de Meerpaal heeft te maken met een dalend aantal leerlingen op school. Leerlingen voelen zich niet altijd veilig en daarom is de school op zoek naar handvatten voor een veiliger...Show moreBasisschool de Meerpaal heeft te maken met een dalend aantal leerlingen op school. Leerlingen voelen zich niet altijd veilig en daarom is de school op zoek naar handvatten voor een veiliger schoolklimaat. Hiervoor is de volgende onderzoeksvraag opgesteld: Wat kunnen leerkrachten van multiculturele basisschool de Meerpaal doen om een veiliger klimaat te creëren voor de groepen 4 tot en met 8? Acht leerkrachten hebben een online vragenlijst ingevuld die verdeeld was over vijf onderwerpen: Positive Behavior Support, schoolbeleid, omgaan met gedrag, klassenmanagement en ouder-leerkrachtrelatie. Deze onderwerpen sluiten aan bij drie theorieën, namelijk het behaviorisme, de sociale leertheorie en de zelfdeterminatietheorie. Daarnaast zijn er vragen gesteld over de schoolregels en zijn er een aantal open vragen gesteld. Uit de resultaten blijkt dat het gemiddelde van de vijf onderwerpen hoog is, maar dat er toch enkele aandachtspunten zijn. De resultaten laten zien dat van de subcategorieën positief, veilig en voorspelbaar klimaat, een positief klimaat het laagste gemiddelde heeft. Daarnaast geven leerkrachten aan dat er een eenduidig plan moet komen voor de school. Het wordt aanbevolen dat leerkrachten van basisschool de Meerpaal sociaalemotionele vaardigheden bij leerlingen aanleren en sociale relaties bevorderen, bijvoorbeeld door middel van een methode. Daarnaast is het belangrijk dat alle leerkrachten op de hoogte zijn van het schoolbeleid en hier ook achter staan. Ook wordt aangeraden om aandacht te besteden aan positief gedrag en gewenst gedrag te stimuleren, bijvoorbeeld door middel van een schoolbreed beloningssysteem. Eventueel vervolgonderzoek kan zich richten op een passende manier voor het omgaan met ongewenst gedrag.Show less
Deze studie onderzocht hoe leerkrachten in het speciaal onderwijs cluster 4 effectief begrijpend leesonderwijs kunnen geven. De volgende onderzoeksvraag werd in overleg met Pedologisch Instituut De...Show moreDeze studie onderzocht hoe leerkrachten in het speciaal onderwijs cluster 4 effectief begrijpend leesonderwijs kunnen geven. De volgende onderzoeksvraag werd in overleg met Pedologisch Instituut De Brug te Leiden opgesteld: waar kan rekening mee gehouden worden met het kiezen van een nieuwe begrijpend lezen methode, passend bij de doelgroep SO-cluster 4? Er werden drie wetenschappelijke overzichtsartikelen geraadpleegd voor beschikbare wetenschappelijke kennis over begrijpend leesonderwijs. Op basis van deze literatuur werden er zes elementen van effectief begrijpend leesonderwijs geselecteerd: woordenschat & achtergrondkennis, leesstrategieën, leesmotivatie, technisch lezen, rijke taalomgeving en interactie. Het praktijkonderzoek was een vragenlijst met stellingen, gebaseerd op deze zes elementen. De vragenlijst werd na een pilot verspreid onder leerkrachten van PI De Brug (N=11). Per element werd de gemiddelde score van de respondenten berekend. Uit de vragenlijst bleek dat leerkrachten woordenschat & achtergrondkennis en leesmotivatie het belangrijkst vonden. Technisch lezen werd als minst belangrijk gezien, en het element interactie blijkt redelijk moeilijk toepasbaar voor de doelgroep. Daarnaast hadden leerkrachten wisselende visies op het element leesstrategieën. Alle zes elementen zijn belangrijk voor het bieden van effectief begrijpend leesonderwijs op een cluster 4 school, maar de praktische toepasbaarheid lijkt per element te verschillen. Omdat er slechts 11 respondenten waren, kunnen de resultaten niet zonder meer gegeneraliseerd worden naar iedere SO-school. Toekomstig onderzoek naar de verhouding tussen de specifieke behoeften van cluster 4 leerlingen en de praktische toepassing van de zes elementen zou een relevant vervolg zijn van deze studie.Show less
In deze scriptie is onderzocht welke elementen van effectief begrijpend onderwijs het meest belangrijk zijn voor het begrijpend leesonderwijs op speciaal onderwijs cluster vier van school PI de...Show moreIn deze scriptie is onderzocht welke elementen van effectief begrijpend onderwijs het meest belangrijk zijn voor het begrijpend leesonderwijs op speciaal onderwijs cluster vier van school PI de Brug. In dit onderzoek wordt gebruik gemaakt van een vragenlijst die is gebaseerd is op drie belangrijke overzichtsdocumenten. In de vragenlijst werden zes belangrijke elementen voor effectief begrijpend lezen uitgevraagd: woordenschat en achtergrondkennis, leesstrategieën, leesmotivatie, technisch lezen, rijke taalomgeving en interactie. In totaal hebben elf personeelsleden de vragenlijst volledig ingevuld. De resultaten uit de vragenlijst zijn berekend per element. Per schaal is er gekeken naar spreiding en gemiddelde. Hieruit kwam naar voren dat PI de Brug alle elementen belangrijk vindt, maar dat de elementen woordenschat en achtergrondkennis, leesmotivatie en leesstrategieën het belangrijkst worden gevonden voor de specifieke doelgroep.Show less
Basisschool de Meerpaal heeft in een casusomschrijving (zie bijlage A) aangegeven problemen te ervaren met de veiligheid van het schoolklimaat. In deze scriptie wordt daarom onderzocht wat...Show moreBasisschool de Meerpaal heeft in een casusomschrijving (zie bijlage A) aangegeven problemen te ervaren met de veiligheid van het schoolklimaat. In deze scriptie wordt daarom onderzocht wat leerkrachten van basisschool de Meerpaal kunnen doen om een veiliger klimaat te creëren voor de groepen vier tot en met acht. Om dit te onderzoeken wordt een vragenlijst afgenomen bij de leerkrachten van de Meerpaal. Vanuit theorieën zoals het behaviorisme (Skinner, 1953) en de sociale leertheorie (Bandura, 1999) in combinatie met verschillende wetenschappelijke artikelen zijn vijf schalen opgesteld met stellingvragen. Leerkrachten geven aan in hoeverre ze het eens of oneens zijn met een bepaalde stelling op een zeven punts-Likertschaal, van zeer mee oneens tot zeer mee eens. De vijf schalen zijn PBS, schoolbeleid, klassenmanagement, omgaan met gedrag en oudercontact. Daarnaast worden nog vragen gesteld over de huidige schoolregels en wordt de vragenlijst afgesloten met drie open vragen. De resultaten uit de vijf schalen benadrukken dat de school zich moet richten op het verbeteren van het schoolbeleid en het sociaal-emotionele welzijn van de kinderen, aangezien op deze schaal de laagste gemiddelde score is behaald. De school zal (preventief) moeten werken aan het sociaal-emotioneel welzijn van de kinderen. Ook wordt aangeraden een eenduidig plan op te stellen, waar het hele team achter staat. Daarnaast zal er meer aandacht moeten worden besteed aan het verduidelijken van de schoolregel; ik ben respectvol naar een ander’. Tot slot zal de school moeten werken aan zowel het positieve klassenklimaat als het positieve schoolklimaat, door een schoolbreed beloningssysteem te implementeren.Show less
Voor dit onderzoek is er onderzocht welke elementen van effectief begrijpend leesonderwijs het meest belangrijk zijn voor de doelgroep van speciaal onderwijs cluster vier school PI de Brug, zodat...Show moreVoor dit onderzoek is er onderzocht welke elementen van effectief begrijpend leesonderwijs het meest belangrijk zijn voor de doelgroep van speciaal onderwijs cluster vier school PI de Brug, zodat zij op basis hiervan een nieuwe methode kunnen kiezen en hun begrijpend leesonderwijs effectief vorm kunnen geven. Om hier achter te komen is er op basis van een aantal overzichts-literatuurstukken een vragenlijst opgesteld die uitgesplitst was op zes belangrijke elementen binnen het begrijpend leesonderwijs: woordenschat en achtergrond kennis, leesstrategieën, leesmotivatie, technisch lezen, rijke taalomgeving en interactie. Deze vragenlijst is beantwoord door elf personeelsleden van de school. Over de scores op de vragenlijst zijn de gemiddelden en spreiding per schaal berekend. Uit deze berekeningen kwam naar voren dat de school de elementen woordenschat en achtergrondkennis, leesmotivatie en leesstrategieën het meest belangrijk vinden voor hun doelgroep. Technisch lezen wordt minder belangrijk gevonden en wordt vanwege grote niveau verschillen nog apart van begrijpend lezen behandeld. Verder blijkt er een grote wens te zijn naar het creëren van een rijkere taalomgeving. Tenslotte wordt ook interactie minder belangrijk gevonden, omdat het voor een deel van de doelgroep niet haalbaar is om samen te werken. Er wordt op basis van deze bevindingen geadviseerd om aan deze woordenschat en achtergrondkennis, leesstrategieën en leesmotivatie structureel aandacht aan te blijven besteden. Daarnaast wordt de wens van het creëren van een rijke taalomgeving aangemoedigd. Verder wordt er geadviseerd om te differentiëren in de begrijpend leesles op basis van technisch leesniveau. Tenslotte wordt er aangeraden om samenwerking niet als essentieel onderdeel in te zetten in de begrijpend leeslessen voor deze doelgroep.Show less
Dit onderzoek beschrijft hoe leerlingen van de bovenbouw van de Paschalis scoren op de vier dimensies van betrokkenheid, namelijk gedragsmatige betrokkenheid, emotionele betrokkenheid, cognitieve...Show moreDit onderzoek beschrijft hoe leerlingen van de bovenbouw van de Paschalis scoren op de vier dimensies van betrokkenheid, namelijk gedragsmatige betrokkenheid, emotionele betrokkenheid, cognitieve betrokkenheid en agentic engagement tijdens reken- en taallessen waarbij expliciete directe instructie wordt gegeven. Daarnaast beschrijft het onderzoek hoe leerkrachten deze betrokkenheid kunnen signaleren en hoe leerkrachten betrokkenheid kunnen vergroten. Om dit in kaart te brengen is er een vragenlijst afgenomen bij 95 leerlingen en zes leerkrachten waarin zij op een vijfpuntsschaal aangaven in welke mate zij, of de vijf cognitief sterkste leerlingen uit hun klas betrokken zijn tijdens reken- en taallessen. Middels open vragen werd in kaart gebracht wat leerkrachten zouden kunnen doen om betrokkenheid te vergroten. Zoals verwacht scoorden leerlingen die rekenen leuk vinden hoger op emotionele betrokkenheid dan leerlingen die rekenen niet leuk vinden en leerlingen die taal leuk vinden scoorden hoger op emotionele betrokkenheid dan leerlingen die taal niet leuk vinden. Er werden geen verschillen gevonden in de mate van agentic engagement wanneer deze werd bekeken op basis van de vaardigheidsscores van leerlingen voor rekenen en taal. Leerlingen scoorden in het algemeen hoog op betrokkenheid waarbij zij het hoogst scoorden op gedragsmatige betrokkenheid en het laagst op agentic engagement. Betrokkenheid zou vergroot kunnen worden door leerplezier te vergroten en door instructie aan te laten sluiten op het juiste niveau.Show less
Dit onderzoek gaat over betrokkenheid van leerlingen op basisschool Paschalis. Hier presteren leerlingen op cognitief gebied bovengemiddeld. Leerkrachten willen graag dat de cognitief sterkste...Show moreDit onderzoek gaat over betrokkenheid van leerlingen op basisschool Paschalis. Hier presteren leerlingen op cognitief gebied bovengemiddeld. Leerkrachten willen graag dat de cognitief sterkste leerlingen ook betrokken zijn, en zochten naar tools om de betrokkenheid te vergroten. Het doel van dit onderzoek was om de betrokkenheid van bovenbouwleerlingen op de Paschalis te peilen en om handvatten toe te reiken om de betrokkenheid te vergroten. Dit is onderzocht middels de volgende onderzoeksvraag: Hoe ervaren bovenbouwleerlingen op de Paschalis hun betrokkenheid tijdens de lessen waarbij expliciete directe instructie wordt gegeven? Komt dit overeen met hoe hun leerkrachten dit ervaren en hoe kunnen zij de betrokkenheid van hun leerlingen vergroten? Bovenbouwleerlingen en -leerkrachten vulden een vragenlijst in. De vragenlijsten bestonden uit gesloten en open vragen. De gesloten vragen hadden betrekking op de vormen van betrokkenheid, en de open vragen op de huidige situatie en hoe betrokkenheid vergroot kan worden. De algemene betrokkenheid van leerlingen op de Paschalis is relatief hoog. De vier vormen van betrokkenheid verschillen significant van elkaar, waarbij agentic engagement als het laagst wordt ervaren. Leerlingen en leerkrachten lieten hierbij een soortgelijke verdeling zien. Er is onderzocht of het vaardigheidsniveau van leerlingen invloed had op de betrokkenheid, wat voor zowel taal als rekenen niet significant bleek te zijn. In de open vragen van de vragenlijst zijn er suggesties gegeven om de betrokkenheid te vergroten, waarbij spelletjes en actieve werkvormen genoemd werden. Om betrokkenheid te vergroten kan er ingespeeld worden op het vergroten van agentic engagement, en op suggesties van de leerlingen.Show less