Al jaren is er vanuit verschillende hoeken kritiek op het Nederlandse nieuwsecosysteem. Er verdwijnen titels en media hebben niet meer de capaciteit om nieuwsgebeurtenissen vanuit verschillende...Show moreAl jaren is er vanuit verschillende hoeken kritiek op het Nederlandse nieuwsecosysteem. Er verdwijnen titels en media hebben niet meer de capaciteit om nieuwsgebeurtenissen vanuit verschillende perspectieven te belichten. Dit blijkt des te meer in lokale nieuwsecosystemen. Dit is een gevaar voor de lokale democratie, omdat een divers nieuwsaanbod belangrijk is om iedere bevolkingsgroep een stem te geven. Verschillende organisaties en instituten richten zich daarom op het behoud van diversiteit in de media en stimuleren media die de diversiteit kunnen vergroten. In het terugbrengen van die diversiteit worden vaak alternatieve media als oplossing genoemd. Zij kunnen nieuwe perspectieven bieden en divers nieuws aanbieden. Daar is echter niet iedereen het over eens. Deze scriptie probeert een bijdrage te leveren aan dit debat door te onderzoeken of een medialandschap met meer alternatieve media ook een diverser nieuwsaanbod heeft. De onderzoeksvraag van deze scriptie is als volgt: ‘In welke mate staat het aandeel van alternatieve media binnen lokale medialandschappen in de grootste steden van Nederland in relatie tot de inhoudelijke diversiteit in deze landschappen?’. Deze scriptie vindt plaats binnen het kader van een onderzoek van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek naar de nieuwsecosystemen in de vier grote steden van Nederland. In dit vervolg worden data gebruikt die in drie steden, Amsterdam, Den Haag en Utrecht, verzameld zijn. Ten eerste wordt gezocht naar de steden met het minste en juist grootste aandeel van alternatieve media. Daarna worden deze steden vergeleken op het gebied van diversiteit aan de hand van vier indicatoren: genres, onderwerpen, bronnen en herkomst van online berichten. Tenslotte worden ook alternatieve media met traditionele media op deze punten vergeleken. Als maat voor diversiteit is de Herfindahl-Hirschman index gebruikt. De uitkomsten voor dit onderzoek worden geduid met behulp van een theoretisch kader dat bestaat uit theorieën over het democratisch belang van journalistieke diversiteit en theorieën die uitleggen wat media pluriformiteit en diversiteit zijn of zou moeten zijn. Ook de concepten traditionele/alternatieve media, gatekeeping en churnalism komen aan bod. Utrecht blijkt het grootste aandeel berichten van alternatieve media te hebben, Amsterdam juist het minste. De data wijzen uit dat het nieuwsaanbod in Utrecht echter niet diverser is. Slechts de diversiteit op het gebied van genres lijkt enigszins groter. Het grootste verschil blijkt uit de originaliteit van de berichten. Dit komt ook naar voren bij de vergelijken tussen de twee mediasoorten. Bijna een kwart van de berichten in Utrecht is niet origineel. In Amsterdam zijn alle berichten origineel. Alternatieve media lijken het nieuwsecosysteem niet diverser te maken. Dit onderzoek toont echter geen causaal verband aan. Vervolgonderzoek dat een causaal verband tussen de aanwezigheid van alternatieve media en de diversiteit van het nieuwsaanbod kan leggen is daarom gewenst.Show less
Online news galleries zijn een relatief nieuwe manier om online visuele nieuwsverhalen te vertellen. Doordat een online news gallery bestaat uit een sequentie van foto’s, heeft de online news...Show moreOnline news galleries zijn een relatief nieuwe manier om online visuele nieuwsverhalen te vertellen. Doordat een online news gallery bestaat uit een sequentie van foto’s, heeft de online news gallery andere mogelijkheden tot visuele storytelling dan losstaande nieuwsfoto’s. Om de storytelling- mogelijkheden van online news galleries te analyseren, bedachten Caple en Knox een model bestaande uit verschillende systemen. Eén van deze keuzesystemen is het element ‘nieuwstype’, bestaande uit de subtypes ‘hard’, ‘zacht’ en ‘sport’. Met hard nieuws doelen Caple en Knox (2015) op nieuwsverhalen die verslag doen van recente gebeurtenissen die als nieuwswaardig worden beschouwd (Bednarek en Caple, 2012, p. 96). Dit in tegenstelling tot zacht nieuws, dat zich focust op de verslaggeving van gebeurtenissen die niet recent of nieuwswaardig zijn (ibid.) Het onderscheid tussen hard en zacht nieuws staat echter al jaren ter discussie. Zo stellen verschillende studies dat het onderscheid tussen hard en zacht nieuws niet zo eenduidig is (Baum, 2002; Baum, 2003; Boczkowski & Peer, 2011; Lehman-Wilzig & Seletzky, 2010). Het subsysteem ‘nieuwstype’ is als uitgangspunt genomen in deze masterthesis waarin getoetst is in hoeverre het onderscheid tussen hard en zacht nieuws bij online news galleries betrouwbaar te meten is, zoals het model van Caple en Knox doet vermoeden. Het nieuwstype is aangevuld met een categorisering in nieuwsthema’s om zodoende inzicht te krijgen in de inhoud van online news galleries. Uit het kwantitatieve en kwalitatieve onderzoek naar 469 online news galleries blijkt dat het onderscheid tussen hard en zacht nieuws niet zo betrouwbaar te analyseren en meten is als het model doet vermoeden. De introductie van een nieuw nieuwstype is noodzakelijk, genaamd ‘medium nieuws’. Medium nieuws focust zich op online news galleries waarbij de aanleiding gevonden kan worden in hard nieuws, maar waarbij het onderwerp vanuit een zachte invalshoek gevisualiseerd wordt. Dit nieuwstype staat symbool voor de storytelling-mogelijkheden van online news galleries, wegens de beschikking over een fotosequentie en de visuele kracht van foto’s. Waar de (foto)journalist zich volgens Caple en Knox (2012) voornamelijk laat leiden door hard nieuws (p. 231), komt uit dit onderzoek naar voren dat online news galleries zich voornamelijk lenen voor de visualistatie van zacht nieuws. Daarbij onderscheiden deze zich thematisch door de dominerende focus op human interest verhalen, in plaats van de focus op gewelddadig nieuws, zoals veelal gebeurt in zelfstandige nieuwsfoto’s (Kim en Smith, 2005; Greenwood en Smith, 2007; Dahmen, 2015). De online news gallery kan hierdoor gezien worden als de belichaming van de verschuiving naar persoonlijker nieuws, die de laatste jaren steeds krachtiger vormen heeft aangenomen (Boukes en Boomgaarden, 2007; Deuze 2005; Lehman-Wilzig en Seletzky, 2010; Patterson, 2000; Scott & Gobetz, 1992).Show less