In het werk Memory Burn 1-9 (2020) van kunstenaar Kiymet Dastan worden negen discs langzaam verbrand. Het is een poging van Dastan om ‘vergeten’ te materialiseren. In dit essay wordt ingegaan op de...Show moreIn het werk Memory Burn 1-9 (2020) van kunstenaar Kiymet Dastan worden negen discs langzaam verbrand. Het is een poging van Dastan om ‘vergeten’ te materialiseren. In dit essay wordt ingegaan op de rol die materiaal en toeschouwers spelen in Memory Burn 1-9 in het proces van het herinneren. Zo wordt er met een new materialist theoretisch raamwerk van Maria Zirra gekeken naar hoe het toekennen van agency aan de verbrande discs hun rol slechts beperkt beïnvloedt. Tevens is er onderzocht hoe de destructie van de discs juist materiële herinneringen toevoegt in plaats van verwijdert. De invloed van de toeschouwer blijkt essentieel tijdens het proces van betekenisgeving aan de verbrande discs, wat zowel bij de absent presence theorie van Jacques Derrida als de ideeën van punctum en ‘that-has-been’ van Roland Barthes naar voren komt. Daarnaast laten de fetish theory van Christian Metz en social memories zoals Aleida Assmann die omschrijft, zien hoe het proces van het verbranden naast verlies ook verlangen en herkenning creëert bij toeschouwers. Het verbranden van de discs blijkt dan ook niet enkel een representatie van ‘vergeten’ te zijn, maar dient juist als toegang tot herinneringen van toeschouwers.Show less
Vanuit architectuurhistorisch en religiewetenschappelijke perspectieven wordt de Bruder Klaus Feldkapelle (2007) van de Zwitserse architect Peter Zumthor (*1943) onderzocht. De conceptie van de...Show moreVanuit architectuurhistorisch en religiewetenschappelijke perspectieven wordt de Bruder Klaus Feldkapelle (2007) van de Zwitserse architect Peter Zumthor (*1943) onderzocht. De conceptie van de axiomatische structuur als synthese van architectuur en niet-architectuur van kunsthistorica Rosalind Krauss wordt ter hand genomen om inzicht te verschaffen in de architectuur van de kapel. Categorieeën van het sacrale en transcendentie worden toegepast op de tektonische eigenheid van de Feldkapelle. Met behulp van secundaire literatuur worden op dialectische wijze interieur en exterieur en vormelijke eigenschappen zoals openheid en geslotenheid, horizontaliteit en verticaliteit en lichtval onderzocht om zodoende tot verdiept inzicht in de architectuur van de Feldkapelle te komen.Show less
De glazen kunstwerken van Dale Chihuly die onderdeel zijn van de Garden Cycle hebben de natuur als onderwerp. In deze scriptie zal er worden onderzocht hoe bij twee van deze werken orde en chaos...Show moreDe glazen kunstwerken van Dale Chihuly die onderdeel zijn van de Garden Cycle hebben de natuur als onderwerp. In deze scriptie zal er worden onderzocht hoe bij twee van deze werken orde en chaos tot uiting worden gebracht. Dit wordt gedaan aan de hand van kunsthistorisch literatuuronderzoek waarin een interdisciplinaire insteek centraal staat. De onderzochte objecten zijn de museumtuin van Chihuly Garden and Glass en Mille Fiori. Beiden zijn tuinen met glazen objecten erin, maar verschillen van elkaar op het gebied van natuur. Orde en chaos zijn beide aanwezig in de twee kunstwerken, maar komen op een andere wijze tot uiting. Orde wordt voornamelijk aangebracht door het menselijk handelen en chaos door de natuur, waar de mens minder controle over heeft. Beide processen zijn fundamenteel bij het tot stand komen van de objecten die daardoor voortkomt uit een verstoring in de kunst.Show less
In dit artikel bekijk ik Hito Steyerls videowerk How Not To Be Seen (2013) vanuit het perspectief van ontwrichtende werking in de context van de vorm en het medium. Dit perspectief is opgedeeld in...Show moreIn dit artikel bekijk ik Hito Steyerls videowerk How Not To Be Seen (2013) vanuit het perspectief van ontwrichtende werking in de context van de vorm en het medium. Dit perspectief is opgedeeld in drie delen; onzichtbaarheid, collage en multimedia. Op het gebied van onzichtbaarheid in dit werk is al literatuur geschreven, wat hier vergeleken wordt. Hieruit komt voort dat een incomplete onzichtbaarheid leidt tot een verstorende werking, waar verschillende conclusies over getrokken worden. Door te kijken naar het werk als collage is te zien hoe verschillende elementen in het werk worden opgenomen, om deze elementen te ondervragen als vorm van ontwrichtende werking. Het werk is binnen de context van het medium op meerdere manieren te zien, en is gepresenteerd in verschillende vormen, wat leidt tot andere verwachtingen over de vorm en de relatie tot het medium. Hierin vindt ontwrichtende werking plaats in het vervagen en verstoren van het medium op meerdere manieren.Show less
In deze scriptie is onderzocht of er nieuwe inzichten ten aanzien van het beeld Usagi Kannon (2012)van de Japanse kunstenares Leiko Ikemura konden worden verkregen door het te relateren aan het...Show moreIn deze scriptie is onderzocht of er nieuwe inzichten ten aanzien van het beeld Usagi Kannon (2012)van de Japanse kunstenares Leiko Ikemura konden worden verkregen door het te relateren aan het moderne geëngageerd boeddhisme. De bodhisattva Kannon vervult een belangrijke symboolfunctie voor deze stroming. Om bovengenoemde vraag te beantwoorden is onderzoek gedaan naar de beeldtraditie van Kannon met behulp van de Lotussoetra in combinatie met secundaire literatuur en interviews met Leiko Ikemura. De Lotussoetra is het belangrijkste geschrift van het Mahayana boeddhisme met betrekking tot Kannon. Het onderzoek heeft uitgewezen dat de Usagi Kannon in hoge mate een autonoom kunstwerk is waarin Leiko Ikemura universele principes heeft willen uitdrukken. Ze heeft dit gedaan met gebruikmaking van elementen uit de boeddhistische beeldtraditie die ze op een nieuwe manier met elkaar heeft gecombineerd. In hoeverre ze zich hierin onderscheidt van andere moderne kunstenaars die teruggrijpen op boeddhistische kunst zou nader onderzoek moeten uitwijzen.Show less
In deze scriptie wordt gekeken naar de representatie van een Westerse masculiene identiteit in de video-installatie Silent Spikes (2021) van Kenneth Tam door middel van literatuuronderzoek en een...Show moreIn deze scriptie wordt gekeken naar de representatie van een Westerse masculiene identiteit in de video-installatie Silent Spikes (2021) van Kenneth Tam door middel van literatuuronderzoek en een visuele analyse. In dit kunstwerk heeft Tam het Amerikaanse concept van de cowboy gebruikt, maar kijkt tegelijkertijd ook naar de Chinese arbeidersstaking uit 1867 in Amerika, waarbij Chinese spoorwegarbeiders betere werkomstandigheden eisten. Naast een video, heeft Tam ook dans en performance art gebruikt. Om de representatie van masculiniteit te onderzoeken, is gekeken naar de representatie van cowboys in westerns, en naar het belang van gender performativity. Hieruit is gebleken dat de cowboys in Silent Spikes juist het tegenovergestelde gedrag vertonen van de oorspronkelijke cowboys, en dat gender performativity een grote rol speelt in het interpreteren van hun gedrag. Vervolgens is het gebruik van videokunst en performance geanalyseerd om te onderzoeken hoe Tam de spoorwegarbeider zichtbaar heeft gemaakt en juist de masculiene eigenschappen aan de spoorwegarbeider toeschrijft in plaats van aan de cowboy.Show less
De politieke betekenis en de vorm van Emily Jacir’s installatie Memorial to 418 Palestinian Villages Destroyed, Depopulated and Occupied by Israel in 1948 zijn met elkaar verbonden door het...Show moreDe politieke betekenis en de vorm van Emily Jacir’s installatie Memorial to 418 Palestinian Villages Destroyed, Depopulated and Occupied by Israel in 1948 zijn met elkaar verbonden door het maakproces van het kunstwerk en de uiterlijke kenmerken van zowel de drager als het borduurwerk. Door de noties van relational Art en Delegated Performance in het maakproces kan het kunstwerk worden beschouwd als kritische kunst volgens de omschrijving van politiek filosofe Chantal Mouffe. Door het gebruik van een ‘readymade’ vluchtelingentent, geborduurd met sobere, Engelse namen, wordt de rol van de Westerse toeschouwer onderdeel van het kunstwerk. In zowel het maakproces als de vorm is de politieke betekenis een onderdeel van de vorm, en de vorm een onderdeel van de politieke betekenis.Show less
Het sculptuur Plenty More Fish in the Sea van Claire Morgan is een opvallend kunstwerk door het gebruik van opgezette dieren en hangende stukjes plastic. Het doel van dit essay is om te onderzoeken...Show moreHet sculptuur Plenty More Fish in the Sea van Claire Morgan is een opvallend kunstwerk door het gebruik van opgezette dieren en hangende stukjes plastic. Het doel van dit essay is om te onderzoeken hoe dit onconventionele materiaalgebruik in het sculptuur kan worden gezien als een poging om een ecocentrischer wereldbeeld te creëren. Het onderzoek naar de opgezette dieren in het sculptuur wees uit dat Morgans paradoxale gebruik van taxidermie getypeerd kan worden als Giovanni Aloi’s concept van “speculatieve taxidermie”. Morgan gebruikt het medium taxidermie in Plenty More Fish in the Sea als een destabilisator van zijn eigen antropocentrisme. In het tweede deel kwam naar voren dat Morgan met de geometrische vorm van hangend plastic meerdere aspecten uitdaagt van wat Sacha Kagan onze “cultuur van onduurzaamheid” noemt. Uiteindelijk kan geconcludeerd worden dat Morgan het paradoxale gebruik van taxidermie en de dubbele gelaagdheid van de geometrische vorm van plastic inzet als een ontwrichtingsstrategie. Hiermee probeert ze de antropocentrische toeschouwer op een subtiele wijze aan te sporen tot een innerlijke reflectie.Show less
Recently, many contemporary photographers have started using analogue photography again. This is an interesting occurrence, since we’re living in a digital age where everything is technologically...Show moreRecently, many contemporary photographers have started using analogue photography again. This is an interesting occurrence, since we’re living in a digital age where everything is technologically possible. It seems as if contemporary photographers using analog, step out of today's digitized society and into the world of old techniques. This thesis is a study about the use of photography in a digital age. The case study used in this research is the artwork And, where did the peacocks go? by Miho Kajioka. This photographer has created analogue images which are shown on the artist’s website and social media. Analogue and digital photography are widely discussed by media critics whose vision differs from each other. One group of critics advocates for analog photography and its material and indexical characteristics. Whereas, the digital medium has none of these components. The other group of critics advocates a new vision of the contemporary use of the medium photography. Based upon this debate, this thesis explores the relationship between contemporary use of analog and digital photography with Kajioka’s work as an example. Her work has different themes and elements that will provide insight into the complexity of indexicality in various forms. On this basis, it shows how the analog and digital medium has melted into each other and how the process of analog is important for the end result of Kajioka’s series.Show less
Vanaf 4 januari 1966 tot zijn dood in 2014 maakte On Kawara vrijwel elke dag een schilderij, met daarop de actuele datum en een enkelkleurige achtergrond. In totaal produceerde hij zo bijna...Show moreVanaf 4 januari 1966 tot zijn dood in 2014 maakte On Kawara vrijwel elke dag een schilderij, met daarop de actuele datum en een enkelkleurige achtergrond. In totaal produceerde hij zo bijna drieduizend datumschilderijen, die samen bekend staan als de Today Series. In eerder verschenen literatuur over On Kawara en de Today Series, geschreven door Eunhee Yang en Jung-Ah Woo, werd al betoogd dat Kawara een zekere politieke context heeft verborgen achter de ogenschijnlijke materiële eenvoud van de datumschilderijen. Maar de Today Series kent daarnaast nog meer verstoringen, die elk een rol spelen bij het ontwrichten van het medium schilderkunst. In dit essay worden de rollen van de contextuele, performatieve en materiële ontwrichtingen in de Today Series nader onderzocht en aan elkaar verbonden.Show less
Door bewegingen zoals #MeToo, publiekelijke beschuldigingen en live te volgen rechtszaken lijkt seksueel geweld – hoewel van alle tijden - steeds meer aan aandacht te krijgen binnen onze cultuur....Show moreDoor bewegingen zoals #MeToo, publiekelijke beschuldigingen en live te volgen rechtszaken lijkt seksueel geweld – hoewel van alle tijden - steeds meer aan aandacht te krijgen binnen onze cultuur. De New York Times heeft er zelfs een ‘hot item’ van gemaakt, genaamd de ‘Times Topic: Sexual Harassment’. “News about sexual harassment, including commentary and archival articles published in The New York Times”, leest het marketingpraatje. Namen zoals Bill Cosby, Brett Kavanaugh en Harvey Weinstein staan haast synoniem aan ons idee van seksueel geweld. Van de slachtofferrol naar de dader aan de schandpaal: steeds meer zien we hoe de belichting van seksueel geweld verandert. Maar hoe zit dat dan met het beeld?Show less
In deze scriptie worden de verschillende thema’s in de foto Jessica Chastain Lounging onderzocht binnen een kunsthistorisch en feministisch perspectief. Door de verschillende thema’s zoals...Show moreIn deze scriptie worden de verschillende thema’s in de foto Jessica Chastain Lounging onderzocht binnen een kunsthistorisch en feministisch perspectief. Door de verschillende thema’s zoals beeldcultuur en de relatie van de vrouw en het huis te behandelen aan de hand van deze contemporaine foto, kan er een historische ontwikkeling geschetst worden in de weergave van vrouwen in beeldcultuur.Show less
De titel van deze scriptie to be herman all ways to be herman slaat op het feit dat herman de vries bij zichzelf is gebleven tijdens zijn gehele carrière.1 Tevens is het een kleine knipoog naar de...Show moreDe titel van deze scriptie to be herman all ways to be herman slaat op het feit dat herman de vries bij zichzelf is gebleven tijdens zijn gehele carrière.1 Tevens is het een kleine knipoog naar de titel van zijn expositie tijdens de Biennale 2015 in Venetië: to be all ways to be. Het werk van de vries is in de loop der jaren niet sterk veranderd. De minder positieve waardering aan het begin van zijn carrière staat in schril contrast met de waardering voor zijn werk anno 2016. Dit opmerkelijke gegeven nodigde uit tot verder onderzoek. In hoofdstuk één wordt de vries vanuit een biografische invalshoek besproken met zijn achtergrond als onderzoeker en de invloed daarvan op zijn werk als kunstenaar. Hieruit blijkt dat de vries in zijn werk toeval en objectiviteit centraal zet. Toeval is een begrip dat volgens de vries aanduidt dat we niet meer weten waar iets vandaan komt. De oorsprong en oorzaak van een gegeven is te complex om te overzien. Omdat we dat niet kunnen, noemen we het toeval. Deze definitie is een meer filosofische benadering dan het toeval uit de toevalstabellen die hij als biologisch onderzoeker gebruikte om zijn werk de vereiste objectiviteit te geven. Deze constatering toont, naar mijn mening, de ontwikkeling die de vries in zijn carrière heeft doorgemaakt. Hij is zich steeds meer als natuurfilosoof gaan profileren. Een ontwikkeling die aansluit bij de groeiende maatschappelijke-filosofische aandacht voor de natuur en ecologische kwesties. Het receptieonderzoek in hoofdstuk twee plaatst de toegenomen waardering voor de vries’ werk in een cultuurhistorisch perspectief. Frans Haks suggereert dat de vries modieuze vernieuwingen zou volgen. de vries zou niet onderscheidend genoeg zijn geweest waardoor hij wellicht minder waardering ontving voor zijn werk. Het samenvallen van de vries’ ontwikkeling en de groeiende maatschappelijke aandacht voor de natuur en ecologie is mijn inziens essentieel voor de toegenomen waardering voor de vries. Een gegeven dat tegen het volgen van modieuze vernieuwingen pleit is het feit dat het werk van de vries gedurende zijn carrière geen spectaculaire veranderingen heeft ondergaan. Maar wel de uiteindelijke erkenning heeft gekregen als kunstenaar waar hij op hoopte. Natuur en toeval hebben altijd een centrale rol gespeeld in het werk van de vries. Hij stelt dat de natuur beelden creëert en ons ervaringen schenkt die een kunstenaar nauwelijks kan overtreffen. de vries wil de natuur in al haar bijzonderheid tonen door zo min mogelijk in te grijpen.  Een gedachte die teruggrijpt op zijn tijd bij de Nul-groep. De vries wil zoveel mogelijk direct de werkelijkheid zijn en zelf een standpunt van nul innemen. Het is deze positie die de vries onderscheidt van Fiona Hall en Joan Jonas, de kunstenaars waarmee hij in hoofdstuk drie wordt vergeleken. De ecologische kwesties die de vries aanhaalt zijn veel subtieler doordat hij de natuur toont zoals zij is. De complexiteit in de vries’ werk bevindt zich eerder in de gedachtegang achter zijn werk en niet zozeer in de uitwerking daarvan. De toegenomen waardering voor de kunstenaar herman de vries kan uitgelegd worden met zijn woorden “toeval is wat je toe valt”. Een gegeven dat zeer van toepassing blijkt te zijn op de aandacht die de vries in de loop van zijn carrière heeft gekregen oftewel is toegevallen. Hij heeft zijn werk vanaf de zeventiger jaren niet wezenlijk veranderd. Wel voorzag hij het van een boodschap waarin hij pleit voor de afhankelijkheid die de mens altijd gehad heeft van de natuur en hoe het van invloed is geweest op onze gedachtegang, gezondheid en cultuur. Een boodschap die past binnen de toegenomen maatschappelijke aandacht voor natuur en ecologie.Show less
The topic of this thesis is backstage photography. Backstage photography is a genre within photography that contains intimate behind the scenes photos of celebrities. This thesis is focused on...Show moreThe topic of this thesis is backstage photography. Backstage photography is a genre within photography that contains intimate behind the scenes photos of celebrities. This thesis is focused on backstage photography within the music industry and in particular the rock & roll genre. Backstage photography however does not solely entail photos that are literally made ‘back stage’ (e.g. in the wings or dressing room of the artist); they also pertain all the photos that are made when the artist is ‘off stage’; whether that be on the street, at a bar or at home. Backstage photos are more private in comparison to the photos that are made of the artist on stage, but can still be part of a ‘public’ space. The main question of this thesis is what these backstage photos mean and how this relates to the photographic aspects of voyeurism and exhibitionism, journalistic and documentary photography in specific, and their position in portrait photography. The first chapter of this thesis explores the applicability of the concepts of voyeurism and exhibitionism to backstage photography. Particular effects such as absorption and ‘to-be-seennes’ are present in backstage photos, albeit incomplete: the artist is never fully absorbed but the photo also does not fully contain an embedded theatricality. The relationship between the artist and the photographer is of high importance; due to the intimate relationship between the subject and the photographer, the subject lowers its guard and allows the photographer to get closer than ever. As a result, the photos explore and explain the artist’ character in new ways. This in turn leads to exhibitionism and shows how the artist, even behind the scenes, partly remains in his role. The spectator of these photographs has certain expectations that the photographer aims to satisfy. The second chapter of this thesis discusses in which ways photojournalistic and documentary photography fit with the concept of backstage photography. The argument is made that backstage photography can be viewed as a result of two important developments: the rise of the tabloid press where photos were first published in the media and the rampant rise of the music industry that permeated global culture and new methods of production, marketing and distribution were realized. It is important to note that a backstage photo can initially be categorized as photojournalism and become part of documentary photography later. Whereas photo assignments are being done under the pretence of photojournalism, they may eventually ‘evolve’ into products of high artistic value and be considered as documentary photography or even ‘art photography’. The third and final chapter analyses the position of the backstage portrait photo. A backstage portrait differs from any other portrait because of the location, setting and attitude or feeling of the photographed artist. Besides, these portraits are often not published at the time they were made. Therefore, the argument can be made that the backstage portrait is part of the private domain instead of the public. This domain changes once the photo does get published. Interestingly, the backstage photo is made in a more private environment, but the model is a public figure. Backstage photos are intriguing because they give a new, different image of a celebrity. Our fascination with the human face resulted in an ever-growing celebrity culture. We like to see how public characters behave on the stage, but even more so within private environments. Backstage photography embraces these desires.Show less
Dit essay is geschreven naar aanleiding van de recente tentoonstelling Trilogie van de Twijfel- Macht, onrecht, onwetendheid in het Noord-Brabants Museum ’s-Hertogenbosch in 2013 van de Spaans...Show moreDit essay is geschreven naar aanleiding van de recente tentoonstelling Trilogie van de Twijfel- Macht, onrecht, onwetendheid in het Noord-Brabants Museum ’s-Hertogenbosch in 2013 van de Spaans-Nederlandse kunstenares Lita Cabellut (1961-), waar haar meest recente werken voor het eerst in een Nederlands museum werden getoond. De gelijknamige triptiek van Cabellut bestaat uit drie doeken van dezelfde grootte van 290 centimeter bij 210 centimeter (afb. 1). De Trilogie van de Twijfel toont de toeschouwer op het eerste doek een paus, op het tweede een man met een hoge hoed en op de derde twee mannen in middeleeuwse gewaden. Over dit werk wordt in de bijbehorende tentoonstellingscatalogus beweerd dat de kunstenares haar inspiratie haalde uit de werken van Jheronimus Bosch, Pieter Bruegel, Diego Velázquez en voor dit werk specifiek Francisco de Goya. Daarnaast komen de schilders Max Beckmann en Francis Bacon naar voren in de catalogus om Cabelluts schilderwijze mee te vergelijken. De kunsthistoricus Rob Smolders stelt vervolgens dat het drieluik zeer verhalend is in tegenstelling tot haar oudere werken, maar ook hier wordt niet toegelicht welk verhaal dan precies wordt verteld door het drieluik. De betekenis van het werk blijft hierdoor onderbelicht, waardoor er bij mij interesse werd gewekt in de boodschap van het werk en hoe deze boodschap in relatie staat met de kunstenaars die genoemd worden als inspirators door Smolders. Dit heeft geleid tot de volgende onderzoeksvraag: Welke betekenis heeft Lita Cabellut haar triptiek Trilogie van de Twijfel willen meegeven en hoe staat dit in relatie tot werken van vroegere maatschappijkritische kunstenaars? De onderzoeksvraag splitst zich in drie deelvragen. In elk hoofdstuk wordt door middel van de deelvraag een ander aspect van de betekenis van het triptiek onderzocht aan de hand van de hierboven genoemde inspirators. In het eerste hoofdstuk zal de veronderstelde religie-kritische boodschap van het werk van Cabellut onderzocht worden in relatie met twee werken van respectievelijk Bosch en Bruegel. Er wordt ingegaan op de religieuze boodschap van beide werken en hoe het werk van Bruegel beschouwd kan worden als een vorm van antiklerikalisme waarbij twijfel opgeroepen lijkt te worden bij de toeschouwer over het geloof. Deze twijfel wordt verbonden met de vragen die de triptiek van Cabellut op lijkt te roepen. In het tweede hoofdstuk wordt de invloed van twee etsen van Francisco de Goya onderzocht. Vanuit de visuele vergelijking met het middelste schilderij van Cabelluts triptiek wordt de maatschappij kritische betekenis van Goya’s etsen verbonden met een mogelijke betekenis van Cabelluts triptiek. Net als Goya wordt er ook over Beckmann beweerd dat zijn drieluik Vertrek (1932) een maatschappij kritische boodschap had. Aan de hand van beide kunstenaars en aan de hand van Cabelluts uitspraken over de huidige maatschappij, wordt beargumenteerd dat Cabellut ook een maatschappijkritische boodschap probeert over te brengen met haar triptiek. In het laatste hoofdstuk wordt dieper ingegaan op de betekenis van de afgebeelde paus op het linker schilderij van de triptiek van Cabellut. Er wordt beargumenteerd dat de paus van Cabellut zowel aspecten heeft van het schilderij Paus Innocentius X van de Spaanse kunstenaar Diego Velázquez, als van de schilderijen van Francis Bacon die hij schilderde naar Paus Innocentius X. Hieruit wordt vervolgens met betrekking tot Cabelluts gedachten een mogelijke betekenis van dit werk bekeken. Voor het onderzoek wordt gebruik gemaakt van zowel literatuur over de genoemde kunstenaars als literatuur over de specifieke omstandigheden waarin de kunstwerken werden gemaakt. Bij Bosch en Bruegel word literatuur van Joseph Koerner over kunst ten tijde van de Reformatie en specifiekere artikelen over de betekenis van Bruegels werk van onder anderen Kenneth C. Lindsay en C. G. Stridbeck als leidraad gebruikt. Voor de betekenis van Goya’s etsen wordt gebruik gemaakt van literatuur van Nigel Glendinning en van Xavier de Salas. Kessler is van groot belang voor de iconografie van Beckmanns Vertrek. Voor het vergelijkende onderzoek tussen Velázquez en Bacon worden de artikelen van Rino Arya en Beatriz Acevedo toegepast als belangrijkste literatuur. Uitspraken van Cabellut over haar werk die zij heeft gedaan in interviews en in het boek Lita Cabellut: Trilogie van de Twijfel van Rob Smolders verschaffen meer inzicht in de betekenis van Cabelluts werk.Show less