Research master thesis | Archaeology (research) (MA/MSc)
open access
2014-01-01T00:00:00Z
The interpretations of unusual burials in archaeology are often highly tentative. A focus on the context-bound meaning of a specific mortuary ritual can prevent archaeologists from gaining a more...Show moreThe interpretations of unusual burials in archaeology are often highly tentative. A focus on the context-bound meaning of a specific mortuary ritual can prevent archaeologists from gaining a more conclusive understanding of the data at hand, and limit the value of such interpretations. The meaning behind these acts is very difficult to derive, especially in prehistoric periods. In order to allow for a more profound interpretation, a systematic approach was chosen for in the investigation of the unusual burials of the Late Neolithic cemetery at Tell Sabi Abyad, Syria. The unusual burials were not studied in isolation but as part of the statistical analysis of the entire buried population. This enabled the singling out of cases that were (statistically) significantly different to the rest of the population, and the examination of their divergence in multiple aspects. Focusing on the behavioral aspect of ritual, rather than on its meaning, made it possible to study the trends of mortuary practices visible in the cemetery. The analysis revealed the formation of groups within the unusual burials, that make up a large segment of the buried population. The interpretation of the results of this study suggests that 'unusual burial' is not external to, but part of the normative death rites and ritual life at Late Neolithic Tell Sabi Abyad.Show less
De Egyptische Predynastieke periode wordt in het aardewerkrepertoire onder andere gekenmerkt door versieringen, waarvan onderzoekers altijd hebben verondersteld dat het schepen betrof. Deze...Show moreDe Egyptische Predynastieke periode wordt in het aardewerkrepertoire onder andere gekenmerkt door versieringen, waarvan onderzoekers altijd hebben verondersteld dat het schepen betrof. Deze versieringen liggen ten grondslag aan veel theorieën betreft de vroeg Dynastieke religie en ideologie, en buitenlandse contacten met onder andere Mesopotamië, ondanks dat het materiaal nooit eerder kritisch onder de loep is genomen. In deze scriptie is het Predynastiek materiaal aan de hand van een door de auteur samengestelde catalogus aan de tand gevoeld om de variabiliteit van de iconografische componenten (units) vast te stellen. Hieruit blijkt dat een aantal onderzoekers er een levendige fantasie op nahoudt, de iconografie wezenlijk evolueert en ons begrip van deze decoraties momenteel nog steeds slechts van zeer oppervlakkige aard is.Show less
Achtergrond: De sociaal-emotionele ontwikkelingsfasen ligt bij mensen met een verstandelijke beperking lager bij mensen met ‘normale’ ontwikkeling. Mensen met een licht verstandelijke beperking...Show moreAchtergrond: De sociaal-emotionele ontwikkelingsfasen ligt bij mensen met een verstandelijke beperking lager bij mensen met ‘normale’ ontwikkeling. Mensen met een licht verstandelijke beperking bereiken in hun sociaal-emotionele ontwikkeling vaak maximaal de realiteitsbewustwordingsfase. Onderzoeksvraag: In het huidige onderzoek is de sociaal-emotionele ontwikkeling en de samenhang met de woonsituatie en sekse bij mensen met een verstandelijke beperking onderzocht aan de hand van de Experimentele schaal voor de beoordeling van het sociaalemotionele ontwikkelingsniveau - Revised (ESSEON-R). Methoden: Vanuit Amsta hebben 31 participanten meegedaan met een gemiddelde leeftijd van 25.65 jaar (SD = 13.45). Waarvan 41.9 procent van het vrouwelijke geslacht zijn en 58.1 procent van het mannelijke geslacht. Resultaten: De woonsituatie en sekse blijken beide geen significant verschil aan te tonen in de sociale en emotionele ontwikkelingsleeftijden. Ook hebben ze beiden geen voorspellende waarde van de ontwikkelingsleeftijden. De kwalitatieve analyse van de ESSEON-R toont aan dat de impulscontrole van mensen met een verstandelijke beperking de laagst ontwikkelde dimensie is. Conclusie: De ESSEON-R is bruikbaar bij mensen met een verstandelijke beperking, echter alleen als gebruik gemaakt wordt van de kwalitatieve analyse met het computerprogramma. Door de disharmonische profielen van de cliënten is het toekennen van een sociaal-emotionele ontwikkelingsleeftijd niet mogelijk.Show less
This study explores the association between chaos and problem behavior in young children. We examined whether this relationship is moderated by temperament of the child and neighborhood perception...Show moreThis study explores the association between chaos and problem behavior in young children. We examined whether this relationship is moderated by temperament of the child and neighborhood perception of the parents. A sample of 48 children (aged 1.3–4 years) and one of their parents, as well as the child’s caregiver in the childcare center participated in this study. Results did not show an association between chaos and problem behavior, and neither temperament nor parent’s neighborhood perception played a moderating role in this association. However, child age, child’s temperament and neighborhood perception of the parents proved to predict problem behavior in a non-linear way. The results of this study are limited by the sample, which is small and on average highly educated. A possible relation between chaos and problem behavior should be explored in an extended sample that represents low educated families as well.Show less
Symbolisch begrip van afbeeldingen ontwikkelt zich bij zich normaal ontwikkelende kinderen tussen de 2 en 2½ jaar. Dit onderzoek richt zich op hoe symboolbegrip van afbeeldingen zich ontwikkelt bij...Show moreSymbolisch begrip van afbeeldingen ontwikkelt zich bij zich normaal ontwikkelende kinderen tussen de 2 en 2½ jaar. Dit onderzoek richt zich op hoe symboolbegrip van afbeeldingen zich ontwikkelt bij kinderen met een autismespectrumstoornis (ASS) en een verstandelijke beperking (VB) en kinderen met alleen ASS in vergelijking met zich normaal ontwikkelende kinderen. De ontwikkelingsleeftijd ligt tussen 24 en 70 maanden. In totaal is bij 58 zich normaal ontwikkelende kinderen, 22 kinderen met ASS en VB en 10 kinderen met alleen ASS symboolbegrip onderzocht met behulp van een poppenhuisexperiment. De groep kinderen met ASS en VB scoorde significant lager op alle taken van het poppenhuisexperiment dan de groep kinderen met ASS en de groep zich normaal ontwikkelende kinderen. De groep kinderen met ASS had een significant hogere ontwikkelingsleeftijd dan de andere groepen; zij lieten wel zien over symboolbegrip te beschikken. Wanneer de ernst van ASS, gemeten met de ADOS, meegenomen werd in het onderzoek, bleek ernstigere ASS problematiek significant te correleren met een lagere score voor symboolbegrip. Kinderen met ASS en een matige/ernstige VB scoorden ook significant lager op vrijwel alle taken van het experiment dan kinderen met een lichte VB. Resultaten van dit onderzoek laten zien dat jonge kinderen met ASS en VB minder symboolbegrip hebben dan zich normaal ontwikkelende kinderen. Verder onderzoek met een grotere steekproef en gevalideerde onderzoeksmethoden is nodig om de resultaten van dit onderzoek generaliseerbaar te maken.Show less
In deze studie zijn associaties bestudeerd tussen nicotine- en alcoholgebruik van de moeder tijdens de zwangerschap en het optreden van reactieve en proactieve agressie bij haar kind op adolescente...Show moreIn deze studie zijn associaties bestudeerd tussen nicotine- en alcoholgebruik van de moeder tijdens de zwangerschap en het optreden van reactieve en proactieve agressie bij haar kind op adolescente leeftijd. De steekproef bestond uit 122 Nederlandse jongens van 12 tot 17 jaar oud, die een VMBO-opleiding volgden. Nicotine- en alcoholgebruik tijdens de zwangerschap zijn gemeten met de vragenlijst Zwangerschap en Bevalling. Reactieve en proactieve agressie zijn gemeten met de Reactive Proactive Questionnaire. De resultaten laten zien dat kinderen van moeders die alcohol hebben gedronken tijdens de zwangerschap significant meer proactieve agressie vertonen ten opzichte van kinderen van moeders die geen alcohol hebben gedronken tijdens de zwangerschap. Echter, na correctie voor reactieve agressie was dit verband niet meer significant. Dit zou erop kunnen wijzen dat alcoholgebruik tijdens de zwangerschap geassocieerd is met agressie in het algemeen en niet specifiek aan proactieve agressie. Er werd geen associatie gevonden tussen nicotinegebruik tijdens de zwangerschap en reactieve en proactieve agressie bij het adolescente kind. Een verklaring hiervoor zou kunnen zijn dat slechts weinig moeders aangaven nicotine te hebben gebruikt tijdens de zwangerschap. Er zou een dosis-effect relatie kunnen bestaan tussen nicotine gebruik en één of beide vormen van agressie, waarbij alleen bij veelvuldig gebruik van nicotine een effect kan worden gemeten. Een andere verklaring zou kunnen zijn dat er een indirect verband bestaat tussen nicotinegebruik tijdens de zwangerschap en reactieve en/of proactieve agressie door het verhogen van de kans op hyperactiviteit. Dit verband tussen hyperactiviteit en reactieve agressie is bekend. Echter, aangezien er weinig hyperactieve kinderen waren in deze steekproef is het waarschijnlijk dat dit de reden was dat dit verband nu niet konden worden vastgesteld. De kinderen van moeders die zowel alcohol als nicotine hadden gebruikt tijdens de zwangerschap vertoonden gemiddeld meer proactieve en reactieve agressie ten opzicht van kinderen van moeders die geen of een van beide genotsmiddelen hadden gebruikt. Echter, het gecombineerde effect van deze genotsmiddelen bleek niet significant meer bij te dragen aan het optreden van reactieve en proactieve agressie dan de individuele effecten. Concluderend lijkt alcoholgebruik tijdens de zwangerschap van significante invloed te zijn op het voorkomen van proactieve agressie bij het adolescente kind. De relatie tussen nicotinegebruik van moeder tijdens de zwangerschap en reactieve en proactieve agressie dient daarnaast in vervolgonderzoek verder bestudeerd te worden. Hierbij dienen meerdere variabelen betrokken te worden waarvan verondersteld wordt dat deze geassocieerd zijn met nicotine- en alcoholgebruik tijdens de zwangerschap en reactieve en proactieve agressie.Show less